De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Godsdienst en ASS Buitengewoon secundair onderwijs

Verwante presentaties


Presentatie over: "Godsdienst en ASS Buitengewoon secundair onderwijs"— Transcript van de presentatie:

1 Godsdienst en ASS Buitengewoon secundair onderwijs

2 De werkgroep ASS en godsdienst
Leden van de stuurgroep ASS van het VVKBuO Leden van de inspectie RKG Godsdienstleerkrachten uit BuO Leden van de stuurgroep ASS van het VVKBuO is een bestaande werkgroep die geregeld samen komt rond de -problematiek van autisme. Vier leden van irbos en irbol hebben deze werkgroep mee begeleid. Een diverse groep van leerkrachten (en ook meerdere autisme-coördinatoren van scholen BuO) werden uitgenodigd om te denken rond GD en ASS. Een diverse groep... Klastitularissen uit LO die ook godsdienst geven, maar ook leermeesters godsdienst en godsdienstleerkrachten uit het buso.

3 Doel van de werkgroep Schooljaar 2005-2006 Vanuit het leerplan RKG:
Een voorstel voor een zinvol en kwaliteitsvol aanbod RKG Vanuit de werkervaring met kinderen en jongeren met ASS: Een zoektocht naar een zinvol aanbod, communicatie, werkvormen… Organisatie van een ontmoetingsdag/studiedag Schooljaar Uit de evaluatie van de studiedag blijkt Dat leerkrachten nood hebben aan uitwisseling en verdieping Dat leerkrachten uitgedaagd worden in het zoeken naar werkbare ‘vaardigheden’ bij de leerlingen We willen een vervolg op deze studiedag We willen de moeilijkheden niet uit de weg gaan We voelen dat er nood is aan meer Bestuderen van de levensbeschouwelijke vaardigheden Aan de hand van het boek van Jef De Schepper/ Levensbeschouwing ontwikkelen Gesprek met Peter Vermeulen van autisme centraal was het jaar van de voorbereiding van de eerste studiedag. Deze werd voorafgegaan door heel wat discussies of het mogelijk is om godsdienst te geven aan kinderen met autisme. Uiteindelijk was iedereen het er over eens dat het mogelijk is. In de voormiddag stond een referaat op het programma over ASS (en GD). In de namiddag werden werkwinkels samengesteld vanuit de concrete klaservaringen en voorbeelden uit het lesgebeuren. : de vraag blijft... Hoe pas je de ‘technieken’ uit het klasgebeuren van autisme ook toe in het vak godsdienst. Er werd vooral gezocht naar mogelijke hulpmiddelen om het ‘leerplan’ te realiseren met het oog op de eigen mogelijkheden van kinderen/jongeren met ASS. Uiteindelijk werd het boek van Jef De Schepper een leidraad voor onze zoektocht. Hij maakt een onderscheid tussen ‘levensbeschouwelijke vaardigheden’ die kunnen aangeleerd worden om door te stoten naar ‘godsdienstige vaardigheden’. Uit het gesprek met Peter Vermeulen werd duidelijk dat we op het goede spoor zaten. Veel is mogelijk met kinderen/jongeren met ASS als we ons aanpassen aan hun denken/handelen/zijn.

