De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Achtergrond Onderdeel van de onderwijsdiensten gekoppeld met wijkkringen. Dit najaar zijn de volgende drie toespraken over het Kruis gepland Kruisvuur:

Verwante presentaties


Presentatie over: "Achtergrond Onderdeel van de onderwijsdiensten gekoppeld met wijkkringen. Dit najaar zijn de volgende drie toespraken over het Kruis gepland Kruisvuur:"— Transcript van de presentatie:

1 Achtergrond Onderdeel van de onderwijsdiensten gekoppeld met wijkkringen. Dit najaar zijn de volgende drie toespraken over het Kruis gepland Kruisvuur: waarom het kruis? Kruisverband: aarde en hemel Kruispunt: het kruis in de praktijk

2 De Bron en het kruis

3 Het Christendom is uniek
Het kruis en de dood van Christus staan centraal in het Christendom. Bij alle andere godsdiensten staat het leven en werk van hun leiders centraal en is met hun dood hun missie beëindigd Hun dood is op zich niet belangrijk, wat er toe doet is hun leven, hun leer en het inspirerende voorbeeld dat zij gaven. Zij leefden allen relatief lang en zijn een “natuurlijke” dood gestorven: Mohammed 62 jaar Confucius 72 jaar Buddha 80 jaar Mozes 120 jaar Joh 19:30 Toen Jezus dan de zure wijn had genomen, zei Hij: Het is volbracht! En Hij boog zijn hoofd en gaf zijn geest over. Joh 17:4 Ik heb U verheerlijkt op de aarde, terwijl Ik het werk heb voleindigd dat U Mij te doen hebt gegeven;

4 Christus is uniek Christus leven, leer en voorbeeld zijn onvergelijkbaar. Maar Christus stierf bovendien de verschrikkelijke dood aan het kruis en koos daar zelf voor. Hij was begin 30, verguisd door Zijn volk, verlaten door Zijn volgelingen. Zijn dood was ogenschijnlijk een totale mislukking , toch beweerde Hij dat Hij zijn missie vervulde door Zijn dood en dat Hij zijn opdracht voleindigd had aan het KRUIS. (Joh 17:4, 19:30)

5 Ik heb U verheerlijkt op de aarde, terwijl Ik het werk heb voleindigd dat U Mij te doen hebt gegeven; (Joh 17:4) Toen Jezus dan de zure wijn had genomen, zei Hij: Het is volbracht! En Hij boog zijn hoofd en gaf zijn geest over. (Joh 19:30)

6 Het woord van het Kruis Is dwaasheid voor hen die verloren gaan
Kracht van God voor het die behouden worden Voor de Joden een aanleiding tot vallen Voor de volken een dwaasheid Voor de geroepenen de kracht van God en de wijsheid van God 1Co 1:18 Want het woord van het kruis is voor hen die verloren gaan, dwaasheid; maar voor ons die behouden worden, is het kracht van God. 1Co 1:23 maar wij prediken Christus, de Gekruisigde, voor Joden een aanleiding tot vallen en voor volken een dwaasheid, 1Co 1:24 maar voor de geroepenen zelf, zowel Joden als Grieken, Christus, de kracht van God en de wijsheid van God; 1Co 1:25 want het dwaze van God is wijzer dan de mensen en het zwakke van God is sterker dan de mensen. In Korinthe ontving Paulus deze boodschap van de Heer Hand 18:9 De Heer nu zei 's nachts door een gezicht tot Paulus: Wees niet bang, maar spreek en zwijg niet, Hand 66 18:10 want Ik ben met je, en niemand zal de hand aan je slaan om je kwaad te doen, want Ik heb veel volk in deze stad

7 Want het woord van het kruis is voor hen die verloren gaan, dwaasheid; maar voor ons die behouden worden, is het kracht van God. maar wij prediken Christus, de Gekruisigde, voor Joden een aanleiding tot vallen en voor volken een dwaasheid, maar voor de geroepenen zelf, zowel Joden als Grieken, Christus, de kracht van God en de wijsheid van God; want het dwaze van God is wijzer dan de mensen en het zwakke van God is sterker dan de mensen. (1Cor 1:18, 23-25) Lied zingen 434 Zie de dag breekt aan. De essentie van het woord van het kruis is zichtbaar.

