De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Beelden om te kiezen Docentendag Politicologie Elly te Molder & Juul Willen Donderdag 31 oktober 2013.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Beelden om te kiezen Docentendag Politicologie Elly te Molder & Juul Willen Donderdag 31 oktober 2013."— Transcript van de presentatie:

1 Beelden om te kiezen Docentendag Politicologie Elly te Molder & Juul Willen
Donderdag 31 oktober 2013

2 Eindtermen Inhoudsdomeinen: Vaardigheidsdomein Informatievaardigheden
Denken op verschillende niveaus. Hoe komen we tot vragen / opdrachten die leerlingen op hogere niveaus laten denken? Vaardigheidsdomein Informatievaardigheden Argumentatievaardigheden Onderzoeksvaardigheden Verbeeldingsvaardigheden Reflectievaardigheid Hoe komen we tot vragen/opdrachten waardoor leerlingen deze vaardigheden oefenen en uiteindelijk zelfstandig gebruiken?

3 Denkvaardigheidsopdracht
Aansprekend probleem, zonder eenduidig antwoord Er is geen eenduidige aanpak om het probleem op te lossen Activeert het denken Gebruik van bestaande kennis Overleggen, samenwerken Niet alleen ‘weten wat’, ook ‘weten hoe’ Actief denken met Maatschappijleer Opdrachten voor activerend maatschappijleeronderwijs T. Carpay, H. Krijgsman, L. Meijs, W. Norbruis, R. Ribbink, J. Verblakt Essener, Wormerveer, 2006

4 Werken met “beelden”? Verbeelden Argumenteren Visualiseren
Ideevorming Alternatieve zienswijzen en oplossingen Argumenteren Ver(ant)woorden eigen gedachtegang Visualiseren Waarnemen, beschrijven, benoemen Interpreteren Inzetten als bron Analyseren Beoordelen

5 Praktijk: Woordster Liberalisme
Particulier initiatief Individuele vrijheid Samenleving Rol van de overheid Rol van de overheid Individuele vrijheid

6 Praktijk: Woordster Liberalisme

7 Praktijk: Woordster Liberalisme
Particulier initiatief Individuele vrijheid Samenleving Rol van de overheid

8 Denken: Taak- / Vraagsoort
Informatie begripsvraag selectievraag bewerkingsvraag aanvaardbaarheidsvraag Standpuntbepaling argumentenvraag standpuntvraag afwegingsvraag 1. informatie - begripsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling vakinhoudelijke kennis kan inzetten bij het begrijpen van informatie en/of interpreteren van gegevens. In het uitgangsmateriaal kan sprake zijn van enige overmaat aan informatie en/of een veelheid aan gegevens. De informatie en/of gegevens worden zoveel mogelijk levensecht gepresenteerd. 2. informatie - selectievraag Hoofddoel: toetsen of de leerling gerichte informatie en/of gegevens uit het uitgangsmateriaal kan selecteren. Het uitgangsmateriaal moet daarbij de gelegenheid bieden tot presenteren: de leerling hoeft niet alle informatie daadwerkelijk te gebruiken. Een bepaald criterium bepaalt welke informatie al dan niet adequaat is. 4. aanvaardbaarheidsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling van gegeven informatie de deugdelijkheid kan beoordelen op basis van criteria zoals betrouwbaarheid, objectiviteit, volledigheid of geschiktheid. 3. informatie - bewerkingsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling de gegeven informatie kan omzetten in een andere gestructureerde vorm, zoals het samenvatten of het herschrijven van een stukje tekst en het weergeven van gegevens in een tabel, grafiek of schema. Het antwoord moet deze andere, gestructureerde vorm laten zien. 5. argumentenvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling bij een gegeven standpunt één of meerdere argumenten kan noemen en herkennen. Er wordt een situatie beschreven waarin iemand een bepaald standpunt heeft. De leerling moet één of meerdere argumenten voor en/of tegen dat standpunt noemen. Het is ook mogelijk dat de leerling wordt gevraagd om in een tekst argumenten voor of tegen een bepaald standpunt aan te wijzen. Daarbij moeten leerlingen vakinhoudelijke kennis kunnen gebruiken. 6. standpuntvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling een standpunt kan innemen op basis van één of meer zelf genoemde of herkenbare argumenten. In de praktijk komt het er bij dit vraagtype op neer dat de leerling een bepaald standpunt inneemt en vervolgens de argumenten daarbij formuleert of aanwijst. 7. afwegingsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerlingen argumenten pro of contra of conflicterende (vakinhoudelijke) argumenten tegen elkaar kunnen afwegen en op basis daarvan tot een standpunt kunnen komen. De afweging moet in tegenstelling tot vraagtype 6 expliciet in het antwoord tot uitdrukking komen.