4 Doel van de werkgroep Schooljaar 2007-2008
We ontwerpen een vaardighedencaleidoscoop Enkele leerkrachten gaan aan de slag met de caleidoscoop Schooljaar Voorstelling van de caleidoscoop aan alle leden van de inspectie RKG via IRBOL en IRBOS Vraag om de caleidoscoop voor te stellen aan de godsdienstleerkrachten die werken met leerlingen met ASS Vraag aan de leerkrachten om ermee aan de slag te gaan en te evalueren Samenbrengen van evaluaties tegen het 3de trimester Later Organisatie van een ontmoetingsdag voor leerkrachten die werken met leerlingen met ASS was vooral het jaar waarin het boek werd gelezen door de leden van de werkgroep. Geleidelijk groeide het inzicht in de door de schepper voorgestelde vaardigheden. Het statisch gegeven van aparte godsdienstige en levensbeschouwelijke vaardigheden werd verlaten voor het dynamische beeld van de caleidoscoop. Werken aan godsdienstige vaardigheden kan vanuit de veelheid aan levensbeschouwelijke vaardigheden die gekozen worden vanuit de mogelijkheden van de leerlingen in de klas. Leerkrachten gingen aan de slag met deze caleidoscoop... Met een bevredigend resultaat. De ervaring nam toe dat godsdienst aan kinderen met ass mogelijk is, als we rekening houden met de mogelijkheden van deze kinderen. wordt de caleidoscoop voorgesteld aan alle leden van de inspectie-begeleiding. Het is een HULPMIDDEL om te werken aan de doelen van het leerplan/raamplan/werkplan om zo de mogelijkheden van de kinderen/jongeren te doen toenemen met betrekking tot hun levensbeschouwelijke groei. Doel is de introductie bij leerkrachten die met de caleidoscoop willen experimenteren en hun ervaringen uitwisselen met de werkgroep rond de paasvakantie zodat verdere inzichten groeien, zodat dingen kunnen aangepast en/of bijgestuurd worden,... aan de mogelijkheden van leerkrachten en leerlingen.

5 De vaardighedencaleidoscoop
Het beeld van de caleidoscoop werd gekozen omwille van de dynamiek en de mogelijke veelheid aan inrijpoorten om kinderen verder op weg te helpen in hun levensbeschouwelijke groei vanuit de weg die leerplan/raamplan/werkplan aangeven. En het is een kleurrijk beeld... dat zich steeds aanpast door er mee om te gaan zodat nieuwe perspectieven zich openen tot groei! En dat hebben we toch voor ogen: mensen aanspreken in hun mogelijkheden om te groeien als mens, als levensbeschouwelijk wezen in confrontatie met het katholieke geloof.

6 Waarom een caleidoscoop?
De caleidoscoop is een hulpmiddel voor godsdienstleerkrachten in klassen met leerlingen met ASS Voor het realiseren van ontwikkelingsdoelen, terreindoelen en voor het werken met sleutelwoorden vanuit het Leerplan RKG Steeds herhalend: De caleidoscoop is nooit een ‘ding-an-sich’! Het gaat hem niet zozeer om deze caleidoscoop... Wel om een hulpmiddel te zijn voor jongere en leerplan! Het moedigt aan om te zoeken naar de mogelijkheden van de jongere met ASS en het blijft voor de leerkracht een blijvende oproep om attent te zijn voor de ‘eigenheid van een jongeren met ASS’.

7 ontwikkelings-doelen
De caleidoscoop OV2 / OV3 ontwikkelings-doelen OV1 sleutelwoorden OV4 Terreindoelen De caleidoscoop is een hulpmiddel. De leerling en zijn/haar levensbeschouwelijke groei staan in het middelpunt. Zijn/haar individueel handelingsplan, zijn/haar kunnen is het vertrekpunt. Voor OV1 maken we daarbij gebruik van de sleutelwoorden in het leerplan buitengewoon secundair onderwijs of van het werkplan kleuter (zie de tabel met componenten van levensbeschouwelijke en religieuze groei p. 136). Voor OV2/OV3 maken we daarbij gebruik van de ontwikkelingsdoelen in het leerplan buitengewoon secundair onderwijs . Met OV4 werken we aan de terreindoelen van het leerplan gewoon secundair onderwijs.

8 De caleidoscoop Traditie hanteren Transcendentie zien
Fundamenteel vertrouwen Verbondenheid beleven leerling / leerplan Transcendentie zien Traditie hanteren De leerling en het leerplan staan centraal in het uitbouwen van een les. Om de LL te stimuleren in zijn levensbeschouwelijke groei maken we gebruik van het leerplan. Om dit te realiseren maken we gebruik van “godsdienstige vaardigheden” (zoals aangegeven in het boek van Jef De Schepper). Traditie hanteren (kennen, verbinden met ervaring, creatief voortzetten) Verbondenheid beleven (verwantschap, verantwoordelijkheid) Fundamenteel vertrouwen Transcendentie zien (symbolisch denken)