8 De noodzaak van het kruis
God is rechtvaardig en heilig. Niets onreins mag in zijn aanwezigheid komen (1 Pet 1:16, Jes 6:2-3. Op 21:27) De mens is zondig en doet zonden die scheiding brengen tussen God en de mens (Rom 3:9, Jes 59:2, Rom 3:23, Rom 5:12) De zonde moet geoordeeld worden (Rom 2:3,12, Rom 6:23) Zonder bloedstorting (dood) is er geen vergeving (Heb 9:22) Er is een offer nodig! (Heb 10:5-10) 1Pe 1:16 want er staat geschreven: 'Weest heilig, want Ik ben heilig'. Isa 6:2 Serafs stonden boven Hem; ieder had zes vleugels: met twee bedekte hij zijn aangezicht, met twee bedekte hij zijn voeten en met twee vloog hij. Isa 6:3 En de een riep de ander toe: Heilig, heilig, heilig is de Here der heerscharen, de ganse aarde is van zijn heerlijkheid vol. Rev 21:27 En in haar zal niets onreins binnenkomen, en niemand, die gruwel en leugen doet, maar alleen zij, die geschreven zijn in het boek des levens van het Lam. Rom 3:9 Wat dan? Zijn wij uitnemender? Helemaal niet. Wij hebben immers tevoren zowel Joden als Grieken beschuldigd, dat zij allen onder de zonde zijn, Rom 5:12 Daarom, zoals door een mens de zonde in de wereld is gekomen en door de zonde de dood, en zo de dood tot alle mensen is doorgegaan, doordat allen gezondigd hebben... Isa 59:2 maar uw ongerechtigheden zijn het, die scheiding brengen tussen u en uw God, en uw zonden doen zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij niet hoort. Rom 3:23 Want allen hebben gezondigd en komen te kort aan de heerlijkheid van God, Rom 2:3 Rekent gij wellicht hierop, o mens, die oordeelt over hen, die zulke dingen bedrijven, en ze zelf doet, dat gij het oordeel Gods ontgaan zult? Rom 2:12 Want allen, die zonder wet gezondigd hebben, zullen ook zonder wet verloren gaan; en allen, die onder de wet gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden; Rom 6:23 Want het loon van de zonde is de dood; maar de genadegave van God is het eeuwige leven in Christus Jezus onze Heer. Heb 9:22 En met bloed wordt bijna alles naar de wet gereinigd, en zonder bloedstorting is er geen vergeving. Heb 10:4 Want het is onmogelijk dat bloed van stieren en bokken zonden wegneemt. Heb 10:5 Daarom zegt Hij bij zijn komen in de wereld: 'Slachtoffer en offerande hebt U niet gewild, maar U hebt Mij een lichaam toebereid; Heb 10:6 in brandoffers en zondoffers hebt U geen behagen gehad. Heb 10:7 Toen zei Ik: zie, Ik kom ( in de boekrol is over Mij geschreven ) om uw wil te doen, O God!' Heb 10:8 Terwijl Hij vooraf zei: 'Slachtoffers en offeranden, brandoffers en zondoffers hebt U niet gewild en U hebt er geen behagen in gehad' ( die naar de wet geofferd worden ), Heb 10:9 zei Hij daarna: 'Zie, Ik kom om uw wil te doen'. Hij neemt het eerste weg om het tweede te stellen. Heb 10:10 Door die wil zijn wij geheiligd door middel van de offerande van het lichaam van Jezus Christus, eens voor altijd.

9 God is rechtvaardig en heilig
want er staat geschreven: 'Weest heilig, want Ik ben heilig'. (1Pe 1:16 ) Serafs stonden boven Hem; ieder had zes vleugels: met twee bedekte hij zijn aangezicht, met twee bedekte hij zijn voeten en met twee vloog hij. En de een riep de ander toe: Heilig, heilig, heilig is de Here der heerscharen, de ganse aarde is van zijn heerlijkheid vol. (Jes 6:2-3) En in haar zal niets onreins binnenkomen, en niemand, die gruwel en leugen doet, maar alleen zij, die geschreven zijn in het boek des levens van het Lam. (Op 21:27) 1Pe 1:16 want er staat geschreven: 'Weest heilig, want Ik ben heilig'. Isa 6:2 Serafs stonden boven Hem; ieder had zes vleugels: met twee bedekte hij zijn aangezicht, met twee bedekte hij zijn voeten en met twee vloog hij. Isa 6:3 En de een riep de ander toe: Heilig, heilig, heilig is de Here der heerscharen, de ganse aarde is van zijn heerlijkheid vol. Rev 21:27 En in haar zal niets onreins binnenkomen, en niemand, die gruwel en leugen doet, maar alleen zij, die geschreven zijn in het boek des levens van het Lam.

10 De mens is zondig en zondigt.
Wij hebben immers tevoren zowel Joden als Grieken beschuldigd, dat zij allen onder de zonde zijn, (Rom 3:9) maar uw ongerechtigheden zijn het, die scheiding brengen tussen u en uw God, en uw zonden doen zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij niet hoort. (Jes 59:2) Want allen hebben gezondigd en komen te kort aan de heerlijkheid van God, (Rom 3:23 ) Daarom, zoals door een mens de zonde in de wereld is gekomen en door de zonde de dood, en zo de dood tot alle mensen is doorgegaan, doordat allen gezondigd hebben. (Rom 5:12) .. Rom 3:9 Wat dan? Zijn wij uitnemender? Helemaal niet. Wij hebben immers tevoren zowel Joden als Grieken beschuldigd, dat zij allen onder de zonde zijn, Isa 59:2 maar uw ongerechtigheden zijn het, die scheiding brengen tussen u en uw God, en uw zonden doen zijn aangezicht voor u verborgen zijn, zodat Hij niet hoort. Rom 3:23 Want allen hebben gezondigd en komen te kort aan de heerlijkheid van God,

11 De mens heeft oordeel verdient
Rekent gij wellicht hierop, o mens, die oordeelt over hen, die zulke dingen bedrijven, en ze zelf doet, dat gij het oordeel Gods ontgaan zult? Rom 2:3 Want allen, die zonder wet gezondigd hebben, zullen ook zonder wet verloren gaan; en allen, die onder de wet gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden; Rom 2:12 Want het loon van de zonde is de dood; maar de genadegave van God is het eeuwige leven in Christus Jezus onze Heer. Rom 6:23 Rom 2:3 Rekent gij wellicht hierop, o mens, die oordeelt over hen, die zulke dingen bedrijven, en ze zelf doet, dat gij het oordeel Gods ontgaan zult? Rom 2:12 Want allen, die zonder wet gezondigd hebben, zullen ook zonder wet verloren gaan; en allen, die onder de wet gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden; Rom 6:23 Want het loon van de zonde is de dood; maar de genadegave van God is het eeuwige leven in Christus Jezus onze Heer.

