De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Deel 3 Over socialisatie en sociale verandering, macht en mobiliteit, organisaties en sociale klassen.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Deel 3 Over socialisatie en sociale verandering, macht en mobiliteit, organisaties en sociale klassen."— Transcript van de presentatie:

0 Inleiding Sociologie

1 Deel 3 Over socialisatie en sociale verandering, macht en mobiliteit, organisaties en sociale klassen

2 H 7. Levenslang leren – om in het gareel te lopen?
Over sociologische concepten zoals: Socialisatie Sociale controle Conformisme Deviantie

3 Beoogde leercompetenties
Met eigen woorden de sociologische concepten ‘socialisatie’, ‘sociale controle’, ‘conformisme’ en ‘deviantie’ kunnen omschrijven als begrip, naar hun functie en ze illustreren met eigen voorbeelden. Het inzicht ‘differentiële socialisatie’ kunnen omschrijven en vertalen naar het vraagstuk van sociale ongelijkheid. De begrippen ‘cultureel deficit’, ‘cultureel kapitaal’, ‘symbolisch geweld’ en de beide codes van Bernstein kunnen ter discussie stellen. De sociologische essentie omtrent “suicide” volgens Durkheim met eigen woorden kunnen omschrijven.

4 Een cultuurpatroon wordt omschreven als ..
het min of meer samenhangende geheel van waarden, normen, verwachtingen en doeleinden … door samenlevingsverbanden ‘gedragen’ zorgt voor de specificatie en verduurzaming van het sociale gedrag (bestendigen / continuïteit) EN aangeleerd en doorgegeven Naar alle “nieuwkomers” kinderen, migranten of sociaal mobiele mensen (binnen de “pikorde”) = ‘socialisatie’ in de sociologie

5 Socialisatie is maatschappelijk geen neutraal proces.
Draagt bij tot het behoud van maatschappelijke verbanden duurzaamheid, continuïteit … in het verlengde van het het structuur-functionalisme Weerspiegelt ‘de’ bestaande sociale ongelijkheden tegenstellingen

6 Sociaal ordenend begripskader
Socialisatieproces Conformisme Overtuigingen Waarden Normen Doelstellingen Verwachtingen Bundel gedragsverwachtingen Cultuur Rollen Actoren die niet aan de verwachtingen voldoen ‘Sociale controle’ en ‘disciplinering’ Deviantie Afwijkend gedrag … criminaliteit

7 7.1 Cultuur wordt aangeleerd
Vrijheid Mogelijkheid om de meest diverse prikkels op uiteenlopende manieren te interpreteren en in functie daarvan te handelen. De mens als “Mangelwesen” (Gehlen, 1956) Arnold Gehlen ( ) Gebrek aan ‘eerste’ natuur ‘Tweede’ natuur = de aan te leren cultuur Geen instincten Geen natuurlijke verdedigingsmiddelen Cultuuroverdracht Aangeboren Verwerfbaar De ‘nature’- (genen) versus ‘nurture’- (ervaring) discussie

8 wanneer een mens niet wordt “gesocialiseerd”?
Wat gebeurt er … wanneer een mens niet wordt “gesocialiseerd”?

9 Tussen twee of meer samenlevingsverbanden (grotere sociale gehelen).
Pasgeborenen Immigranten (taal) Nieuwe leden vereniging Cultuuroverdracht Aanleren van een cultuurpatroon; het aan anderen doorgeven van opvattingen, waarden en normen, doelstellingen en verwachtingen. Van een groter samenlevingsverband naar individuen (microsociologisch). Tussen twee of meer samenlevingsverbanden (grotere sociale gehelen). ‘Socialisatie’ of ‘enculturatie’ ‘Acculturatie’ Sociale categorieën Generatiecohortes Collectiviteiten Ethnische gemeenschappen Sociale klassen Kolonisatie Functie (Merton) Functioneren binnen samenlevingsverband Voortbestaan samenlevingsverband

10 Waarom? Onderzoek bij wolfskinderen of wilde kinderen
Genie (geboren in 1957 en gevonden op de leeftijd van 13 jaar en 7 maanden). Wolfskinderen                  Gebrek aan Taal Sociale vaardigheden Motorische vaardigheden

