De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De wereld van straling en ruimte is niet zo ver weg

Verwante presentaties


Presentatie over: "De wereld van straling en ruimte is niet zo ver weg"— Transcript van de presentatie:

1 De wereld van straling en ruimte is niet zo ver weg
De wereld van straling en ruimte is niet zo ver weg. Veel stripverhalen en films gaan over deze (fantasie)wereld. Van dit oude stripverhaal, populair in de Verenigde Staten is recent een film uitgekomen. De hoofdpersonen in dit verhaal hebben mutaties ondergaan door de invloed van kosmische straling. Veel mensen stellen het zich al voor: reizen door de ruimte. Zo’n reis gaat dan jarenlang duren. Door de kosmische straling lopen de ruimtereizigers veel schade op. Dit is een van de nog niet opgeloste moeilijkheden. Zie ook : HiSPARC CROP

2 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
1896 a, b g 1899 De geschiedenis van het onderzoek naar kosmische straling start rond In die tijd gaat er een nieuwe wereld open in de natuurkunde. De aard van kosmische straling werd pas in het eerste deel van de 20e eeuw begrepen. Dit loopt samen op met de ontdekking van radioactiviteit en de relativiteitstheorie van Einstein. Dit alles leidde tot het ontdekken van nieuwe elementaire deeltjes, die eerst alleen nog te bestuderen waren via de kosmische straling. Het onderzoek naar deze elementaire deeltjes start met de ontdekking van radioactieve kernen. 1896 Radioactieve Straling; Becquerel . Hij merkte dat een aantal fotografische platen belicht werden ondanks dat ze in een verpakking zaten. 1899 atoomkernen; Rutherford. Doordat alfadeeltjes soms terugkaatsen tegen een dun laagje goudfolie realiseerde hij zich dat er kernen (pitjes) in de atomen van het folie moesten zitten. 1899 Familie Curie; de ontdekking dat uranium een kern heeft die vervalt. 1912 Kosmische Straling; Hess. Hij toont aan dat er op grote hoogte in de atmosfeer deeltjes met zeer hoge energie vanuit de ruimte binnendringen. 1912 HiSPARC CROP

3 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
Rond 1900 Een van de problemen die wetenschappers rond 1900 niet konden uitleggen was de zich spontaan ontladende elektroscoop. (Met een elektroscoop kun je lading “zichtbaar” maken.) De elektrische lading bleek na verloop van tijd “verdwenen”. Zelfs extreem goed isoleren bleek niet te helpen. HiSPARC CROP

4 “Ontdekking” v/d kosmische straling
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen “Ontdekking” v/d kosmische straling Tegen 1900 Waarom ontladen elektroscopen zich spontaan? Zelfs als je de elektroscopen goed afschermt van de omgeving door ze in lood te verpakken, dan nog blijkt dat ze zich in een voorspelbaar tempo ontladen. Ook in de grotten van Valkenburg kun je dit meten. De enige oplossing lijkt te zijn dat er op de een of andere manier ladingen moeten ontstaan uit het niets. Dat “niets” moeten dan de neutrale luchtmoleculen zijn. Maar waarom ontstaan deze ladingen dan? Een opgeladen elektroscoop ontlaadt spontaan op zeeniveau HiSPARC CROP

5 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
1900 Charles T. R. Wilson’s elektroscoop Wilson ging op onderzoek uit door te kijken of de zon van invloed was. Maar ook ‘s nachts ging de ontlading door. Weliswaar in een iets lager tempo, maar toch Een andere mogelijkheid was dat het uit de aarde zelf afkomstig zou zijn. In een mijnschacht zou je dan een hogere waarde vinden. Of, in het geval het uit de ruimte komt, een lagere waarde. Ook dit onderzoek leverde niks op. Uit de metingen kon geen verklaring gevonden worden. Wilson deed proeven, ‘s nachts, in tunnels van de Schotse spoorwegen om te kijken of de stralen van buitenaardse oorsprong zijn. Hij zag geen verschil in de ontladingssnelheid HiSPARC CROP