12 Zonder bloedstorting geen vergeving er is een offer nodig
En met bloed wordt bijna alles naar de wet gereinigd, en zonder bloedstorting is er geen vergeving. (Heb 9:22) Want het is onmogelijk dat bloed van stieren en bokken zonden wegneemt. Daarom zegt Hij bij zijn komen in de wereld: 'Slachtoffer en offerande hebt U niet gewild, maar U hebt Mij een lichaam toebereid; in brandoffers en zondoffers hebt U geen behagen gehad. Toen zei Ik: zie, Ik kom ( in de boekrol is over Mij geschreven ) om uw wil te doen, O God!‘ Terwijl Hij vooraf zei: 'Slachtoffers en offeranden, brandoffers en zondoffers hebt U niet gewild en U hebt er geen behagen in gehad' ( die naar de wet geofferd worden ) zei Hij daarna: 'Zie, Ik kom om uw wil te doen'. Hij neemt het eerste weg om het tweede te stellen. Door die wil zijn wij geheiligd door middel van de offerande van het lichaam van Jezus Christus, eens voor altijd. (Heb 10:4-10) Heb 9:22 En met bloed wordt bijna alles naar de wet gereinigd, en zonder bloedstorting is er geen vergeving. Heb 10:4 Want het is onmogelijk dat bloed van stieren en bokken zonden wegneemt. Heb 10:5 Daarom zegt Hij bij zijn komen in de wereld: 'Slachtoffer en offerande hebt U niet gewild, maar U hebt Mij een lichaam toebereid; Heb 10:6 in brandoffers en zondoffers hebt U geen behagen gehad. Heb 10:7 Toen zei Ik: zie, Ik kom ( in de boekrol is over Mij geschreven ) om uw wil te doen, O God!' Heb 10:8 Terwijl Hij vooraf zei: 'Slachtoffers en offeranden, brandoffers en zondoffers hebt U niet gewild en U hebt er geen behagen in gehad' ( die naar de wet geofferd worden ), Heb 10:9 zei Hij daarna: 'Zie, Ik kom om uw wil te doen'. Hij neemt het eerste weg om het tweede te stellen. Heb 10:10 Door die wil zijn wij geheiligd door middel van de offerande van het lichaam van Jezus Christus, eens voor altijd.

13 De Heer Jezus is het offerlam van God
Abraham (Gen 22:6-10) Jesaja (Jes 53) Johannes de doper (Joh 1:29,36) Philipus (Hand 8:28-35) Petrus (1 Pet 1:19) Johannes in de Openbaringen (Op 5:6:13) Gen 22:6 Toen nam Abraham het hout voor het brandoffer, legde het op zijn zoon Isaak en nam vuur en een mes met zich mede. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:7 Toen sprak Isaak tot zijn vader Abraham en zeide: Mijn vader, en deze zeide: Hier ben ik, mijn zoon. En hij zeide: Hier is het vuur en het hout, maar waar is het lam ten brandoffer? Gen 22:8 En Abraham zeide: God zal Zichzelf voorzien van een lam ten brandoffer, mijn zoon. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:9 Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn zoon Isaak en legde hem op het altaar boven op het hout. Gen 22:10 Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om zijn zoon te slachten. De volgende dag zag hij Jezus naar zich toe komen en zei: Zie, het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt. (Joh 1:29) En toen hij op Jezus zag, die daar wandelde, zei hij: Zie, het Lam van God. (Joh 1:36) Isa 53:1 Wie gelooft, wat wij gehoord hebben, en aan wie is de arm des Heren geopenbaard? Isa 53:2 Want als een loot schoot hij op voor zijn aangezicht, en als een wortel uit dorre aarde; hij had gestalte noch luister, dat wij hem zouden hebben aangezien, noch gedaante, dat wij hem zouden hebben begeerd. Isa 53:3 Hij was veracht en van mensen verlaten, een man van smarten en vertrouwd met ziekte, ja, als iemand, voor wie men het gelaat verbergt; hij was veracht en wij hebben hem niet geacht. Isa 53:4 Nochtans, onze ziekten heeft hij op zich genomen, en onze smarten gedragen; wij echter hielden hem voor een geplaagde, een door God geslagene en verdrukte. Isa 53:5 Maar om onze overtredingen werd hij doorboord, om onze ongerechtigheden verbrijzeld; de straf die ons de vrede aanbrengt, was op hem, en door zijn striemen is ons genezing geworden. Isa 53:6 Wij allen dwaalden als schapen, wij wendden ons ieder naar zijn eigen weg, maar de Here heeft ons aller ongerechtigheid op hem doen neerkomen. Isa 53:7 Hij werd mishandeld, maar hij liet zich verdrukken en deed zijn mond niet open; als een lam dat ter slachting geleid wordt, en als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed hij zijn mond niet open. Isa 53:8 Hij is uit verdrukking en gericht weggenomen, en wie onder zijn tijdgenoten bedacht, dat hij is afgesneden uit het land der levenden? Om de overtreding van mijn volk is de plaag op hem geweest. Isa 53:9 En men stelde zijn graf bij de goddelozen; bij de rijke was hij in zijn dood, omdat hij geen onrecht gedaan heeft en geen bedrog in zijn mond is geweest. Isa 53:10 Maar het behaagde de Here hem te verbrijzelen. Hij maakte hem ziek. Wanneer hij zichzelf ten schuldoffer gesteld zal hebben, zal hij nakomelingen zien en een lang leven hebben en het voornemen des Heren zal door zijn hand voortgang hebben. Isa 53:11 Om zijn moeitevol lijden zal hij het zien tot verzadiging toe; door zijn kennis zal mijn knecht, de rechtvaardige, velen rechtvaardig maken, en hun ongerechtigheden zal hij dragen. Isa 53:12 Daarom zal Ik hem een deel geven onder velen en met machtigen zal hij de buit verdelen, omdat hij zijn leven heeft uitgegoten in de dood, en onder de overtreders werd geteld, terwijl hij toch veler zonden gedragen en voor de overtreders gebeden heeft. Act 8:28 en hij was op de terugreis en zat op zijn wagen en las de profeet Jesaja. Act 8:29 En de Geest zei tot Filippus: Ga naar die wagen en blijf er in de buurt. Act 8:30 En Filippus liep er snel heen en hoorde hem de profeet Jesaja lezen; en hij zei: Begrijpt u wel wat u leest? Act 8:31 Hij nu zei: Hoe zou ik dat immers kunnen, als niet iemand mij begeleidt? En hij verzocht Filippus in te stappen en bij hem te komen zitten. Act 8:32 De schriftplaats nu die hij las was deze: 'Als een schaap werd Hij naar de slachting geleid, en zoals een lam stom is tegen zijn scheerder, zo doet Hij zijn mond niet open. Act 8:33 In zijn vernedering werd zijn oordeel weggenomen; wie zal zijn geslacht vertellen? Want zijn leven wordt van de aarde weggenomen'. Act 8:34 De kamerling nu antwoordde Filippus en zei: Ik vraag u, van wie zegt de profeet dit: van zichzelf of van iemand anders? Act 8:35 En Filippus opende zijn mond en te beginnen van die Schrift verkondigde hij hem Jezus. 1Pe 1:18 daar u weet dat u niet door vergankelijke dingen zilver of goud, verlost bent van uw onvruchtbare, door de vaderen overgeleverde wandel, 1Pe 1:19 maar door kostbaar bloed, als van een vlekkeloos en onbesmet lam het bloed van Christus. 1Pe 1:20 Hij is wel voorgekend voor de grondlegging van de wereld, maar in het laatst van de tijden geopenbaard ter wille van u, Rev 5:6 En ik zag in het midden van de troon en van de vier levende wezens en in het midden van oudsten een Lam staan als geslacht; het had zeven horens en zeven ogen, welke zijn de zeven Geesten van God, uitgezonden over de hele aarde. Rev 5:7 En het kwam en nam het boek uit de rechterhand van Hem die op de troon zat. Rev 5:8 En toen het dat boek had genomen, vielen de vier levende wezens en de vierentwintig oudsten voor het Lam neer; zij hadden elk een harp en gouden schalen vol reukwerken, welke zijn de gebeden van de heiligen. Rev 5:9 En zij zingen een nieuw lied en zeggen: U bent waard het boek te nemen en zijn zegels te openen; want U bent geslacht en hebt voor God gekocht met uw bloed uit elk geslacht en taal en volk en natie, Rev 5:10 en hebt hen voor onze God gemaakt tot een koninkrijk en tot priesters; en zij zullen over de aarde regeren. Rev 5:11 En ik zag, en hoorde een stem van vele engelen rond de troon en de levende wezens en de oudsten, en hun getal was tienduizenden tienduizendtallen en duizenden duizendtallen, Rev 5:12 en zij zeiden met luider stem: Het Lam dat geslacht is, is waard te ontvangen de kracht en rijkdom en wijsheid en sterkte en eer en heerlijkheid en lof. Rev 5:13 En elk schepsel dat in de hemel en op de aarde en onder de aarde en op de zee is, en alles wat daarin is, hoorde ik zeggen: Hem die op de troon zit, en het Lam, zij de lof en de eer en de heerlijkheid en de macht tot in alle eeuwigheid.

