De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

College zorgethiek en rechtethiek

Verwante presentaties


Presentatie over: "College zorgethiek en rechtethiek"— Transcript van de presentatie:

1 College zorgethiek en rechtethiek
De filosofen, wat heb je er aan?

2 Hulp en recht hebben dezelfde bron

3 Ethiek Ethiek is een systematische bezinning op de moraal.
Je weegt argumenten op grond van waarden en normen die in het geding zijn.

4 Beroepsethiek Wat is binnen een beroep geoorloofd en wat niet?
Voorbeelden?

5 Filosofen houden zich bezig met:
de geldigheid van waar en niet waar hoe we weten wat goed en niet goed is de vraag hoe we met elkaar moeten leven de vraag of God bestaat ja of nee reflectie op hun denken en dat van anderen

6 Mening filosofen Je kunt het met ze eens zijn of niet. Maar het denken en het argumenteren van filosofen heeft hoge kwaliteit. Als professional moet je moeilijke beslissingen nemen. Niemand zal je zeggen wat het goede antwoord is. Wel hoe je tot een goed antwoord kan komen en hoe je je daarvoor kunt verantwoorden.

7 Tegenstellingen gelijkheid universele waarden objectieve werkelijkheid
rationeel aansprakelijkheid autonomie controle rechten en plichten verschil relatieve waarden contextgebonden werkelijkheid emotioneel betrokkenheid afhankelijkheid binding en altruïsme behoefte

8 Rechtenethiek: hoe richten we de staat in?
Koppelen aan verlichting Opkomst natuurkunde Overwinning van het rationeel denken Nadruk op individueel geweten Vrijheid in plaats van absolute staatsmacht Economie en welvaart ontstaan

9 Jean Jacques Rousseau 1712-1778
Contrat social Ideaal van natuurtoestand Mensen zijn vrij en gelijk Geloof in democratie Volonte generale Liberaal beginsel

10 Charles Louis Montesquieu 1689-1755
Heeft staatsinrichtingen vergeleken Klimaat en volksaard zijn belangrijk Democraat, stevig staatsbestel Trias politica, checks and balances Bescherming tegen staatsmacht Universele waarden Bescherming sneuvelt soms in ‘algemeen belang’

11 Immanuel Kant 1724-1804 Wiskundige, natuurkundige, vakfilosoof
Godsdienstig Mens heeft besef van goed en kwaad, maar hoe? Niet door gevoel of verstand, universeel

12 Immanuel Kant - vervolg
Categorisch imperatief: Handel alsof je zou willen dat iedereen zo zou handelen. Categorisch: altijd geldend Imperatief: gebiedend. Ieder mens is doel en nooit een middel

13 Immanuel Kant - vervolg
Vragen Hoe zou Kant aankijken tegen een hongerige illegaal die het AZC is uitgezet en van ellende een brood steelt? Hoe zou Kant aankijken tegen illegale werknemers?

14 John Rawls A theory of justice: belangrijke maatschappelijke waarden Hoe combineer je sociale rechtvaardigheid en vrijheid? Hoe rechtvaardig je verschillen?

15 Rawls - vervolg Geloof in vriendelijk oermens (Rousseau)
Mensen zouden afspraken maken, geven en nemen Equal liberty principal Verschillen zijn nuttig als: Het goed is voor iedereen Verschil voor iedereen mogelijk is

16 Rawls - vervolg Belangrijk als iemand bevoorrecht wordt is:
Is er een duidelijke procedure? Kan je die controleren? Is er kritiek op mogelijk?

17 Rawls - vervolg Vraag Wat zou Rawls vinden van het feit dat ziekenhuizen de salarissen van het directeuren niet aan de pers willen doorgeven om de privacy te beschermen?

18 Jürgen Habermas 1929 Franfurter Schule Marxist zonder dogma’s
Universalist, universele waarden niet onderhandelbaar Systeemwereld en leefwereld

19 Habermas - vervolg Vragen
Hoe zou Habermas beslissen als het ging over Sjoerd, Dorus en het onderhouden van de tuintjes van de buren? (Zie casus Dorus.) Zijn cliëntenraden volgens Habermas voorbeelden van machtsvrije communicatie?

20 Habermas - communicatie
1. Alle betrokkenen hebben gelijke kans om een discussie te beginnen en gelijke kans om argumenten naar voren te brengen en die van anderen te bekritiseren.

21 Habermas - communicatie
2. Tussen de betrokkenen moeten geen machtsverschillen bestaan die zouden kunnen verhinderen dat argumenten op tafel worden gebracht of van tafel worden geveegd.

22 Habermas - communicatie
3. Alle betrokkenen moeten ‘waarachtig’ zijn, daarmee wordt gesteld dat uitgesloten is dat ze elkaar manipuleren of andere belangen op het oog hebben (‘integriteit’).

23 Habermas: machtsvrije communicatie
1. Waarheid De objectieve feiten maar dan volgens de beleving van de partijen. 2. Juistheid Welke normen liggen ten grondslag aan de visie van de partijen? 3. Authenticiteit Heb je je eigen vooroordelen goed in beeld? Heb je geen bijbedoelingen?

