De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Evaluatie.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Evaluatie."— Transcript van de presentatie:

1 Evaluatie

2

3 Advance organizer Noteer de drie grootste bezwaren, kritieken, … die je had over de examens in je secundair onderwijs: ..

4

5

6

7

8 Youtube

9 Geachte heer / mevrouw, In de krant van zaterdag 2 juni jl. las ik dat u een vacature heeft voor een administratief medewerker in de vakantieperiodes. Op die baan wil ik bij dezen graag solliciteren. Mijn naam is Manuela Schmitz en ik ben 18 jaar. Ik kom uit Duitsland. Het afgelopen jaar heb ik de Schakelcursus Administratie gedaan. Tevens heb ik een cursus tekstverwerken in MS Word en veel Nederlandse lessen gevolgd. Op dit moment beheers ik het Nederlands redelijk goed. Op 15 juni neem ik deel aan het Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Volgend jaar ga ik de opleiding voor administratief medewerker volgen. Zoals u in mijn c.v. kunt zien heb ik dit jaar al stage gelopen, maar ik zou graag meer praktijkervaring opdoen. Bovendien kwam ik er tijdens mijn stage achter dat ik het werken op een kantoor heel erg leuk vind. Omdat u veel contacten heeft met het Duitse moederbedrijf, lijkt het me een voordeel dat ik de Duitse taal vloeiend spreek. Ik hoop dat u mij uitnodigt voor een persoonlijk gesprek. Hoogachtend, Manuela Schmitz

10 Advance organizer

11 Advance organizer Rapport Kerst 2012 Frans: Uw reactie ….
Klasgemiddelde 37% Piet: 16% Miet: 60% Uw reactie ….

12 Evaluatie: begripsomschrijving
Thorpe (1988): “Evaluatie is het totale proces van het verzamelen, analyseren en interpreteren van informatie over elk mogelijk aspect van een instructie-activiteit, met als doel een uitspraak te doen over de effectiviteit, de efficiëntie en/of een andere impact“[vrije vertaling].

13 Evaluatie en assessment
Thorpe (1988): “Evaluatie is het totale proces van het verzamelen, analyseren en interpreteren van informatie over elk mogelijk aspect van een instructie-activiteit, met als doel een uitspraak te doen over de effectiviteit, de efficiëntie en/of een andere impact.“. Burke (1999) en Feden & Vogel (2004): “Assessment involves an ongoing process of gathering and analyzing evidence of student learning, whereas evaluation is the process of interpreting and making judgments based on this evidence.”

14 Meten Evalueren / waarderen Scoren

15 Dimensies in evaluatie
Op welk aggregatieniveau wordt de evaluatie uitgevoerd? Wat is de functie van de evaluatie? Wie voert de evaluatie uit? Op welk type leerdoelen richt zich de evaluatie? Wanneer wordt de evaluatie opgezet? Welke technieken worden gebruikt bij de evaluatie?

16 Evaluatie op microniveau

17 Evaluatie op micro-niveau; zie ook Hattie (2009)

18 Aggregatieniveau – microniveau
In welke mate heeft de lerende (de groep) de leerdoelen bereikt? Hoe effectief, efficiënt en bevredigend is de aanpak van de instructieverantwoordelijke? In welke mate is rekening gehouden met de kenmerken van de lerende en/of van de instructieverantwoordelijke? Hoe effectief of efficiënt is de begeleiding van de lerende en/of de instructieverantwoordelijke? Hoe effectief, efficiënt en bevredigend is de instructieactiviteit, voor wat betreft de: leerstof, media, werkvormen, leerdoelen, en toetsbenadering? Wat is de kwaliteit van de leeractiviteiten? Hoe effectief en efficiënt is de organisatie van de instructie? Hoe is de verhouding tussen instructie en de context?