14 Abraham en Isaak Toen nam Abraham het hout voor het brandoffer, legde het op zijn zoon Isaak en nam vuur en een mes met zich mede. Zo gingen die beiden tezamen. Toen sprak Isaak tot zijn vader Abraham en zeide: Mijn vader, en deze zeide: Hier ben ik, mijn zoon. En hij zeide: Hier is het vuur en het hout, maar waar is het lam ten brandoffer? En Abraham zeide: God zal Zichzelf voorzien van een lam ten brandoffer, mijn zoon. Zo gingen die beiden tezamen. Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn zoon Isaak en legde hem op het altaar boven op het hout. Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om zijn zoon te slachten. (Gen 22:6-10) Gen 22:6 Toen nam Abraham het hout voor het brandoffer, legde het op zijn zoon Isaak en nam vuur en een mes met zich mede. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:7 Toen sprak Isaak tot zijn vader Abraham en zeide: Mijn vader, en deze zeide: Hier ben ik, mijn zoon. En hij zeide: Hier is het vuur en het hout, maar waar is het lam ten brandoffer? Gen 22:8 En Abraham zeide: God zal Zichzelf voorzien van een lam ten brandoffer, mijn zoon. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:9 Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn zoon Isaak en legde hem op het altaar boven op het hout. Gen 22:10 Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om zijn zoon te slachten. Gen 22:11 Maar de Engel des Heren riep tot hem van de hemel en zeide: Abraham, Abraham! En hij zeide: Hier ben ik. Gen 22:12 En Hij zeide: Strek uw hand niet uit naar de jongen en doe hem niets, want nu weet Ik, dat gij godvrezend zijt, en uw zoon, uw enige, Mij niet hebt onthouden. Gen 22:13 Toen sloeg Abraham zijn ogen op en daar zag hij een ram achter zich, met zijn horens verward in het struikgewas. En Abraham ging en nam de ram en offerde hem ten brandoffer in plaats van zijn zoon. Gen 22:14 En Abraham noemde die plaats: De Here zal erin voorzien; waarom nog heden gezegd wordt: Op de berg des Heren zal erin voorzien worden.