6 Verklaring bevinding:
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen “Ontdekking” v/d kosmische straling Verklaring bevinding: Er zitten vrije ionen in de lucht!! Schulinstrument geladen deeltje (ioniserend) Een reden van het ontladen blijkt te zijn dat er voortdurend nieuwe ionen worden gemaakt door o.a. de pas ontdekte ioniserende straling uit de kernen van radioactieve stoffen. Maar deze straling is met een loodlaag aardig tegen te houden. Een mogelijkheid is dat er een nog intensievere straling is! Maar wat voor soort straling is dit dan? Jarenlang was de vraag of de straling die hiervoor verantwoordelijk was uit de aarde komt of uit de ruimte. Pas na het experiment van Hess in 1913 werd duidelijk dat de oorsprong deels kosmisch was. (uit welk land komt dit plaatje?) HiSPARC CROP

7 Meten op grotere hoogte!
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen “Ontdekking” v/d kosmische straling Rutherford en Cooke Hypothese: radioactieve straling Test: afschermen…en dan? Resultaat: - 2mm dik lood geen verandering - 5 cm of meer: 30% tot % vermindering Conclusie: er zit in de lucht ergens een buitengewone doordringende straling Rutherford en Cooke ontdekten dat een dikke loodlaag wel een deel van de straling kon tegen houden. Maar zelfs een kubieke meter lood kon dit niet verder verminderen! wat? waarvandaan? Meten op grotere hoogte! HiSPARC CROP

8 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
Theodor Wulf , een pater uit Valkenburg, verbeterde de elektroscoop zodanig dat hij ook bruikbaar was tijdens ballonvluchten op grote hoogte Een paar gespannen plaatjes vervingen de losse plaatjes. Dit werd het basisconcept voor een draagbare elektroscoop. Meten op grotere hoogte is moeilijk. De lucht is ijler en het is er koud. De meettijd is beperkt en het onderzoek is duur. Omdat er in een afgesloten ruimte moet worden gemeten om invloeden van buitenaf uit te sluiten, moet er een betere en nauwkeurige methode ontwikkeld worden. Op deze wijze kan ook de invloed van de luchtdruk worden bepaald. (Hoe minder lucht des te minder ionisaties.) Voor het artikel van Wulf, zie: HiSPARC CROP

9 “Ontdekking” v/d kosmische straling
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen “Ontdekking” v/d kosmische straling Wulf ging hiermee bovenop de Eiffeltoren meten De eerste uitleg was dat de straling afnam met de hoogte. De straling, afkomstig vanaf de aarde, zou met een hoogte van honderden meters merkbaar moeten afnemen. Maar de verandering was minder dan verwacht. Niet alle invloeden waren dus verwerkt. Op het topje v/d Eiffel -toren ontlaadt een elektroscoop zich ook; maar langzamer dan op zeeniveau! Maar niet volgens verwachting!! HiSPARC CROP

10 Wulf in Parijs Grond: 6 ionen/cc,sec 300 m: 3,5 ionen/cc,sec?
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen “Ontdekking” v/d kosmische straling Wulf in Parijs De enige soort straling die op die hoogte vanaf de aarde kan doordringen is de gammastraling. Alfa- en bètastraling komen zo ver niet. De halveringsdikte in lucht van gammastralen was bekend (80m). Dus was er iets niet goed aan de theorie omtrent absorptie of er moest nog een bron van straling zijn. Grond: 6 ionen/cc,sec 300 m: 3,5 ionen/cc,sec? Bij gamma-straling ver-wacht je een halvering op 80 meter!? Of: extra bron of: andere absorptie in de bovenste luchtlagen HiSPARC CROP

11 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
De Oostenrijkse natuurkundige Victor Hess, gebruikte de Wulf elektroscoop tijdens een serie ballonvluchten. uren lang metingen op verschillende hoogten tijdens het stijgen en dalen! de straling was lager op 150 meter dan op grondniveau de intensiteit was verdubbeld tussen 1000 m en 4000 m voortdurende stijging tot 5000 m Tijdens zijn ballonreizen merkte Victor Hess dat op grote hoogte de ionisatie toenam. De elektroscopen gingen sneller ontladen! Er moet dus een soort straling van bovenaf komen. Op 5300 meter hoogte is het koud (ongeveer 50 graden kouder dan op de grond, bij helder weer) en is de lucht ijl (geen zuurstofmasker!). Zo te zien heeft hij heel wat laagjes kleding aan. Zie ook: Hij noemde deze straling Höhenstrahlung Hess landt na de historische meter vlucht. August 7, 1912 National Geographic photograph In 1936 krijgt Hess de Nobelprijs voor deze ontdekking. HiSPARC CROP