19 Microniveau: doelen Criterium? Honderd meter laten lopen.
criterion-referenced assessment norm-referenced assessment ipsative assessment of self-referenced assessment Verschil tussen 3 vormen evaluatiecriteria!! Verwarring criteriumgerichte en normgerichte evaluatie (bijv. nationale examens)

20 Microniveau: media Heel wat checklists: software, websites, elektronische leeromgevingen , … Zie o.a. ;

21 Microniveau: instructieactiviteiten
Kenmerken van de instructie-activiteit Kwantiteit van de instructie Kwaliteit van de instructie Psychisch stimulerende leeromgeving Thuisomgeving Klas- of schoolomgeving Peer groep buiten de school Massamedia (vooral TV ) Walberg: 26 instructiemethoden Zie ook Hattie (2009)

22 Waarde van instructiestrategieën
Zie cognitivisme voor overzicht strategieën Meta-analyses Marzano, Pickering & Pollock Instructiestrategie Aantal onderzoeken ‘effect size’ Gelijkenissen en verschillen ontdekken 31 .31 Samenvatten en het nemen van nota’s 179 .50 Bekrachtigen 21 .35 Huiswerk en inoefenen 134 .36 Non-linguïstische representaties 246 .40 Samenwerkend leren 122 Doelstellingen formuleren en feedback geven 408 .28 Hypothesen stellen en testen 63 .79 Vragen stellen, ‘cues’ geven en advance organizers aanbieden 1251 .26

23 Mesoniveau: kwaliteitszorg
Kwaliteit van een school! Aanvankelijk simplistische modellen

24 Mesoniveau: Calder Calder (1994): meer complexe benadering die aansluit bij een systeemopvatting: de CIPP-aanpak. Contextevaluatie: beschrijvende gegevens over het programma, de doelen, verwachte effecten, standaarden, beschikbare middelen, het beheer van het programma, enz. Inputevaluatie: de leerstrategie in het programma. Procesevaluatie: de manier waarop het programma is geïmplementeerd, de gebruikte strategieën en procedures. Productevaluatie: de impact van het programma (summatieve evaluatie).

25 Meso- en macroniveau Evaluatie op mesoniveau in nauwe relatie tot evaluatie op macroniveau. Scholen (lager en secundair onderwijs): zelfevaluatie in functie van een doorlichting door de inspectie die de financierende overheid vertegenwoordigt. CIPO = context – input – proces – output Scholen bewijzen hun effectiviteit

26 Mesoniveau

27 Macroniveau - schooleffectiviteitsonderzoek
“Het doel van schooleffectiviteitsonderzoek is het verklaren van verschillen tussen scholen op basis van specifieke criteria. Schooleffectiviteitsonderzoek exploreert deze verschillen in de mate dat leereffecten worden bereikt in relatie tot verschillen in de instructieverantwoordelijken of verschillen in de kenmerken van lerenden, klassen of scholen.”

28 Macroniveau - schooleffectiviteitsonderzoek
Basis: Coleman rapport (1966, chapter 1): “Schools have little effect on students’ achievement that is independent of their family background and social context.” Plowden rapport (1967, p.35): “Differences between parents will explain more of the variation in children than differences between schools. (…) Parental factors, in fact, accounted for 58% of the variance in student achievement in this study.” Scholen willen bewijzen dat ze wel bijdrage leveren.

29 Fraser 1989) School .12 Lerende .24 Doelen en beleid
Affectieve kenmerken Infrastructuurkenmerken -.02 Cognitieve kenmerken .44 Klasomgeving .26 Fysische kenmerken .10 Sociale variabelen .19 Mogelijkheden tot leren .29 Peer groep Instructiekenmerken .14 Massamedia -.06 Individualisatie .07 Thuisomgeving .31 Simulaties / spellen .17 Instructieverantwoordelijke .21 Computerondersteund onderwijs .15 Achtergrond Geprogrammeerde instructie .09 Stijl .20 Tutoring .25 Instructie .22 Leerhiërarchieën Kwaliteit .47 Beheersingsleren Kwantiteit .38 Team teaching .03 Methodes algemeen Huiswerk Methodes wetenschappen .18 Leermiddelen Methodes wiskunde .16 Leerstrategieën .28 Methodes lezen Bekrachtigen .49 Methodes andere vakken .13 Advance organizrs Operationele leerdoelen .06 Remediëring en feedback .30 Algemeen gemiddelde Fraser 1989)

30

31 Kritieken op SE-benadering
Eén van de antwoorden op de schooleffectiviteitsbenadering is de ‘school improvement’ beweging. Aantonen dat “schools do make a difference”. Reynolds, Teddlie, Hopkins & Stringfield (2000): “School improvement approaches to educational change embody the long term goal of moving toward the ideal type of the self renewing school.”