15 Abraham en Isaak En Abraham zeide:
Hier is het vuur en het hout, maar waar is het lam ten brandoffer? En Abraham zeide: God zal Zichzelf voorzien van een lam ten brandoffer, mijn zoon. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:6 Toen nam Abraham het hout voor het brandoffer, legde het op zijn zoon Isaak en nam vuur en een mes met zich mede. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:7 Toen sprak Isaak tot zijn vader Abraham en zeide: Mijn vader, en deze zeide: Hier ben ik, mijn zoon. En hij zeide: Hier is het vuur en het hout, maar waar is het lam ten brandoffer? Gen 22:8 En Abraham zeide: God zal Zichzelf voorzien van een lam ten brandoffer, mijn zoon. Zo gingen die beiden tezamen. Gen 22:9 Toen zij aan de plaats die God hem genoemd had, gekomen waren, bouwde Abraham daar een altaar, schikte het hout, bond zijn zoon Isaak en legde hem op het altaar boven op het hout. Gen 22:10 Daarop strekte Abraham zijn hand uit en nam het mes om zijn zoon te slachten. Gen 22:11 Maar de Engel des Heren riep tot hem van de hemel en zeide: Abraham, Abraham! En hij zeide: Hier ben ik. Gen 22:12 En Hij zeide: Strek uw hand niet uit naar de jongen en doe hem niets, want nu weet Ik, dat gij godvrezend zijt, en uw zoon, uw enige, Mij niet hebt onthouden. Gen 22:13 Toen sloeg Abraham zijn ogen op en daar zag hij een ram achter zich, met zijn horens verward in het struikgewas. En Abraham ging en nam de ram en offerde hem ten brandoffer in plaats van zijn zoon. Gen 22:14 En Abraham noemde die plaats: De Here zal erin voorzien; waarom nog heden gezegd wordt: Op de berg des Heren zal erin voorzien worden.

16 Maar het behaagde de Here hem te verbrijzelen.
Hij werd mishandeld, maar hij liet zich verdrukken en deed zijn mond niet open; als een lam dat ter slachting geleid wordt, en als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed hij zijn mond niet open. Maar het behaagde de Here hem te verbrijzelen. Hij maakte hem ziek. Wanneer hij zichzelf ten schuldoffer gesteld zal hebben, zal hij nakomelingen zien en een lang leven hebben en het voornemen des Heren zal door zijn hand voortgang hebben. Isa 53:1 Wie gelooft, wat wij gehoord hebben, en aan wie is de arm des Heren geopenbaard? Isa 53:2 Want als een loot schoot hij op voor zijn aangezicht, en als een wortel uit dorre aarde; hij had gestalte noch luister, dat wij hem zouden hebben aangezien, noch gedaante, dat wij hem zouden hebben begeerd. Isa 53:3 Hij was veracht en van mensen verlaten, een man van smarten en vertrouwd met ziekte, ja, als iemand, voor wie men het gelaat verbergt; hij was veracht en wij hebben hem niet geacht. Isa 53:4 Nochtans, onze ziekten heeft hij op zich genomen, en onze smarten gedragen; wij echter hielden hem voor een geplaagde, een door God geslagene en verdrukte. Isa 53:5 Maar om onze overtredingen werd hij doorboord, om onze ongerechtigheden verbrijzeld; de straf die ons de vrede aanbrengt, was op hem, en door zijn striemen is ons genezing geworden. Isa 53:6 Wij allen dwaalden als schapen, wij wendden ons ieder naar zijn eigen weg, maar de Here heeft ons aller ongerechtigheid op hem doen neerkomen. Isa 53:7 Hij werd mishandeld, maar hij liet zich verdrukken en deed zijn mond niet open; als een lam dat ter slachting geleid wordt, en als een schaap dat stom is voor zijn scheerders, zo deed hij zijn mond niet open. Isa 53:8 Hij is uit verdrukking en gericht weggenomen, en wie onder zijn tijdgenoten bedacht, dat hij is afgesneden uit het land der levenden? Om de overtreding van mijn volk is de plaag op hem geweest. Isa 53:9 En men stelde zijn graf bij de goddelozen; bij de rijke was hij in zijn dood, omdat hij geen onrecht gedaan heeft en geen bedrog in zijn mond is geweest. Isa 53:10 Maar het behaagde de Here hem te verbrijzelen. Hij maakte hem ziek. Wanneer hij zichzelf ten schuldoffer gesteld zal hebben, zal hij nakomelingen zien en een lang leven hebben en het voornemen des Heren zal door zijn hand voortgang hebben. Isa 53:11 Om zijn moeitevol lijden zal hij het zien tot verzadiging toe; door zijn kennis zal mijn knecht, de rechtvaardige, velen rechtvaardig maken, en hun ongerechtigheden zal hij dragen. Isa 53:12 Daarom zal Ik hem een deel geven onder velen en met machtigen zal hij de buit verdelen, omdat hij zijn leven heeft uitgegoten in de dood, en onder de overtreders werd geteld, terwijl hij toch veler zonden gedragen en voor de overtreders gebeden heeft.

