De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Àlle kinderen kunnen ‘groeien’ in gewone kindercentra !!

Verwante presentaties


Presentatie over: "Àlle kinderen kunnen ‘groeien’ in gewone kindercentra !!"— Transcript van de presentatie:

1 Àlle kinderen kunnen ‘groeien’ in gewone kindercentra !!
Àlle kinderen kunnen ‘groeien’ in gewone kindercentra !! Gemeenten en Fries 4 november 2010 Project “GROEI” Bianca Bijlsma-Smoorenburg, Lydie Norder, Ineke Oenema-Mostert en Prof. Dr. Alexander Minnaert Mede gefinancierd door Provincie Fryslân

2 Aanleiding: Onderzoek signaleringsfunctie kindercentra 2006 (B.Y. Bijlsma-Smoorenburg, 2006) Goed instrumentarium 0-4 jaar voor KC ontbreekt; JGZ heeft voor het goed uitvoeren van haar volgtaken behoefte aan aanvullende objectieve informatie uit kindercentra (o.a. Inventgroep: Hermanns, J., Öry, F., & Schrijvers, G. ,2005) Behoefte: gewone opvoeden, vroegsignalering en interventie meer verbinden (Verwijsindex; CJG ontwikkelingen: 1 kind/gezin - 1 plan) In kader van VVE / doorgaande ontwikkelingslijn heeft basisonderwijs behoefte aan informatie over het brede ontwikkelingsprofiel van het kind (VVE-waarderingskader Dongen, D. van, 2006) Effectiviteit van programma’s bij uitvoering in NL geeft wisselende resultaten. Randvoorwaarden implementatie en uitvoering zijn onvoldoende, o.a. ontwikkeling kinderen wordt onvoldoende gevolgd (Nap-Kolhoff, E. et al, 2008) Draagvlakmeting onder gemeenten / intentieverklaringen (Partoer, 2008)

3 Wat willen we bereiken? Een kwalitatief goed pedagogisch aanbod (programma) voor àlle kinderen die een gewoon kindercentrum bezoeken: voor kinderen zònder en mèt ontwikkelingsrisico’s (bijvoorbeeld VVE) Delen van informatie en zorg: Ouders en pedagogisch medewerkers als opvoedingspartners; zorgverleners sluiten gericht aan bij de opvoedingsvragen Voorkomen / verminderen risico op ontwikkelingsachterstand en opvoedingsproblemen bij start groep 1, resp. groep 3