12 Kosmisch deeltje treft een kern in een fotografische emulsie
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen Kosmisch deeltje treft een kern in een fotografische emulsie De fotografische plaat werd vaak gebruikt om straling vast te leggen. Deze is op grote hoogte gemaakt (5km). Voor dit onderzoek werden er grote hoeveelheden fotografische platen meegenomen naar een onderzoeksstation in de bergen. Na afloop gewoon alles ontwikkelen en hopen op een toevalstreffer in het vlak van de plaat.. Het aankomend spoor is duidelijk te zien, evenals de plaats van de botsing tegen een stilstaand deeltje. 50mm HiSPARC CROP

13 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
Werner Kolhörster van de Physikalisch-Technische Reichsanstalt in Berlijn stijgt tot 9300 m (hoger dan de Mount Everest, gemiddelde hoogte van een passagiersvliegtuig!) ontladingssnelheid 50× de snelheid op zeeniveau! Kolhörster laat zien dat de ontlading van een elektroscoop boven 5km nog harder toeneemt. (Ongeveer 10 km is ook de hoogte waarop passagiersvliegtuigen vliegen. In een vliegtuig krijg je dus ook 50 maal zoveel straling als op aarde.) Eerst de Amerikaan Millikan en later de Duitser Regener gingen op grotere hoogte meten met onbemande ballonnen . Regener merkt dat de straling een maximum heeft en dan weer afneemt. Millikan doet de proeven ook honderden meters onder water. Hij merkt dat deze straling ook daar te meten valt. Deze zeer doordringende straling met weinig interactie met atomen is dus nog sterker dan gammastraling. Van Millikan komt dan ook de term Kosmische Straling. Hij was ervan overtuigd dat dit een vorm van gammastraling was (elektromagnetische straling). HiSPARC CROP

14 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
Jacob Clay metingen tussen Genua en het eiland Java ontladingssnelheid daalt ~6% minimaal op de magnetische evenaar 1929 Bothe & Kolhörster suggereren dat Clay’s breedtegraadseffect veroorzaakt wordt door afbuigingen onder invloed van het aards magnetisch veld DUS: primaire straling is geladen. Herhaling van dia 14. Let nu op de cirkelvormige banen bij de evenaar, loodrecht op het aardmagnetisch veld. Sommige komen niet op aarde aan. Als ze wel voldoende snelheid hebben dan lijken ze voor iemand op aarde dat de straling in sterkere mate vanuit het westen komt. Ga na dat dit voor positieve ladingen geldt. Als de snelheid van de binnenkomende Kosmische Straling niet loodrecht op de magnetische veldlijnen van de aarde staat dan gaan ze naast hun cirkelvorm ook een beetje met de veldlijnen mee. (Dat deden ze al en dat verandert niet.) Wanneer de snelheid niet al te hoog is gaan ze zelfs in een spiraalvormige baan langs de veldlijnen lopen tot ze bij een pool uitkomen. Dit gebeurt vooral met deeltjes die van onze zon afkomen. Wanneer deze deeltjes bij de polen in de atmosfeer komen ontstaat het Noorderlicht (of Zuiderlicht). HiSPARC CROP

15 In dezelfde tijd als waarin Bothe en Kóhlhorster het breedtegraadseffect verklaarden, kwamen Stoermer en Birkland erachter dat het Noorderlicht op hetzelfde mechanisme berustte. De deeltjes die vanaf de zon komen hebben zo weinig snelheid dat de aarde in staat is ze af te buigen naar de polen. Hierbij wordt deze straling uiteindelijk zichtbaar als Poollicht. Probeer dit ook terug te vinden in dia 14 of 34. geïnspireerd door Carl Størmer’s (noorse wiskundige) berekeningen ontwikkelde zijn collega Kristian Birkland’ een theorie voor de aurora Birkland experimenteerde met bundels elektronen gericht op een met fosfor beschilderde magnetische bol HiSPARC CROP terug naar Dia 14