11 Genie Genie = BBC Horizon - Genie (deprived girl) Part 1 = BBC Horizon - Genie (deprived girl) Part 3 = BBC Horizon - Genie (deprived girl) Part 2 = dog girl

12 “Wilde kinderen” “Children raised by wolves, monkeys and other animals”
(wild child)

13 Mens-zijn is … Dus geen louter biologische aangelegenheid
Zeker ook een sociaal-culturele verworvenheid

14 Socialisatie tot een reële “sociale identiteit”
Transformeert “amorfe” en “ongebonden” potentie tot een reële “sociale identiteit” = Ingelijfd worden in de maatschappij Hoe mensen ‘leden worden’ van hun samenleving Leren ’hoe’ binnen ‘gegeven’ rolpatronen van het maatschappelijke te functioneren en conformeren aan de spelregels. ‘Temmen’ brute instincten van mensen (beschaving, pacificatie). Leren ‘hoe’ mensen hun rol vervullen in dienst van elkaar. Maar, socialisatie is nooit “totaal” Verscheidene socialiserende instanties werken ‘in’

15 De “eerste” keer?

16 7.2 Socialisatie en haar functies
Pierre Bourdieu ( ) 7.2 Socialisatie en haar functies Transformeert amorfe en ongebonden potentie tot reële sociale identiteit ‘Interiorisatie’ van ‘exterioriteit’ ‘Habitus’ Vermaatschappelijking van het individu Leidt tot inpassing in en dus ook aanpassing aan de sociale orde. Het individu verwerft een identiteit, die het in staat stelt tot: sociaal handelen (leren ‘rollen’) het hanteren van de sociale orde. Verklaart de homogeniteit van handelen binnen bijvoorbeeld een sociale klasse.

17 Hoe een nieuw ‘lid’ in de sociale orde wordt ingepast?
‘Leren’ deel uitmaken van een Groep Organisatie Gemeenschap ‘Controle’ Lichaamsfuncties (plas, lawaai maken …) Internalisatie Sociale situatie Eénoudergezin Tweeoudergezin Nieuw-samengesteld gezin Elk met een eigen structuur/cultuur en manier van functioneren Op ‘een’ sociaal aanvaardbare ‘tijd’ eten en slapen ‘Interiorisatie’ van de ‘exterioriteit’ = ‘habitus’ = inpassing sociale ‘orde’ (Bourdieu, 1972)

18 7.3 Socialisatie: primair, secundair en tertiair (1)
Charles Horton Cooley ( ) 7.3 Socialisatie: primair, secundair en tertiair (1) Primair In primaire groepen - ‘privé’ Socialisatie in de subcultuur van de eigen (sociale) klasse ‘Face-to-face’ Informeel: ‘vanzelfsprekend’ en onbewust Het gezin, kinderopvang, de ‘peer group’ … De sociale huid Belang sociale afkomst (= sociologische wetmatigheid) Secundair Tertiair

19 7.3 Socialisatie: primair, secundair en tertiair (2)
In secundaire groepen - ‘publiek’ Socialisatie in het dominante cultuurpatroon Formele omstandigheden en omgevingen (school (met ‘hidden curriculum’), arbeidssituatie …) Ook informele socialisatie ‘Sociale kleren’ Belang ‘collectieve rituelen’ ‘Verlevendigt’ en herbevestigt de waarden en normen Tertiair ‘Massamedia’ ( TV, internet, mediasterren …): voorbeeldgedrag

20 ‘Totale instituties’ (Goffman, 1961/1968) of ‘gulzige instituties’ (1) (Coser, 1974)
= Allesomvattende socialisatie = ‘hoe macht dwingt’ (despotisch) en dus geen zelfsturing meer De verschillende levenssferen (slapen, spelen en werk) op één noemer? Mensen ‘buiten’ gesloten van de samenleving Mensen ‘intern’ compleet’ gecontroleerd onmiddellijke gezelschap van ‘inmates’ Een ‘degradation ceremony’ De individuele identiteit (‘Self’) wordt afgebroken Dan Vervangen door een compleet nieuw ‘Self’ (combinatie “Me” en “I”) Versmelting met collectiviteit

21 ‘Totale instituties’ (Goffman, 1961/1968) of ‘gulzige instituties’ (2) Coser, 1974)
Bv. Een gesloten psychiatrische inrichting, een sekte (hersenspoeling), ‘dwingende’ ouders … definitiemacht.