24 Lawrence Kohlberg 1927-1987 Gedragswetenschapper
Na de Tweede Wereldoorlog vraag naar morele opvoeding Universalist

25 Stadia van Kohlberg Stadium 1: preconventioneel
Type 1: kind is georiënteerd op straffen en gehoorzamen Type 2: kind wil gehoorzamen omdat hij dan lief gevonden wordt

26 Stadia van Kohlberg Stadium 2: conventioneel stadium: moreel vanuit aanpassing, sterk rol-georiënteerd Type 3: kind ziet in dat het belangrijk is om goede relaties met anderen te onderhouden, goedkeuring van anderen Type 4: oriëntatie op wat autoriteiten ergens van vinden

27 Stadia van Kohlberg Stadium 3: de moraal van (abstracte) morele principes Type 5: acceptatie van contract en door democratie gebaseerde wetten Type 6: individueel geweten is gevormd door wetten en afspraken en handelt van daaruit

28 Stadia van Kohlberg Vraag
Moet een onderwijzer ook aangeven dat er een illegaal kind in de klas zit?

29 Rechtenethiek gelijkheid universele waarden objectieve werkelijkheid
rationeel aansprakelijkheid autonomie controle rechten en plichten

30 Schaduwkanten recht verzakelijking solidariteit
juridisering hulpverlening vaak geprotocolleerd onderschatting context recht is machtsgevoelig conflictmodel

31 Zorgethiek Hoe borg je verbondenheid van mensen in samenleving?
Uitgaan van wat mensen bindt Ook vrijheid en gelijkheid, maar broederschap krijgt belangrijke rol Zorgethiek en rechtenethiek sluiten elkaar niet per definitie uit

32 Francis Hutcheson Emoties hebben een plek, verwoord als ‘deugden’ Sympathie en benovalence primair voor eigen omgeving Mens heeft aanleg voor breder altruïsme Positief mensbeeld Slechte in mens komt los als hij gebrek leidt

33 Hutcheson - vervolg Geloof in morele vooruitgang, mits verantwoordelijkheid, dus: democratie de meest ideale vorm Staat moet zo zijn ingericht dat meeste mensen zich daar lekker bij voelen Relativist Komt op voor welzijn en kwaliteit van leven

34 Hutcheson - vervolg Vraag Mag je een pedofiel verbieden in een wijk met kinderen te gaan wonen? Is tegen recht op privacy, wat een diep recht is. Maar als de meeste mensen zich daarbij veilig voelen wordt het geaccepteerd.

35 David Hume 1711-1776 Veel gereisd, invloed Rousseau en Kant
Moest jurist worden, werd filosoof Interesse voor het alledaagse Tegen pure ratio Postief mensbeeld, maar goedheid alleen voor eigen kring

36 Hume - vervolg Staat moet voorzien in noden van mensen die niet in een naaste kring passen Rechtstelsel moet positieve in en tussen mensen ondersteunen

37 Adam Smith 1723-1790 Filosoof en econoom Theory of moral sentiments
Vriend van Hume Mensen zijn zowel calculerend als betrouwbaar Ze sluiten wel contracten Daar moet overheid zich niet te veel mee bemoeien. Gedachte van vrije markt

38 Richard Rorty 1931 Anti-filosoof Aan gewone mensen gaat het voorbij
Als samenleving te ingewikkeld wordt, worden mensen egoïstisch Wat goed is kun je alleen bekijken in de context Geloof in ervaringskennis, opnieuw waarderen

39 Rorty - vervolg Sociale democratie met individuele autonomie verenigen
Objectiviteit bestaat alleen binnen gemeenschappen, die verschillen, dus objectiviteit als zodanig bestaat niet Relativist

40 Rorty - vervolg Vraag Waarom is Rorty voor cliëntenraden in ziekenhuizen? En waarom zou een rechtsethicus daar ook voor zijn?

41 Joan Tronto Politicoloog
Citaat: ‘Zorg is die typische menselijke activiteit die we doen om onze wereld te handhaven, voort te laten duren en te herstellen, zodat we er zo goed mogelijk in kunnen leven’

42 Tronto - vervolg Motivatie van hulpbieder is belangrijk
Omgaan met kwetsbaarheid, afhankelijkheid en interdependentie In dat stadium komen we allemaal Goede zorg is aandachtig, verantwoordelijk, competent en responsief Strijdster om zorgethiek weer een plek te geven

43 Carol Gilligan 1936 Tegenhanger Kohlberg
Contextgericht denken is niet van lager niveau Aandacht voor positie vrouw in psychologie Kwalitatief onderzoek naar positie vrouw Mannelijke waarden worden ‘hoger’ gewaardeerd dan vrouwelijke waarden

44 Zorgethiek verschil relatieve waarden contextgebonden werkelijkheid
emotioneel betrokkenheid afhankelijkheid binding, altruïsme behoefte

45 Schaduwkanten zorgethiek
behoefte is grenzeloos zorg maakt afhankelijk verstikkende goede bedoelingen onduidelijkheid en willekeur verhullende macht Sjakie-syndroom

46 Tegenstellingen Rechtenethiek: Zorgethiek: gelijkheid verschil
universele waarden objectieve werkelijkheid rationeel aansprakelijkheid autonomie controle rechten en plichten Zorgethiek: verschil relatieve waarden contextgebonden werkelijkheid emotioneel betrokkenheid afhankelijkheid binding en altruïsme behoefte

47 Rechtethiek dominant? Rechtethiek belangrijk voor economische en staatsrechtelijke ontwikkelingen Door industrialisatie scheiding in publieke en private sfeer Zorg en emoties tot private sfeer (vrouwen) Vanaf jaren ’60 herwaardering

48 Rechtethiek dominant? - vervolg
Aandacht gender bias Tegenwoordig meer gelijkheid mannelijke en vrouwelijke waarden, ook in organisaties

49 Synergie tussen hulp en recht
Zorgethiek betrokkenheid contextgericht empathie emotioneel behoefte/wens Rechtenethiek aansprakelijkheid einzelfallgerechtigkeit procedure rationeel rechten/omdat-oplossing Raakvlakbegrip verantwoor-delijkheid maatwerk zorgvuldigheid communicatie opdat-oplossing


Download ppt "College zorgethiek en rechtethiek"

Verwante presentaties


Ads door Google