16 De 4 krommen komen overeen met de 4 seizoenen.
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen Arthur Compton (Universiteit van Chicago) leidt een wereldwijd onderzoek naar breedtegraadsinvloed, op zee en in de bergen, op de ontladingssnelheid van kosmische stralen. Hij bevestigt het Breedtegraadseffect. De 4 krommen komen overeen met de 4 seizoenen. Physical Review 52 [1937]:p.808 Arthur Compton was een zeer voortvarend fysicus. Hij schakelde veel mensen in om overal ter wereld metingen te doen naar de sterkte van deze straling. Hij bevestigde definitief de metingen van Clay. Hiermee is duidelijk dat minstens een aanzienlijk deel van de kosmische straling opgebouwd is uit geladen deeltjes. HiSPARC CROP

17 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
De opstelling die Rossi en Johnson gebruiken bestaat uit een aantal lagen met Geiger-Muller tellers. Door te kijken welke geactiveerd worden kunnen ze de baan van een deeltje bepalen. De Belg Lemaitre had al eerder voorspeld dat als Köhlhorster gelijk had dat Kosmische Straling bestond uit geladen deeltjes, er een verschil moest zijn tussen de sterkte van de kosmische straling komende uit westelijke en uit oostelijke richting. Metingen van Rossi en Johnson bevestigden dit. Overigens was Rossi hierbij de eerste die opmerkte dat twee redelijk ver van elkaar verwijderde detectoren soms op hetzelfde tijdstip een deeltje maten. Hij suggereerde een soort shower-effect, maar ging niet verder op onderzoek uit. Lemaitre was ook degene die de Big Bang als eerste postuleerde. Einstein verweet hem aanvankelijk een verschrikkelijk beeld van de fysica te hebben. Enige maanden later werd hij zijn grootste promotor. Thomas Johnson (van het Carnegie Instituut) en Bruno Rossi (Italië) doen onafhankelijk van elkaar onderzoek met Geiger telescopen naar oost-west asymmetrie zoals voorspeld door Georges Lemaître (Belg) HiSPARC CROP

18 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
De drie kenmerken van ‘cutoff energies’ moeten nu begrijpbaar zijn. Størmer’s “cutoff energies”: alleen de snelste deeltjes halen het zeeniveau op de evenaar  minder energetische deeltjes kan je waarnemen op de midden breedtegraad  alle energieën komen voor in de poolstreek HiSPARC CROP

19 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
Uitgebreide air showers: de Franse natuurkundige Pierre Auger en zijn Russische collega Dimitry Skobeltzyn ontdekken een schijnbare coïncidentie tussen Kosmische Stralen telescopen op 100 meter van elkaar. Foto's van Nevelkamers door George Rochester en J.G. Wilson van de Universiteit van Manchester laten het groot aantal deeltjes, in een shower, zien In het laatste helft van de dertiger jaren komen de meldingen van gecorreleerde metingen op enige afstand van elkaar. Deze gebeurtenissen moeten een gemeenschappelijke oorsprong hebben. De bundel moet dus op grotere hoogte ontstaan! (Of er moet een grote bundel vanuit de ruimte oo aarde aankomen.) Pierre Auger heeft baanbrekend werk op het gebied van de showers verricht. Het huidige grote project voor onderzoek naar straling vanuit de ruimte (in Argentinië) is naar hem vernoemd. Als op school een nevelvat aanwezig is dan is het grootste deel van de achtergrondstraling die je waarneemt afkomstig van de kosmische straling. Een verbazingwekkende hoeveelheid. HiSPARC CROP

20 Vanuit de ruimte Definitieve bewijzen van de “hemelse” herkomst van Kosmische Stralen komen uit precieze tijdswaarnemingen van zonne-uitbarstingen tijdens ballonvluchten Het gemeenschappelijk onderzoek breidt zich in de jaren 40 steeds verder uit. De zon is een dankbaar object, want ’s nachts heb je er geen last van. Verder is de straling vanaf de zon relatief laag-energetisch (voor Kosmische Straling). HiSPARC CROP