22 Vergelijking tussen twee opvoedingspatronen (Martin Kohn).
Repressief Sancties Negatief Materieel Afhankelijkheid van het kind Niet-verbale communicatie Eenrichtingscommunicatie Oudergerichte socialisatie Kind percipieert ouderlijke wensen Arbeiderskinderen Leven in een meer homogene culturele omgeving (familie of buurt). Participatief Sancties Positief Symbolisch Zelfstandigheid van het kind Verbale communicatie Interactieve communicatie Kindgerichte socialisatie Ouders percipiëren wensen van kind Middenklassekinderen Leven in een meer meer diverse culturele omgeving.

23 7.4 Differentiële socialisatie (binnen een sociale klasse) (1) (Bourdieu en Passeron, 1970)
Onderwijs Middenklasse-institutie Leerkrachten (vooral uit de middenklasse besteden vooral aan kinderen aan middenklassegezinnen. Werkt met ‘symbolisch geweld’. Functie Het instandhouden van opvattingen, zoals waarden en normen Reproductie klassenculturen Scholen = middenklasse-instituties Gevolg Arbeiderskinderen worstelen met een ‘cultureel deficit’ ‘Autodiscriminatie’ als een zichzelf waarmakende voorspelling

24 7.4 Differentiële socialisatie (binnen een sociale klasse) (2) (Bernstein, 1975; 1924-2000 )
Kinderen met verschillende sociale achtergrond ontwikkelen verschillende manieren van spreken. Spraakgewoontes zullen hun schoolse ervaringen beïnvloeden. Arbeidersklasse: ‘restricted code’ Gericht op praktische, situatiegebonden aangelegenheden, minder geschikt voor gesprekken over abstracte ideeën, relaties of processen. Betere aansluiting bij technische en beroepsklassen Middenklasse: ‘elaborated code’ Is voldoende abstract om als algemeen denkraam te gebruiken en kan daardoor op diverse situaties worden toegepast. Betere aansluiting bij de algemene richtingen secundair onderwijs en universiteit.

25 Een ‘gender’-specifieke dimensie?
Onderwijs Een ‘gender’-specifieke dimensie?

26 Nature versus nurture discussie
In welke mate is gedrag aangeleerd of uit aanleg afkomstig?  Simone de Beauvoir: "Men wordt niet als vrouw geboren, men wordt tot vrouw gemaakt".

27 7.5 Conformisme: gedrag zoals het hoort?
Een cultuur houdt maar stand, als de ‘leden’ de spelregels van het sociaal geaccepteerd handelen volgen.

28 Solomon E. Asch ( ) Experimenten die aantoonden dat sociale druk ertoe kan leiden dat mensen dingen zeggen die totaal fout zijn, al dachten zij het anders. Conclusie Degenen die zich conformeren, vertonen daarna een reductie in de spanning, terwijl degenen die onafhankelijk blijven en het juiste antwoord zeggen, emotioneel gespannen blijven. Later ook: Halo-effect Primacy-effect

29 Conformisme vooral wanneer mensen in uniform optreden
Dan wordt hun persoonlijke identiteit vervangen door identificatie met de doelen en acties van de groep. Elke individuele handeling maakt deel uit van de handelingen van de groep; de eigen waarden en normen lijkt men wel te vergeten. Daarenboven is men anoniem en anonimiteit is het sterkst wanneer individu en slachtoffer niet worden gezien. Bv. Het gedrag van opzichters in kampen (Guantánamo Bay), de gemoedsrust van piloten die verwoestende bombardements-vluchten hebben uitgevoerd … .

30 Satellietfoto van Guantánamo Bay
U.S. Naval Base (Cuba) Satellietfoto van Guantánamo Bay De ‘macht’ van het uniform (anonimiteit …) Camp x-ray

31 7.6 Sociale controle en sociale sancties
Elk samenlevingsverband beschikt over processen om zijn leden op het rechte pad te houden of (terug) te brengen. Sociale controle is een vorm van gedragsbeïnvloeding waarvan degene die wordt beïnvloed en degenen die beïnvloeden zich niet altijd bewust zijn. Alle vormen van socialisatie zijn óók (on)bewuste vormen van sociale controle (via sociale sancties). Door sancties worden mensen tot bepaald gedrag aangezet of daarvan juist weerhouden.