9 Praktijk: Beelden om te kiezen
Voorkennis: Politieke stromingen Ronde 1. Taak Campagneteam Verkiezingsfolder /foto /onderschrift Ronde 2. Taak campagneteam Verkiezingsaffiche / slogan. Ronde 3. Cie. van uitgangspunten peerfeedback

10 Denken: Taak- / Vraagsoort
Informatie begripsvraag selectievraag bewerkingsvraag aanvaardbaarheidsvraag Standpuntbepaling argumentenvraag standpuntvraag afwegingsvraag 1. informatie - begripsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling vakinhoudelijke kennis kan inzetten bij het begrijpen van informatie en/of interpreteren van gegevens. In het uitgangsmateriaal kan sprake zijn van enige overmaat aan informatie en/of een veelheid aan gegevens. De informatie en/of gegevens worden zoveel mogelijk levensecht gepresenteerd. 2. informatie - selectievraag Hoofddoel: toetsen of de leerling gerichte informatie en/of gegevens uit het uitgangsmateriaal kan selecteren. Het uitgangsmateriaal moet daarbij de gelegenheid bieden tot presenteren: de leerling hoeft niet alle informatie daadwerkelijk te gebruiken. Een bepaald criterium bepaalt welke informatie al dan niet adequaat is. 4. aanvaardbaarheidsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling van gegeven informatie de deugdelijkheid kan beoordelen op basis van criteria zoals betrouwbaarheid, objectiviteit, volledigheid of geschiktheid. 3. informatie - bewerkingsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling de gegeven informatie kan omzetten in een andere gestructureerde vorm, zoals het samenvatten of het herschrijven van een stukje tekst en het weergeven van gegevens in een tabel, grafiek of schema. Het antwoord moet deze andere, gestructureerde vorm laten zien. 5. argumentenvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling bij een gegeven standpunt één of meerdere argumenten kan noemen en herkennen. Er wordt een situatie beschreven waarin iemand een bepaald standpunt heeft. De leerling moet één of meerdere argumenten voor en/of tegen dat standpunt noemen. Het is ook mogelijk dat de leerling wordt gevraagd om in een tekst argumenten voor of tegen een bepaald standpunt aan te wijzen. Daarbij moeten leerlingen vakinhoudelijke kennis kunnen gebruiken. 6. standpuntvraag Hoofddoel: toetsen of de leerling een standpunt kan innemen op basis van één of meer zelf genoemde of herkenbare argumenten. In de praktijk komt het er bij dit vraagtype op neer dat de leerling een bepaald standpunt inneemt en vervolgens de argumenten daarbij formuleert of aanwijst. 7. afwegingsvraag Hoofddoel: toetsen of de leerlingen argumenten pro of contra of conflicterende (vakinhoudelijke) argumenten tegen elkaar kunnen afwegen en op basis daarvan tot een standpunt kunnen komen. De afweging moet in tegenstelling tot vraagtype 6 expliciet in het antwoord tot uitdrukking komen.

11 Beeld als bron

12 Context van het beeld belangrijk Beter leren kijken
Beeld als bron Context van het beeld belangrijk Beter leren kijken Veel vakkennis nodig. Beeldanalyse

13 Praktijk: Beelden om te onthouden
Leerlingen moeten een afbeelding natekenen (streven naar een kopie); Korte activiteit; Doet beroep op samenwerken, visueel vermogen aandacht voor detail en belang van het algemene beeld; Principes van SL in de praktijk gebracht. Positieve wederzijds afhankelijk Individuele aanspreekbaarheid Directe interactie en sociale vaardigheid

14 Praktijk: Beelden om te onthouden Instructie1
Kleine groepen , 3 of 4 personen 1 tekening omgedraaid op bureau Per groepje: 1 leerling mag komen kijken (20 seconden) Interval 1 minuut. Instructie vooraf: “Je krijgt een afbeelding te zien. Hier op het bureau ligt die afbeelding. Om de beurt mogen jullie kort komen kijken. Het is de bedoeling dat jullie de afbeelding zo goed mogelijk natekenen. Je mag tijdens het kijken geen pen, papier of potlood gebruiken. Bedenk een manier om dit zo goed mogelijk te doen.”

15 Praktijk: Beelden om te onthouden Instructie2
Tijdens eerste rond ondersteunt de docent door leerlingen de tip te geven nog eens goed na te denken over de strategie: hoe kijk je naar een afbeelding. Elk groepje van vier mag 2x komen kijken (groepjes van drie samen 8 keer) De docent loopt rond en observeert (luistert en kijkt naar groepsactiviteiten) ter voorbereiding op de nabespreking Nadat ieder groepje 2x is geweest is er nog 5 minuten om de tekening af te maken

16 Praktijk: Beelden om te onthouden
Rutte

17 Praktijk: Beelden om te onthouden Nabespreking
Bespreken: Strategie / aanpak Bespreken: Wat geleerd? Bespreken: Aan de hand van richtvragen voor de vakinhoud Bespreken: Waarom deze oefening / opdracht? Maar ook mogelijk: Hoe was het om te doen? Moeilijk, leuk, … ? Wat moet je kennen en kunnen om dit goed te kunnen doen?? Welke denkactiviteiten heb je gebruikt?

18 Beeld als bron Vorm: hoe is het gemaakt? Inhoud: wat stelt het voor?
Soort afbeelding / werk Plaatsen van personen in de afbeelding Waar valt het licht op? ed. Inhoud: wat stelt het voor? Wat zijn de personen aan het doen? Waar kijken de personen naar? Wat voor voorwerpen zie je? Welke symbolen zie je? Functie: waarom/waarvoor is het gemaakt? Nieuwsvoorziening Politieke, religieuze boodschap

19 Contact? e.temolder@docentenacademie.ru.nl
Wil u eventueel deelnemen aan een nog op te richten ontwikkelgroep ML & MW? Meld dit dan aan een van ons beiden Wil u de beschikking hebben over digitaal materiaal van de besproken werkvormen, richt dan uw verzoek aan een van ons beiden.


Download ppt "Beelden om te kiezen Docentendag Politicologie Elly te Molder & Juul Willen Donderdag 31 oktober 2013."

Verwante presentaties


Ads door Google