9 Godsdienstige componenten
transcendentie gebruik maken van symbolen om aan te tonen dat er meer is achter de werkelijkheid. verbondenheid laten ervaren dat elke mens deel is van een groter geheel. fundamenteel vertrouwen een positieve kijk op het leven krijgen en versterken zonder tekorten/onvolmaaktheden te ontkennen. traditie hanteren elementen uit godsdienst(en) leren kennen en verbinden aan eigen ervaringen. transcendentie: gebruik maken van symbolen om aan te tonen dat er meer is achter de werkelijkheid. Transcendentie wordt bemiddeld via symbolen: bijvoorbeeld: het branden van een kaars bij het voorlezen van een bijbelverhaal duidt aan dat het een ‘ander’ verhaal is dan uit een ‘gewoon verhaal’. Je kunt transcendentie zien als een verdieping van ‘verwondering’ en van ‘genieten’. Maar ook de contrastervaring van ‘tekort’ kan leiden tot het besef van transcendentie door bvb te laten zien dat mensen leren leven met tekorten door hun grenzen te aanvaarden. Dit kan mensen brengen tot idealen en toekomstdromen. Aan de hand van symbolen proberen we uit te drukken wat eigenlijk ‘onzegbaar’ is. Verbondenheid voelen: laten ervaren dat elke mens deel is van een groter geheel. Grenservaringen (ziekte, beperking, dood) kunnen dit gevoel nog versterken. Je kunt ook elk individueel werken en toch verbonden zijn. Voorbeeld: leerlingen met autisme werken individueel maar zitten samen aan 1 grote tafel. Deze ervaring groeit bij kinderen vanuit de ervaring van verwantschap (cfr Rumke : verbeelding stimuleren, emoties cultiveren, ordening zien en ervaren, verbanden leggen tussen ervaring en informatie, afhankelijkheid en grenzen leren aanvaarden) en verantwoordelijkheid... of bewogenheid (cfr Levinas). Je door mensen en waarden laten raken. Ervaren dat juist verantwoordelijkheid leidt tot verbondenheid (cfr barmhartige samaritaan) Fundamenteel vertrouwen: een positieve kijk op het leven krijgen en versterken zonder tekorten/onvolmaaktheden te ontkennen. Voorbeeld: God ziet mijn graag zoals ik ben (onderscheid tussen sociale vaardigheden en godsdienst). Om dit fundamenteel vertrouwen te ontwikkelen is het belangrijk om te leren omgaan met grenzen, met onvolkomenheid en met afwezigheid. Traditie hanteren: elementen uit godsdienst(en) leren kennen en verbinden aan eigen ervaringen. De kunst om de verhalen, beelden en opvattingen uit de traditie tot leven brengen zodat deze geen ‘herinneringen aan een verleden’ zijn, maar betekenis krijgen in het eigen leven. ‘kennen’ of ‘weet hebben van’ alleen zijn onvoldoende. De ervaringswereld van de jongere is een belangrijk criterium om deze gegevens tot ‘leven’ te brengen.

10 De caleidoscoop In de Traditie hanteren Transcendentie zien
waarnemen In de Traditie hanteren Handelen Transcendentie zien Fundamenteel vertrouwen Verkennen Verkennen leerling / leerplan Om te werken aan deze godsdienstige vaardigheden kunnen we beroep doen op algemener levensbeschouwelijke vaardigheden: Waarnemen (zintuiglijk waarnemen, verwonderen, voelen, genieten) Verkennen Redeneren (benoemen, argumenteren, waarderen) Verbeelden Communiceren Handelen (kiezen, uitvoeren, doorzetten) Verbondenheid beleven Communiceren Verbeelden Redeneren