32 Sociale controle?

33 Solidariteitsgevoelens
Typologie sancties Intern Extern Positieve Solidariteitsgevoelens Belonen Negatieve Schuldgevoelens Straffen

34 Typologie sancties Intern Extern Positieve Negatieve
Solidariteitsgevoelens Verwachte instemming / waardering sociale omgeving stimuleert conformiteit Belonen Waarderen Plezieren Negatieve Schuldgevoelens Sociale ‘geweten’ stuurt bij Straffen Geweld

35 Institutioneel aanvaarde middelen
7.7 De spanning tussen cultureel aanvaarde doelstellingen en middelen: Mertons typologie (1949/1968). Institutioneel aanvaarde middelen Algemeen aanvaarde doelen Ja Neen Andere Conformisme Innovatie Ritualisme Retraitisme Rebellie

36 Conversations with History: Neil Smelser (socioloog)
Terrorisme? Conversations with History: Neil Smelser (socioloog)

37 7.8 Meer over deviantie Relatief begrip
Naar tijd Naar sociale ruimte Overgangs- of grijze zone Bv. illegaal parkeren? Handelen in strijd met regels samenlevingsverband Weigering of het onvermogen om zich te houden aan de spelregels van de betreffende sociale context Voorlopig eindpunt van interacties tussen mensen

38 Wat ‘mag’ en ‘wat mag niet’?
Discussie?

39 Witteboordencriminaliteit
Deviantie door de hogere / rijkere sociale categorieën gepleegd, die niet vaak gesanctioneerd wordt. Grote groepen mensen definiëren ‘white collar crime’ niet als afwijkend gedrag, omdat de daders uit de ‘betere’ klassen komen. en vaker hun sanctie via hun netwerk kunnen ontlopen of regelen.

40 Vraagstuk ? Hoeveel mag iemand verdienen? Een arbeider Versus
Een topsporter of CEO van een onderneming ?

41 De Standaard ( )

42 Bron: Knack 09-09-08 Witteboordencriminaliteit?
België Gerecht opent onderzoek naar Liechtenstein-Belgen 09/09/ :00 Het Brusselse parket heeft een grootschalig onderzoek geopend naar Belgen met een bankrekening in Liechtenstein. Dat bevestigt parketwoordvoerder Jos Colpin aan De Tijd. Fraudespeurders van de federale politie zouden beschikken over een 50-tal rekeninggegevens. Definiëren Het parket heeft de gegevens gehaald bij de Bijzondere Belastinginspectie, die ook onderzoekt of de Belgen zwart geld onderbrachten in het prinsdom. In februari raakte bekend dat de Duitse overheid de namen kreeg doorgespeeld van klanten van de Liechtensteinse LGT Bank. Het merendeel bleken Duitsers te zijn. Maar verschillende landen, zoals het Verenigd Koninkrijk, kregen al informatie over hun belastingplichtigen. Op de gegevens van Belgische rekeninghouders was het wachten tot eind juni. Nu lopen zij ook in het vizier van het gerecht, dat ruimere onderzoeksbevoegdheden heeft dan de belastinginspectie. Het kan huiszoekingen uitvoeren, geld en goederen in beslag nemen, verdachten aanhouden, enzovoort. Circa 50 rekeninggegevens zouden onderzocht worden.