17 Johannes de doper De volgende dag zag hij Jezus naar zich toe komen en zei: Zie, het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt. (Joh 1:29) En toen hij op Jezus zag, die daar wandelde, zei hij: Zie, het Lam van God. (Joh 1:36) De volgende dag zag hij Jezus naar zich toe komen en zei: Zie, het Lam van God, dat de zonde van de wereld wegneemt. (Joh 1:29) En toen hij op Jezus zag, die daar wandelde, zei hij: Zie, het Lam van God. (Joh 1:36)

18 Petrus daar u weet dat u niet door vergankelijke dingen zilver of goud, verlost bent van uw onvruchtbare, door de vaderen overgeleverde wandel, maar door kostbaar bloed, als van een vlekkeloos en onbesmet lam het bloed van Christus. Hij is wel voorgekend voor de grondlegging van de wereld, maar in het laatst van de tijden geopenbaard ter wille van u (1 petr 1:18-20) 1Pe 1:18 daar u weet dat u niet door vergankelijke dingen zilver of goud, verlost bent van uw onvruchtbare, door de vaderen overgeleverde wandel, 1Pe 1:19 maar door kostbaar bloed, als van een vlekkeloos en onbesmet lam het bloed van Christus. 1Pe 1:20 Hij is wel voorgekend voor de grondlegging van de wereld, maar in het laatst van de tijden geopenbaard ter wille van u,

19 Openbaringen En ik zag in het midden van de troon en van de vier levende wezens en in het midden van oudsten een Lam staan als geslacht; het had zeven horens en zeven ogen, welke zijn de zeven Geesten van God, uitgezonden over de hele aarde. (Op 5:6) en zij zeiden met luider stem: Het Lam dat geslacht is, is waard te ontvangen de kracht en rijkdom en wijsheid en sterkte en eer en heerlijkheid en lof. (Op 5:12) Rev 5:6 En ik zag in het midden van de troon en van de vier levende wezens en in het midden van oudsten een Lam staan als geslacht; het had zeven horens en zeven ogen, welke zijn de zeven Geesten van God, uitgezonden over de hele aarde. Rev 5:7 En het kwam en nam het boek uit de rechterhand van Hem die op de troon zat. Rev 5:8 En toen het dat boek had genomen, vielen de vier levende wezens en de vierentwintig oudsten voor het Lam neer; zij hadden elk een harp en gouden schalen vol reukwerken, welke zijn de gebeden van de heiligen. Rev 5:9 En zij zingen een nieuw lied en zeggen: U bent waard het boek te nemen en zijn zegels te openen; want U bent geslacht en hebt voor God gekocht met uw bloed uit elk geslacht en taal en volk en natie, Rev 5:10 en hebt hen voor onze God gemaakt tot een koninkrijk en tot priesters; en zij zullen over de aarde regeren. Rev 5:11 En ik zag, en hoorde een stem van vele engelen rond de troon en de levende wezens en de oudsten, en hun getal was tienduizenden tienduizendtallen en duizenden duizendtallen, Rev 5:12 en zij zeiden met luider stem: Het Lam dat geslacht is, is waard te ontvangen de kracht en rijkdom en wijsheid en sterkte en eer en heerlijkheid en lof. Rev 5:13 En elk schepsel dat in de hemel en op de aarde en onder de aarde en op de zee is, en alles wat daarin is, hoorde ik zeggen: Hem die op de troon zit, en het Lam, zij de lof en de eer en de heerlijkheid en de macht tot in alle eeuwigheid.

20 De evangelisten De laatste week van het leven van de Here Jezus beslaat in: Mattheus 30 % Markus 30 % Lukas ongeveer 25 % Johannes 50%

21 De Heer Jezus zelf over zijn dood
Hij noemt b.v. zijn dood 3 keer in het evangelie naar Markus en vertelt het aan zijn discipelen (Mar 8:31,9:31, 10:32-34, 45) Hij stelt een gedenkteken (avondmaal) in om aan zijn dood te denken op de laatste avond van Zijn leven op aarde. (Luk 22:19-20, Mark 14:22-26) 8:31 En Hij begon hun te leren dat de Zoon des mensen veel moest lijden en verworpen worden door de oudsten, de overpriesters en de schriftgeleerden en gedood worden en na drie dagen opstaan. 9:31 want Hij leerde zijn discipelen en zei tot hen: De Zoon des mensen wordt overgeleverd in handen van mensen en zij zullen Hem doden; en na gedood te zijn zal Hij na drie dagen opstaan. 10:32-34 Zij nu waren onderweg en trokken op naar Jeruzalem, en Jezus ging hun voor; en zij stonden verbaasd, ja, terwijl zij volgden, waren zij bang. En Hij nam opnieuw de twaalf tot Zich en begon hun te zeggen wat Hem zou overkomen: Zie, wij trekken op naar Jeruzalem, en de Zoon des mensen zal overgeleverd worden aan de overpriesters en de schriftgeleerden, en zij zullen Hem ter dood veroordelen en Hem overleveren aan de volken; en zij zullen Hem bespotten, Hem bespuwen, Hem geselen en doden; en na drie dagen zal Hij opstaan. Mar 10:45 Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven tot een losprijs voor velen. Luk 22:19 En Hij nam brood en nadat Hij had gedankt, brak Hij het en gaf het hun en zei: Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis. Luk 22:20 Evenzo ook de drinkbeker na de maaltijd, en Hij zei: Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in mijn bloed, dat voor u vergoten wordt.

22 Jezus eigen aankondiging
Zij nu waren onderweg en trokken op naar Jeruzalem, en Jezus ging hun voor; en zij stonden verbaasd, ja, terwijl zij volgden, waren zij bang. En Hij nam opnieuw de twaalf tot Zich en begon hun te zeggen wat Hem zou overkomen: Zie, wij trekken op naar Jeruzalem, en de Zoon des mensen zal overgeleverd worden aan de overpriesters en de schriftgeleerden, en zij zullen Hem ter dood veroordelen en Hem overleveren aan de volken; en zij zullen Hem bespotten, Hem bespuwen, Hem geselen en doden; en na drie dagen zal Hij opstaan. (Mar 10:32-34 ) Want ook de Zoon des mensen is niet gekomen om gediend te worden, maar om te dienen en zijn leven te geven tot een losprijs voor velen. (Mar 10:45) 1Pe 1:18 daar u weet dat u niet door vergankelijke dingen zilver of goud, verlost bent van uw onvruchtbare, door de vaderen overgeleverde wandel, 1Pe 1:19 maar door kostbaar bloed, als van een vlekkeloos en onbesmet lam het bloed van Christus. 1Pe 1:20 Hij is wel voorgekend voor de grondlegging van de wereld, maar in het laatst van de tijden geopenbaard ter wille van u,