11 Levensbeschouwelijke vaardigheden
waarnemen via het zintuiglijke waarnemen komen tot verwondering voor…en genieten van….. communicatie Communicatie met de anderen, met jezelf en dit met hart, hoofd en handen. Er moet betrokkenheid zijn over datgene waarover gesproken wordt. handelen oefenen in het omzetten het denken naar het handelen. Actieve autonomie moet geoefend worden door feedback van de lkr. en de ouders verbeelding ervaringen uitdrukken in beelden redeneren benoemen van ervaringen die een ingesteldheid/visie verduidelijken en ontwikkelen verkennen zien in een bredere context, door verbanden te maken en transfers te leggen Waarnemen: via het zintuiglijke waarnemen komen tot verwondering voor…en genieten van….. Verwondering is dikwijls basis om ergens dieper op in te gaan. Je verbaast je over dingen en gebeurtenissen die eerst vanzelfsprekend zijn. ‘Plots’ zie je er het verwonderlijke van in... Dat doet je vragen stellen. Bvb op een avond kijk je naar de sterrenhemel en je wordt je voor het eerst bewust van de oneindigheid van het heelal... Verwondering overvalt je meestal. Het is belangrijk om met jongeren situatie te scheppen waarbij je verwondering uitlokt. Je kunt dit ontwikkelen door je open te stellen voor het onverwachte, door vanzelfsprekendheden los te laten, je vragen te stellen bij dagelijkse dingen en ervaringen, door verbanden te leggen,... In klas kan je de waarneming van alledaagse dingen en ervaringen intensiveren door vragen op te roepen en zelf te laten ontdekken, door teksten of tekeningen die verwondering (of andere emoties) ontlokken, door tijd te maken. Communicatie: Communicatie met de anderen, met jezelf en dit met hart, hoofd en handen. Er moet betrokkenheid zijn over datgene waarover gesproken wordt. Pluriformiteit in onze maatschappij maakt dialoog noodzakelijk. Het behoort tot de levensbeschouwelijke traditie. Interne dialoog is belangrijk (tussen katholieken onderling bvb) omdat er zeer uiteenlopende interpretaties en belevingen zijn. Hierover spreken is belangrijk om te komen tot een eigen zienswijze. Handelen: oefenen in het omzetten het denken naar het handelen. Actieve autonomie moet geoefend worden door feedback van de lkr. en de ouders. Dit is vooral belangrijk voor de morele (hoe handel ik) en voor de sociale aspecten (hoe behandel ik) van levensbeschouwing. Dit vraagt ruimt voor experiment en beoordeling en sanctie. ‘wie niet handelt zoals hij denkt, gaat op den duur denken zoals hij handelt.’ Je kunt het ook duiden als: woorden wekken, voorbeelden trekken. Verbeelding: ervaringen uitdrukken in beelden. Het belang van kunst en creatieve expressie is belangrijk. De verbeelding laat mogelijkheden zien, dromen, idealen en doelen om na te streven. Dat is het onderscheid met fantasie die een vrijblijvend voorstelling is van fictieve dingen. De verbeelding echter is het zich voorstellen van zaken en situaties die ongekend maar niet onmogelijk zijn. Vb: een kind heeft een gruwelijke hekel aan haren wassen onder de douche. Het gebeurt altijd onder luid geroep en geschreeuw. Op een dag laat het kind het gewoon doen. Zijn ma vraagt verwondert: hoe komt het dat je vandaag niet schreeuwt. Het kind zegt: ik dacht er aan onder een boom te staan en droog te blijven. En toen was het helemaal niet erg. Redeneren: benoemen van ervaringen die een ingesteldheid/visie verduidelijken en ontwikkelen. Het benoemen van ervaringen en het kennen en hanteren van een aantal basisbegrippen van levensbeschouwing. Het waarderen van wat het leven biedt en van hieruit komen tot een waardenpatroon. Het is belangrijk om dingen/ervaringen te benoemen, anders krijg je er geen vat op. Daarom is het belangrijk dat jongeren in de begrippen van de levensbeschouwing thuis komen: ervaring, gevoel, mening, geloof, levensvraag, zin,... Verkennen: zien in een bredere context, door verbanden te maken en transfers te leggen. Het is een vorm van nieuwsgierigheid ontlokken zodat ‘dingen’ en ‘ervaringen’ beter worden begrepen. Het maakt dingen ook concreter en stimuleert het denken. Het geeft beter inzicht. Het doet ook recht aan de complexiteit van de werkelijkheid en van de levensvragen waarmee mensen leven.