43 7.8.1 Verklaringen voor deviantie

44 De (achterhaalde) fysiologische verklaring van deviantie (= biologisch determinisme)
STIGMATA RELATED TO AN ATAVISTIC CRIMINAL: DEVIATION IN HEAD SIZE AND SHAPE FROM TYPE COMMON TO RACE AND REGION FROM WHICH THE CRIMINAL CAME ASYMMETRY OF THE FACE EYE DEFECTS AND PECULIARITIES EXCESSIVE DIMENSIONS OF THE JAW AND CHEEK BONES EARS OF UNUSUAL SIZE, OR OCCASIONALLY VERY SMALL, OR STANDING OUT FROM THE HEAD AS DO THOSE OF THE CHIMPANZEE NOSE TWISTED, UPTURNED, OR FLATTENED IN THIEVES, OR AQUILINE OR BEAK-LIKE IN MURDERERS, OR WITH A TIP RISING LIKE A PEAK FROM SWOLLEN NOSTRILS. LIPS FLESHY, SWOLLEN, & PROTRUDING POUCHES IN THE CHEEK LIKE THOSE OF SOME ANIMALS PECULIARITIES OF THE PALATE, SUCH AS ARE FOUND IN SOME REPTILES, AND CLEFT PALATE. CHIN RECEDING, OR EXCESSIVELY LONG, OR SHORT AND FLAT, AS IN APES. ABNORMAL DENTITION. ABUNDANCE, VARIETY, AND PRECOCITY OF WRINKLES ANOMALIES OF THE HAIR, MARKED BY CHARACTERISTICS OF THE HAIR OF THE OPPOSITE SEX. DEFECTS OF THE THORAX, SUCH AS TOO MANY OR TOO FEW RIBS, OR SUPERNUMERARY NIPPLES INVERSION OF SEX CHARACTERS IN THE PELVIC ORGANS EXCESSIVE LENGTH OF ARMS SUPERNUMERARY FINGERS AND TOES IMBALANCE OF THE HEMISPHERES OF THE BRAIN (ASYMMETRY OF CRANIUM) Kenmerken van criminelen volgens Cesare Lombroso ( ); L'uomo di genio in rapporto alla psichiatria (1889)

45 Sociologische theorie vertrekt vanuit
de kenmerken van het samenlevingsverband om deviant handelen van mensen te verklaren.

46 Durkheim: samenhang structurele integratie (netwerk) en cultuur (1)
Te weinig Te veel Netwerk Sociaal geïsoleerd Integratie Individu gaat ‘op’ in groep Egoïstische zelfdoding Altruïstische zelfdoding Anomie (normloos) Waardenkader Fatalisme Cultuur Anomische zelfdoding Fatalistische zelfdoding

47 De ‘learned deviance’-theorie (2)
In een complexe, sterk gedifferentieerde samenleving worden andere spelregels bijgebracht in de verschillende groepen deze zullen dikwijls aanleiding geven tot gedrag dat door de ruimere samenleving als afwijkend wordt bestempeld. want: mensen die in die subculturele waarden en normen worden gesocialiseerd, zullen zich ernaar gedragen, ook al wijken ze daardoor af van wat gangbaar is Een (delinquente) subcultuur Bv. het zoeken van kicks, straatwijsheid, absolute vrijheid, geloof in toeval …

48 De conflicttheorie (3) Diverse groepen wedijveren om de macht, het kapitaal, de status die in de samenleving ter beschikking is. Zij macht hebben zullen dikwijls ook degene zijn die over de ‘legitimiteit’ oordelen Zij die anders zijn, worden gecriminaliseerd Deviantie Gevolg van de strijd tussen groepen om de eigen doelstellingen / belangen te realiseren. Bv. discriminatie “zwarten” via ‘Apartheidsregime’ in Zuid Afrika, vorige eeuw.

49 7.8.2 Functies van deviantie
Legt basis voor verandering in de samenleving Stimuleert conformisme Versterking normbesef, ‘wij’ tegen ‘hen’ (schandpaaleffect) Ontkiemen intellectuele en artistieke innovaties ’Ventielzeden‘ om conformisme mogelijk te houden

50 Synthese: Diverse sociale processen bewaken de continuïteit / stabiliteit van een samenleving (functionalisme). Socialisatieproces Conformisme Bundel gedragsverwachtingen Cultuur Rollen Actoren die niet aan de verwachtingen voldoen Sociale controle en disciplinering Deviantie

51 Internet mms://video.ua.ac.be/Henderickx_Erik/Cuts_SOC2_Identity_.wmv
mms://video.ua.ac.be/Henderickx_Erik/Cuts_SOC2_Socialisation_.wmv mms://video.ua.ac.be/Henderickx_Erik/normbreaking.wmv mms://video.ua.ac.be/Henderickx_Erik/conformiteit.wmv (collectieve zelfdoding)

52 Tot de volgende sessie sociologie


Download ppt "Deel 3 Over socialisatie en sociale verandering, macht en mobiliteit, organisaties en sociale klassen."

Verwante presentaties


Ads door Google