4 Het (ortho)pedagogisch kader “GROEI” combineert gewoon opvoeden, educatie, vroegsignalering en interventie (zorg) Onderzoek 2006: Leidsters vinden het moeilijk te signaleren of een kind zich niet optimaal ontwikkelt; te beoordelen wat er precies aan de hand is. Handelingsverlegenheid! Handelingsverlegenheid is volgens een collegedictaat van Han Nakken “een ervaring voor, bij of na het handelen, waarbij dat handelen als ontoereikend wordt ervaren, wat leidt tot een zich vragen stellen over middelen, doelen en perspectief, in relatie tot opvoerden en wat leidt tot op zoek gaan naar andere handelingsmogelijkheden”. Kern in veel orthopedagogische definities van opvoeding is de handelingsverlegenheid van opvoeders, al dan niet professioneel. De opvoeder wil wat bereiken, maar het lukt niet. Zo spreekt ter Horst van een Problematische opvoedingssituatie (Ter Horst, 1980) als : De relatie tussen opvoeders en kind als nagenoeg perspectiefloos wordt ervaren en men er niet in slaagt zonder deskundige hulp van buiten af de situatie weer perspectiefbiedend te maken. In literatuur over problematische opvoedingssituaties zien we drie aandachtspunten steeds terugkomen: opvoeders hebben een perspectief, dat al of niet wordt bereikt; 2. de dialoog tussen ouders/ jeugdige verloopt meer of minder optimaal en/of 3. er is een verstoring van de draagkracht / draaglast verhouding bij opvoeders/ en of jeugdige. Als het object van de orthopedagogiek alleen aansluit bij een bepaalde mate van handelingsverlegenheid van de opvoeders, is er dan een opvoedingsprobleem als wij vaststellen dat opvoeders zijn bereid op te voeden, het erg leuk vinden om met kleine kinderen om te gaan, geen handelingsverlegenheid ervaren en voldoende perspectief zien in de omgang met de kinderen, maar het beoogde resultaat wordt niet gehaald, waardoor de kans op schoolsucces van het kind wordt bedreigd of geschaad. Is er dan sprake van een problematische opvoedingssituatie? In ieder geval is er waarschijnlijk wel sprake van een discrepantie tussen wat gerealiseerd wordt en verwachtingen van directe betrokkenen (gezinsleden) of gemeenschap (betrokken ambtenaren gemeente of OCW ?), en is er daarom sprake van een opvoedingsprobleem. VB onderzoek kwaliteit NCKO, mei 2009 In de praktijk van de voorschoolse ontwikkelingsstimulering lopen opvoeding en zorg nog erg door elkaar. Jonge kinderen zijn immers nog erg afhankelijk van hun omgeving; de zelfredzaamheid moet zich nog ontwikkelen. Lichtere ontwikkelingsachterstanden worden langzaam zichtbaar. Individuele kinderen ontwikkelen zich erg verschillend en zelfs de ontwikkelingsgebieden van 1 kind kunnen grote verschillen laten zien. Bijvoorbeeld: Motorisch lijkt het kind zich snel te ontwikkelen, maar de taalontwikkeling lijkt net op gang te komen. Dan plots komen de eerste woordjes , de taalontwikkeling maakt een spurt, de motoriek lijkt wat stil te staan en sociaal-emotioneel blijkt de dreumes heel wat energie en stemvolume in het woordje ‘nee’ te kunnen leggen. De ouders hebben hun handen er meer dan vol aan. Veel ouders, professionals en deskundigen vinden het door deze verscheidenheid erg moeilijk om bij jonge kinderen te beoordelen wanneer de ontwikkeling ‘normaal’ is en ‘wanneer’ er iets aan de hand is. Voor de mensen in de praktijk lijkt een dergelijke scherpe scheiding tussen pedagogiek, orthopedagogiek en zorg waarschijnlijk wat gekunsteld. Voor hen is er wellicht meer sprake van een continuum, een afwisseling tussen opvoedingszaken die ‘gewoon’ gaan, en opvoedingszaken die meer bewust aandacht en zorg vragen van opvoeders. Alexander Minnaert heeft het onderwijszorgmodel ‘CAREBAGS’ beschreven.

5 “GROEI”, preventie kinderen met educatieve ontwikkelingsrisico’s:
© B.Bijlsma, 2009 “GROEI”: uitdagen - volgen – beoordelen - uitdagen – volgen -

6 Een goed (effectief) pedagogisch programma
heeft tenminste de volgende vier componenten: Een evaluatiesysteem, Opvoedingsdoelen (inhoud) en fasering daarbinnen, Activiteiten en interventiestrategieën, en Procedures voor het volgen van de vooruitgang in de ontwikkeling van de individuele kinderen. o.a. Grisham-Brown, J., Hemmeter, M.L., Pretti-Frontczak, K. ,2005; Snow, C.E., Van Hemel,S.B.(Eds.).(2008).

7 Wat is daarvoor nodig? Een GOED onderbouwd observatiesysteem waarmee pmw'ers: tijdens verzorging en spelactiviteiten het kind, zijn interesses en zijn ontwikkelingsniveau goed kunnen leren kennen; de beoogde (vooruitgang in de) brede ontwikkeling op dezelfde manier (gestandaardiseerd) en objectief kunnen volgen, documenteren, beoordelen en overdragen; òòk de sterke kanten van een kind in beeld kunnen brengen; kunnen laten zien in welke situaties het kind wèl goed functioneert; goed kunnen aansluiten bij wat de kinderen nodig hebben; afspraken kunnen maken met ouders en hulpverleners over wat de meeste aandacht vraagt, (werkdoelen interventie: 1 kind/gezin – 1 plan). o.a. Bagnato, S., Neisworth JT, & Pretti-Frontczak, K. (2010).