23 Instelling avondmaal En Hij nam brood en nadat Hij had gedankt, brak Hij het en gaf het hun en zei: Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis. Evenzo ook de drinkbeker na de maaltijd, en Hij zei: Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in mijn bloed, dat voor u vergoten wordt. (Luk 22:19:20) Luk 22:19 En Hij nam brood en nadat Hij had gedankt, brak Hij het en gaf het hun en zei: Dit is mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis. Luk 22:20 Evenzo ook de drinkbeker na de maaltijd, en Hij zei: Deze drinkbeker is het nieuwe verbond in mijn bloed, dat voor u vergoten wordt.

24 Christus is gestorven Als zoenoffer voor onze zonden
Om het wezen van God aan ons bekend te maken Om de macht van het kwaad te overwinnen

25 Als zoenoffer Voor onze zonden (1Joh 2:2, 1Joh 4:10)
Om ons met God te verzoenen (Rom 5:10, 2 Cor 5:18,19) 1Jn 2:2 en Hij is het zoenoffer voor onze zonden; en niet voor onze zonden alleen, maar ook voor de hele wereld. 1Jn 4:10 Hierin is de liefde, niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden als zoenoffer voor onze zonden. Rom 5:10 Want als wij, toen wij vijanden waren, met God verzoend zijn door de dood van zijn Zoon, veel meer zullen wij, nu wij verzoend zijn, behouden worden door zijn leven. 2Co 5:18 En alles is uit God, die ons met Zichzelf heeft verzoend door Christus en ons de bediening van de verzoening heeft gegeven, 2Co 5:19 namelijk dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenend was, terwijl Hij hun overtredingen hun niet toerekende en in ons het woord van de verzoening legde.

26 Zoenoffer voor onze zonden
en Hij is het zoenoffer voor onze zonden; en niet voor onze zonden alleen, maar ook voor de hele wereld. (1 Joh 2:2) Hierin is de liefde, niet dat wij God hebben liefgehad, maar dat Hij ons heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden als zoenoffer voor onze zonden. (1 Joh 4:10)

27 Met God verzoend Want als wij, toen wij vijanden waren,
met God verzoend zijn door de dood van zijn Zoon, veel meer zullen wij, nu wij verzoend zijn, behouden worden door zijn leven. (Rom 5:10) En alles is uit God, die ons met Zichzelf heeft verzoend door Christus en ons de bediening van de verzoening heeft gegeven, namelijk dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenend was, terwijl Hij hun overtredingen hun niet toerekende en in ons het woord van de verzoening legde. (2Cor 5:18, 19)

28 De betekenis van Christus zoenoffer
Hij nam onze plaats in Hij droeg mijn(onze) zonden Hij betaalde onze schuld Hij stierf onze dood De relatie met God is hersteld

29 Christus als offer Veel verschillende soorten offers om de rijkdom van het offer van Christus te illustreren: b.v. Brandoffer Spijsoffer Zondoffer Schuldoffer De grote verzoendag

30 Christus is gestorven Als zoenoffer voor onze zonden
Om het wezen van God aan ons bekend te maken Om de macht van het kwaad te overwinnen

31 Gods wezen bekend maken
Hem heeft God gesteld tot een genadetroon door het geloof, in zijn bloed, tot betoning van zijn gerechtigheid wegens het voorbij laten gaan van de zonden die tevoren hadden plaatsgevonden onder de verdraagzaamheid van God; in de tegenwoordige tijd, opdat Hij rechtvaardig is en hem rechtvaardigt die op grond van geloof in Jezus is. (Rom 3:25,26) Maar God bevestigt zijn liefde tot ons hierin, dat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren. (Rom 5:8) Rom 3:25 Hem heeft God gesteld tot een genadetroon door het geloof, in zijn bloed, tot betoning van zijn gerechtigheid wegens het voorbij laten gaan van de zonden die tevoren hadden plaatsgevonden onder de verdraagzaamheid van God; Rom 3:26 tot betoning van zijn gerechtigheid in de tegenwoordige tijd, opdat Hij rechtvaardig is en hem rechtvaardigt die op grond van geloof in Jezus is. Heb 9:5 en daarboven de cherubs van de heerlijkheid die het verzoendeksel overschaduwden; het is niet mogelijk hierover nu in bijzonderheden te spreken. Rom 5:8 Maar God bevestigt zijn liefde tot ons hierin, dat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren.

32 Christus is gestorven Als zoenoffer voor onze zonden
Om het wezen van God aan ons bekend te maken Om de macht van het kwaad te overwinnen

33 Om de macht van het kwaad te overwinnen
de schuldbrief die tegen ons getuigde door zijn inzettingen en die onze tegenstander was, heeft Hij uitgewist en die uit de weg geruimd door deze aan het kruis te nagelen. En Hij heeft de overheden en de machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en door het kruis over hen getriomfeerd. (Kol 2:14,15) Col 2:14 de schuldbrief die tegen ons getuigde door zijn inzettingen en die onze tegenstander was, heeft Hij uitgewist en die uit de weg geruimd door deze aan het kruis te nagelen. Col 2:15 En Hij heeft de overheden en de machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en door het kruis over hen getriomfeerd. 1 Co 15:57 Maar God zij dank, die ons de overwinning geeft door onze Heer Jezus Christus! Rom 8:37 Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem die ons heeft liefgehad.