32 Naar ‘school improvement’

33 Macroniveau Performance indicatoren onderzoek (PI) Centrale examens
Nederland CITO Frankrijk 'bacalauréat’ Groot-Brittannië 'National curriculum’ Vlaanderen: Diocesane proeven, toegangsproef geneeskunde (geen ranking of vergelijking scholen)

34 Macroniveau: Performance indicatoren
Vlaanderen: wèl internationaal vergelijkend performance indicatoren onderzoek Indicatoren: parameter voor kwaliteit Morris, A. (1990) "statistische gegevens, verhoudingsgetallen, kosten en alle andere informatie die de opbrengst verheldert of meet van een instelling in relatie tot de vooropgestelde doelen.“

35 Macroniveau: PI Accountability: politiek-economische ratio
Soorten indicatoren: Verloop/productie: studentenaantallen, middelen Quality of life: intrinsieke waarden Affectieve domein Gedragsdimensie Cognitieve domein

36

37 Macroniveau: PI Australië Curriculum and Standards Framework
Achievement Indicators Programme Groot-Brittannië Performance Tables VANP Value Added National Project International Association for the Evaluation of Educational Achievement PIRLS Progress in International Reading Literacy Study TIMSS Trends in International Mathematics and Science Study Organisation for Economic Cooperation and Development (OECD) INES International Indicators of Educational Systems; bijv. PISA Programme for International Student Assessment PIAAC Programme for the International Assessment for Adult Competencies USA EEOS Equality of Educational Survey NAEP National Assessment of Educational Progress

38 Macroniveau: PI Voorbeeld PISA 2006 onderzoek
Vlaanderen vergeleken met 41 andere landen in het PISA2006

39 PISA2006 De samenhang tussen leerresultaten en SES van 15-jarigen in het PISA2006 (De Meyer, 2007, p.36).

40 PISA2006 Reading assesment framework in PISA2006. Let op de aandacht voor de verschillende soorten tekst die via computer en/of via gedrukte media worden onderzocht (OECD, 2009, p.35).

41 Macroniveau: centrale examens
Vlaanderen: tégen centrale examens De Standaard

42 Functie van de evaluatie?
Formatieve evaluatie (etymologie assessment = ad sedere) Summatieve evaluatie Predictiefunctie Selectiefunctie. diagnostisch

43 Selectiefunctie

44 Predictie PMS- en MST- centra Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB):
Leren en studeren (studiemethodes) Onderwijsloopbaan (studiekeuze, opties, …) Preventieve gezondheidszorg (besmettelijke ziektes, luizen, oogafwijkingen, …) Psychisch en sociaal functioneren (pesten, geweld, gedragsmoeilijkheden, racisme, …)

45 Wie voert de evaluatie uit?

46 Wie voert evaluatie uit?
Microniveau Mesoniveau Macroniveau Formatief Self assessment Peer assessment Instructieverantw. Expert Evaluatie-afdeling Summatief Evaluatie-afdeling Instructieverantw. Externe instantie Expert Diagnostisch Peer assessment Instructieverantw. Predictief Externe instantie

47 Wie voert de evaluatie uit? Self-assessment
lerende centrale rol in leerproces: doelen criteria checklist voert evaluatie uit conclusies een score Zie verder gebruik van rubrics

48 Wie voert de evaluatie uit? Self-assessment
Thomas (1999): Dearing rapport 1996: rekenvaardigheden het gebruik van informatie- en communicatietechnologieën leren leren communicatievaardigheden Twee hoofdstappen (training) toetscriteria expliciet maken en bediscussiëren gebruiken eigen oordeel over leerproces en leerproducten ‘Assessment-as-learning’

49 Wie voert de evaluatie uit? - peer-assessment
Elkaars werk beoordelen Opvatting over leren (samenwerkend leren) Twee stappen Gestructureerd proces voor om tot groepsevaluatie te komen: Ontwikkelen van meta-cognitieve leerdoelen.