8 Zo bied je àlle kinderen extra ‘groei’- kansen
GOLD™ Is ontwikkeld om beter zichtbaar te maken wat het kind doet en allemaal al kan; ook bij zorgkinderen. Maar ook om te kunnen beoordelen waarbij het kind stimulans, ondersteuning of andere hulp nodig heeft. Zo bied je àlle kinderen extra ‘groei’- kansen

9 Teaching Strategies GOLD ™ kindvolgsysteem: Geboorte tot groep 3 basisonderwijs
Say, Let’s walk through and identify the three components of the Teaching Strategies GOLD Assessment System. Hold up a copy of the Objectives for Development & Learning: Birth to Age 6 and ask participants to identify their copies. Explain that Objectives for Development & Learning gives teachers the what, why, and how for assessing young children. Next, hold up a copy of the Child Assessment Portfolio and ask participants to identify their copies. Explain that this is the place where teachers organize and record assessment information. Teachers who use the paper version will need one Child Assessment Portfolio for each child. Teachers who use GOLD online may find it helpful to have one hard copy for reference. Explain that each filed test teacher will receive a Child Assessment Portfolio for each child in the class. Hold up an Assessment Opportunity Card and ask teachers to identify theirs. Assessment Opportunity Cards present are 10 naturalistic experiences that teachers may adapt to fit topics that a class might be studying. The cards help teachers focus their observations on important literacy and math predictors. The activities are similar to those suggested in our literacy and math books, or on CreativeCurriculum.net. They are used, if necessary, in conjunction with ongoing assessment rather than as a replacement for ongoing assessment. Explain that each preschool teacher will receive a set of the 10 Assessment Opportunity Cards. In addition, there is a beautiful poster of the objectives that teachers may hang in their classrooms as a quick reference.

10 Profielen voor ontwikkeling en leren 0-6 jaar
Ontwikkelingsgebieden Sociaal-emotioneel Motoriek Taal / meertaligheid Verstandelijke ontwikkeling Plus VVE: Ontluikende geletterdheid Ontluikende gecijferdheid Te combineren met de bestaande VVE methoden voor spelend leren. Zie ook Memorie van Toelichting Wet OKE over gebruik volgsystemen. Met focus op de bij relevante doelen schoolsucces passende kennis, vaardigheden en gedragingen. Sluit aan bij de referentieniveaus van SLO.

11 Is GOLD™ betrouwbaar, valide en ook praktisch bruikbaar?
‘GOED’, d.w.z. ook opbouwen van ‘evidence’! Is GOLD™ betrouwbaar, valide en ook praktisch bruikbaar?

12 Onderzoek profielen: Brengt GOLD™ de (vooruitgang in) de ontwikkeling goed in beeld?

13 Voorbeeld vaardigheid kind
Voorbeeld vaardigheid kind

14 0-1 jaar 1 tot 2 jaar 2 tot 3 jaar 3 tot 4 jaar 4 tot 5 jaar
Rood Oranje Geel Groen Blauw Paars 0-1 jaar 1 tot 2 jaar 2 tot 3 jaar 3 tot 4 jaar 4 tot 5 jaar 5 tot 6 jaar

15 1. Portfolio: Verzamelen feiten
Documentatie met materiaal: tekeningen, foto’s en soms zelfs video’s Wat de ouders over het kind zeggen, zodat wij het kind beter leren kennen, en beter kunnen samenwerken Aantekeningen uit observaties: wat de kinderen hier doen

16 Bij een portfolio passen o.a.:
Foto’s van activiteiten Videoclips Misschien zelfs al schrijf-voorbeelden Hun kunstwerkjes

17 Onderdelen in het Portfolio documenteren
hoe kinderen over een langere periode vooruitgaan: Herfst 2009 Zomer 2010 Zo wordt GOLD™ een groeiboek van 0-6 jaar.

18 òòk voor ouders online:
In de VS en Australië is GOLD™ òòk voor ouders online:

19 Het onderzoek is gepland tot najaar 2011
Wij hopen dat u hier actief aan mee wilt werken! De ouder krijgt bij het verlaten van het kindercentrum GOLD™ mee. Een goede start straks op de basisschool; een leuke herinnering voor later.


Download ppt "Àlle kinderen kunnen ‘groeien’ in gewone kindercentra !!"

Verwante presentaties


Ads door Google