21 dezelfde zonnevlek wordt ook in verband gebracht met de zonnevlam van
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen Een ongewone toename in intensiteit van Kosmische Stralen wordt, achteraf, in verband gebracht met een zonnevlam geobserveerd op 28 februari 1942 dezelfde zonnevlek wordt ook in verband gebracht met de zonnevlam van 7 maart 1942 Deze gebeurtenissen bleken gepaard te gaan met een Sudden Ionospheric Disturbance, waardoor de radiocommunicatie op aarde wordt verstoord. Het Amerikaanse leger was in alle staten: DE RUSSEN? Hetzelfde gebeurt op 4 juni 1946 en 25 juli 1946 : verhoogde zonneactiviteit Radiozenders in die tijd bleken nogal eens last te hebben van storingen in de atmosfeer. De radiogolven worden teruggekaatst aan een hoger deel van de atmosfeer (de ionosfeer). Maar dit is geen mooie strakke bol rondom de aarde, onder ander door temperatuurinvloeden. Dus er was altijd wel een lichte storing in de ontvangst. Maar wanneer de zon een hevige zonnevlamuitbarsting had dan werden er vele tonnen geladen deeltjes op de aarde af gestuurd. Dit zorgde voor hevige storingen in de radio-ontvangst. Militairen kunnen niet uitmaken wat de reden is en moesten er dus rekening mee houden dat de vijand alle telecommunicatieverkeer had lamgelegd om zelf rustig te kunnen aanvallen. Je kunt je de onzekerheid van de generaals wel voorstellen! Onderzoek om hier meer over te weten te komen was toen ook geen punt meer. Er was zoveel geld als de wetenschappers maar wilden. Zie ook: De zonnevlam van 19 november 1949 wordt waargenomen door Kosmische Stralen instrumenten tijdens ballonexperimenten. HiSPARC CROP

22 Waarom? Tijdens de juni1946 uitbarsting,
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen Tijdens de juni1946 uitbarsting, komt de ultraviolette straling en de Röntgen-stralen A. kort voor B. tegelijk C. kort na de visuele waarneming van de zonnevlam B, e.m. golven Waarom? HiSPARC CROP

23 Waarom? Tijdens de juni 1946 uitbarsting, kwamen de
De Geschiedenis van de Kosmische Stralen Tijdens de juni 1946 uitbarsting, kwamen de radio black-outs, veroorzaakt door de geladen deeltjes, A. uren voor B. minuten voor C. tegelijk D. minuten na E. uren na de visuele waarneming van de zonnevlam. De zichtbare uitbarstingen van de zon waren goede voorspellers van radiostoringen. In een tijd van veel zonnevlekken en dus heftige processen aan het oppervlak van de zon moest je de zon goed in de gaten houden. De geladen deeltjes die eruit komen zijn deeltjes met massa en gaan dus langzamer dan het licht. Maar ze hebben wel snelheden die in de buurt van de lichtsnelheid liggen (1/25e). Dus na een paar uur komen ze de ionosfeer verstoren. De deeltjes die de radio black-outs veroorzaakten kwamen ongeveer 3 uren later aan Waarom? HiSPARC CROP

24 De Geschiedenis van de Kosmische Stralen
Meetstations op de grond en kleine breedtegraad merken geen toename. Waarom? Maar op 14 november 1960 detecteert Explorer VII zonnevlammen die een extreme verstoring van het aards magnetisch veld veroorzaken. De neutronenteller op zeeniveau in Deep River, Canada registreerde: Op zeeniveau merk je niets van de verhoogde straling vanaf de zon. Deze deeltjes horen bij het laagenergetische deel van het spectrum. In dia 14 had je al gezien dat deze door het aardmagnetisch veld worden afgebogen en weer terug de ruimte in geslingerd worden, of ze spiraliseren richting de polen en veroorzaken het Poollicht. De uitbarsting van 1960 moet dus wel heel hevig geweest zijn. J.F.Steljes, H.Carmichael, K.McCracken, Journal of Geophysical Research 66 [1961]:p.1363 en het National Bureau of Standards registreerde hevige storingen in het radioverkeer HiSPARC CROP


Download ppt "De wereld van straling en ruimte is niet zo ver weg"

Verwante presentaties


Ads door Google