50 Voorbeelden Nieuw-Zeeland V oorbeeld peer assessment KULeuven

51 Assessment centre Adler (1978) “Gestandaardiseerde evaluatieprocedure van complex gedrag -veelheid van inputgegevens. Het gedrag beoordeeld, in gesimuleerde situaties. Verschillende beoordelaars beoordelingen samen tot globale uitspraak.” Tweede Wereldoorlog: “goede officier of spion?” Nu standaardprocedure in selectie- en promotie- en opleidingsprocedures

52 Welk type leerdoelen? Verschuiving van Zie technieken, wie, functie, …
declaratieve kennis naar procedurele kennis Competenties Zie technieken, wie, functie, …

53 Wanneer wordt evaluatie opgezet?
Voor voorkennistoetsing Tijdens Voortgangstoetsing Portfoliotoetsing Na

54 Portfolio Een portfolio is het pakket, het dossier dat men samenstelt met brieven, informatie, illustraties, producten, … als basis voor de evaluatie.

55 Portfolio - EVC

56 Portfolio We kunnen verschillende soorten portfolio’s onderscheiden:
Een documentenportfolio of produktportfolio. In dit portfolio documenteert men al het werk dat men in een het kader een opleiding, stage, praktijkervaring, … uitvoert. Naast de documenten die dit werk illustreren, voegt de lerende ook reflectieverslagen toe op dit werk. Het is handig wanneer de lerende hiervoor criteria krijgt aangereikt. Een procesportfolio. Het procesportfolio kan men vergelijken met een uitgebreid logboek. Stap voor stap documenteert men de voortgang in het eigen leerproces. Men reflecteert op de eigen sterktes of zwaktes en stelt actieplannen voor. Een showcase portfolio. Dit type portfolio kan men zien als “the best of …”. Het is een bundeling van het beste werk van een lerenden in functie van een besluitvormingsproces over de prestaties van de lerenden. Ook dit type portfolio kan een zelfreflectie bevatten waarbij de lerende eigen commentaren toevoegt aan zijn/haar selectie van de werkstukken.

57 Portfolio

58 ChalkandWire, één van de vele elektronische portfolio omgevingen die momenteel beschikbaar zijn ( Uiteraard bestaan er ook open source oplossingen die vrijwel gratis te integreren zijn in elektronische leeromgevingen. Dit vergemakkelijkt de technische en administratieve integratie van de evaluatie.

59 Technieken

60 De template structuur bij de PISA2006 toetsen (De Meyer , 2007, p.8).

61 Technieken: rubric

62 Rubrics Rubric: scoringstool voor een kwalitatieve inschatting van het niveau van een authentieke of complexe activiteit. Een rubriek bouwt verder op criteria die verrijkt worden met een schaal waarop beheersingsniveaus zijn aangegeven Per beheersingsniveau worden standaarden aangegeven die die niveau weerspiegelen. Een rubric geeft zowel voor de lesgever als de student aan wat concreet verwacht wordt. Rubrics worden voor “high stake assessment” gebruikt en voor “formatieve toetsing” (in functie van leren). (Arter & McTighe, 2001; Busching, 1998; Perlman, 2003). Rubrics focus on the relationship between competencies-criteria, and indicators and are organized along mastery levels (Morgan, 1999).

63 Rubrics Holistisch – Analytisch Taakspecifiek - Generiek

64 Assumpties m.b.t. rubrics
Grotere consistentie in scores (betrouwbaarheid). Meer valide beoordeling van complex gedrag. Positieve invloed op vervolgens leergedrag.

65 Onderzoek rubrics Review article 75 studies m.b.t. rubrics:
Jonsson, A., & Svingby, G. (2007). The use of scoring rubrics: Reliability, validity and educational consequences. Educational Research Review, 2, 130–144. (1) the reliable scoring of performance assessments can be enhanced by the use of rubrics, especially if they are analytic, topic-specific, and complemented with exemplars and/or rater training; (2) rubrics do not facilitate valid judgment of performance assessments per se. However, valid assessment could be facilitated by using a more comprehensive framework of validity; (3) rubrics seem to have the potential of promoting learning and/or improve instruction. The main reason for this potential lies in the fact that rubrics make expectations and criteria explicit, which also facilitates feedback and self-assessment.