34 Het slachtoffer wordt overwinnaar
En Ik zal vijandschap zetten tussen u en de vrouw, en tussen uw zaad en haar zaad; dit zal u de kop vermorzelen en gij zult het de hiel vermorzelen. (Gen 3:15 ) Dezen zullen oorlog voeren tegen het Lam, en het Lam zal hen overwinnen - want Hij is Heer van de heren en Koning van de koningen - en zij die met Hem zijn, geroepenen en uitverkorenen en getrouwen. (Openbaring 17:14) En de stad heeft de zon of de maan niet nodig om haar te beschijnen, want de heerlijkheid van God verlichtte haar en haar lamp is het Lam (Openbaring 21: 23) Col 2:14 de schuldbrief die tegen ons getuigde door zijn inzettingen en die onze tegenstander was, heeft Hij uitgewist en die uit de weg geruimd door deze aan het kruis te nagelen. Col 2:15 En Hij heeft de overheden en de machten ontwapend en openlijk tentoongesteld en door het kruis over hen getriomfeerd. 1 Co 15:57 Maar God zij dank, die ons de overwinning geeft door onze Heer Jezus Christus! Rom 8:37 Maar in dit alles zijn wij meer dan overwinnaars door Hem die ons heeft liefgehad.

35 De grote ruil aan het kruis
Jezus Christus Opdat wij werd gestraft vergeving ontvangen werd gewond genezing ontvangen werd tot zonde gemaakt Zijn gerechtigheid ontvangen stierf onze dood Zijn leven zouden ontvangen werd arm voor ons wij rijk zouden worden droeg onze schande wij delen in Zijn heerlijkheid verdroeg onze verwerping geaccepteerd worden werd tot een vloek gemaakt gezegend worden Heb 10:14 Want met een offerande heeft Hij in eeuwigheid volmaakt degenen, die geheiligd worden. Php 4:19 Doch mijn God zal naar Zijn rijkdom vervullen al uw nooddruft, in heerlijkheid, door Christus Jezus.

36 Wat doe je met Gods Zoon? En zoals Mozes de slang in de woestijn heeft verhoogd, zo moet de Zoon des mensen verhoogd worden, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eniggeboren Zoon heeft gegeven, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Want God heeft zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou oordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. Wie in Hem gelooft wordt niet geoordeeld; maar wie niet gelooft is al geoordeeld, omdat hij niet heeft geloofd in de naam van de eniggeboren Zoon van God. 4 x geloof

37 Wat doe je met Gods Zoon? Er zijn twee groepen mensen
Kinderen van de ongehoorzaamheid ook genoemd kinderen van de toorn (Ef 2:2-3; 5:6) Kinderen van God, erfgenamen van God en mede erfgenamen van Christus (Rom 8:16-17, Gal 3:26) Eph 2:2 waarin gij vroeger gewandeld hebt overeenkomstig de loop dezer wereld, overeenkomstig de overste van de macht der lucht, van de geest, die thans werkzaam is in de kinderen der ongehoorzaamheid, Eph 2:3 (trouwens, ook wij allen hebben vroeger daarin verkeerd, in de begeerten van ons vlees, handelende naar de wil van het vlees en van de gedachten, en wij waren van nature, evenzeer als de overigen, kinderen des toorns), Rom 8:16 Die Geest getuigt met onze geest, dat wij kinderen Gods zijn. Rom 8:17 Zijn wij nu kinderen, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God, en medeerfgenamen van Christus; immers, indien wij delen in zijn lijden, is dat om ook te delen in zijn verheerlijking. Gal 3:25 Maar nu het geloof gekomen is, zijn wij niet meer onder een tuchtmeester; Gal 3:26 want u bent allen zonen van God door het geloof in Christus Jezus. Gal 3:27 Want u allen die tot Christus bent gedoopt, hebt Christus aangedaan. Gal 3:28 Daar is geen Jood of Griek, daar is geen slaaf of vrije, daar is geen man of vrouw; want u bent allen een in Christus Jezus.

38 Geloof maakt het verschil!
Wie in de Zoon gelooft, heeft eeuwig leven; doch wie aan de Zoon ongehoorzaam is, zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem. ! (Joh 3:36)

39 Wij bidden voor Christus: Laat u met God verzoenen.
Daarom, als iemand in Christus is, is hij een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie het is alles nieuw geworden. En alles is uit God, die ons met Zichzelf heeft verzoend door Christus en ons de bediening van de verzoening heeft gegeven, namelijk dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenend was, terwijl Hij hun overtredingen hun niet toerekende en in ons het woord van de verzoening legde. Wij zijn dan gezanten voor Christus, terwijl God als het ware door ons maant. Wij bidden voor Christus: Laat u met God verzoenen. Hem die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem. (2 Kor 5:17) Co 5:17 Daarom, als iemand in Christus is, is hij een nieuwe schepping; het oude is voorbijgegaan, zie het is alles nieuw geworden. 2Co 5:18 En alles is uit God, die ons met Zichzelf heeft verzoend door Christus en ons de bediening van de verzoening heeft gegeven, 2Co 5:19 namelijk dat God in Christus de wereld met Zichzelf verzoenend was, terwijl Hij hun overtredingen hun niet toerekende en in ons het woord van de verzoening legde. 2Co 5:20 Wij zijn dan gezanten voor Christus, terwijl God als het ware door ons maant. Wij bidden voor Christus: Laat u met God verzoenen. 2Co 5:21 Hem die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid van God in Hem.

40 Het lam van God


Download ppt "Achtergrond Onderdeel van de onderwijsdiensten gekoppeld met wijkkringen. Dit najaar zijn de volgende drie toespraken over het Kruis gepland Kruisvuur:"

Verwante presentaties


Ads door Google