12 Fundamenteel vertrouwen
ASS knipperlichten Verkennen waarnemen Handelen Communiceren Redeneren Verbeelden Transcendentie zien Traditie hanteren Fundamenteel vertrouwen Verbondenheid beleven leerling raamplan De caleidoscoop wil dus alleen maar proberen om leerkrachten aan te zetten met leerlingen en met leerplan op weg te gaan... Naar levensbeschouwelijke groei. Je vertrekt in de voorbereiding van je les(senreeks) steeds vanuit het middelpunt van de caleidoscoop. Wat kunnen de jongeren aan? (beginsituatie). Welk doel van het leerplan wil ik/kan ik gebruiken om aan te sluiten bij deze beginsituatie? via welke godsdienstige vaardigheid kan ik mijn doel het best realiseren? met welke levensbeschouwelijke vaardigheid kan ik met mijn groep het best ‘verkennen’ en stappen zetten in de richting van deze godsdienstige vaardigheid. Meteen gaan hier ook de ASS-knipperlichten branden! Je les(senreeks) geef je in omgekeerde richting. Je vertrekt vanuit de leefwereld van de jongeren, werkt zo via een (of meerdere) levensbeschouwelijke vaardigheden aan een godsdienstige vaardigheid waardoor je de ontwikkelingsdoelen (zo goed mogelijk) realiseert en de jongeren stimuleert in hun levensbeschouwelijke groei in confrontatie met het katholieke geloof.

13 Sterke kanten kinderen met ASS Sterke kanten kinderen zonder ASS
Letterlijk begrijpen Oog voor details De feiten Leven volgens de regels De wetten Rechttoe rechtaan, eerlijk Het uiterlijke/het zien Sterke kanten kinderen zonder ASS Begrijpen naar de geest Oog voor het grotere geheel De ideeën Leven tussen de regels De uitzonderingen op de wet Humor, liegen en bedriegen Het innerlijke

14 Hoe gaan leerkrachten hiermee aan de slag?
Een voorbeeld uit de jaarplanning OV1 Natuur Het wonder van de natuur beleven, bekijken – natuurverschijnselen verwondering Verwoorden welke beelden uit de natuur hen ‘raken’ Begrijpen dat sommige dingen uit de natuur niet te verklaren zijn Genieten van de natuur Waarnemen Communicatie Verkennen Schepping <-> wetenschap Zien aan de hand van verhalen het verschil tussen de godsdienstige benadering van de schepping en de wetenschap Leren hun eigen mening te verwoorden op een respectvolle manier Kritisch nadenken over godsbeelden Waarnemen, Verkennen, Redeneren, Communicatie, Traditie, transcendentie Dit is een voorbeeld uit een jaarplanning van OV1. De leerkrachten werken rond sleutelwoorden, daar koppelen ze doelen aanvast en van daaruit maken ze een keuze in de vaardigheden waarmee ze aan de slag willen.

15 Opnemen van de vaardighedencaleidoscoop op de leerprojectfiche
waarnemen communiceren handelen redeneren verbeelden fundamenteel vertrouwen verbondenheid voelen traditie transcendentie Andere leerkrachten zetten dit schema bij op de leerprojectfiche en probeer zo gedurende de opbouw van hun leerproject het schema in te vullen of te gebruiken bij het kiezen van de vaardigheden waarmee ze willen werken.

16 Vraag aan de inspectie Vaardighedencaleidoscoop uitleggen aan LKRN die werken met jongeren met ASS LKRN vragen ermee aan de slag te gaan en te experimenteren Evaluatievragen: Is de caleidoscoop een hulpmiddel? Hoe ga je als leerkracht aan de slag met de vaardighedencaleidoscoop? Tips en suggesties? Aanvullingen?


Download ppt "Godsdienst en ASS Buitengewoon secundair onderwijs"

Verwante presentaties


Ads door Google