66 Voorwaarden effectief gebruik
Grondig inzicht in raamwerk van specifieke rubriek. Training in gebruik Interrater gebruik

67 Aanpak ontwikkeling rubric
Kies criteria voor verwacht gedrag 4 tot 15 statements die criterium beschrijven Bepaal bandbreedte die verschil in bereiken criterium weergeven Bijv. 0-5 of kwalitatieve termen Werk een beschrijving uit voor elke waarde in de bandbreedte Concreet observeerbare/vaststelbare kwalificaties

68

69

70 Schermafdruk van een website met “rubric makers” (http://www

71 Websites rubrics Uitgebreid overzicht tools, voorbeelden, theorie, achtergrond, onderzoek: Critical thinking rubrics: Rubric generators: Intro op interessante rubric sites: Rubric APA research paper: Veel voorbeelden K12: Algemene intro en overzicht:

72 Objectieve toets Essay toets Mondelinge vraag Performance assessment Doel Op een efficiënte en betrouwbare manier een steekproef uit de nagestreefde kennisdoelen toetsen. Denkvaardigheden, beheersing van structuren. Toetsen tijdens het leerproces. Meten van toepassen in een nieuwe complexe context. Typische opgave in een dergelijke evaluatie Meerkeuzevragen. Juist/onjuist vragen. Invuloefening. Vergelijken. Verhandeling. Open vraag. Schriftelijke opdracht. Natuurlijke setting waarin opdracht wordt gegeven. Typische respons van lerende Lezen, evalueren, selecteren. Organiseren, samenstellen. Mondeling antwoord. Plannen, construeren en een originele oplossing uitwerken. Scoringswijze Tel juiste antwoorden. Peilen van inzicht. Bepalen juistheid antwoord. Check kenmerken oplossing en proces, rating op een schaal. Grootste voordeel Efficiënt, er kan véél getoetst worden in weinig tijd. Complexe cognitieve structuren kunnen getoetst worden. Integreren evalueren en instructie. Rijke informatie over beheersing van vaardigheden, attitudes. Mogelijke foutenbron Slecht geconstrueerde items. Teveel nadruk op feitenkennis. Zwakke testvaardigheden van lerende. Representativiteit. Slechte opgave. Zwakke schrijfvaardigheden die interfereren met inhoudelijke kennis. Zwakke scoringsprocedure. Itemkwaliteit. Bereidheid tot antwoorden. Te weinig vragen. Kwaliteit opdracht. Te korte opdracht. Ratingschaal zwak. Zwakke evaluatie- omstandigheden. Impact op leerproces Teveel nadruk op ‘weet’niveau (geheugen). Kan denkvaardigheden oefenen bij goed geconstrueerde items. Bevordert schrijf-vaardigheden. Stimuleert actieve medewerking. Geeft direct feedback op effectiviteit instructie. Nadruk op toepassen in relevante probleemcontexten. Kritische succesfactor Goede ‘blauwdruk’ vanuit behandeld curriculum. Voorbereiding. Antwoordmodel. Voldoende tijd om te lezen en te scoren. Heldere vragen. Representatief aantal vragen. Voldoende tijd voor antwoorden. Goed voorbereide opdrachten. Duidelijke verwachtingen. Goede ratingschaal. Voldoende ratingtijd.

73 Welke technieken? Performance evaluatie:
Meten van toepassen in een nieuwe complexe context Natuurlijke setting waarin opdracht wordt gegeven Plannen, construeren en een originele oplossing uitwerken Check kenmerken oplossing en proces, rating op een schaal Rijke informatie over beheersing van vaardigheden, attitudes Kwaliteit opdracht, te korte opdracht, ratingschaal zwak, zwakke evaluatie-omstandigheden Nadruk op toepassen in relevante probleemcontexten Goed voorbereide opdrachten, duidelijke verwachtingen, goede ratingschaal, voldoende ratingtijd

74 Technieken: toetsautomatisering

75 Scoren van evaluatieresultaten
Moore (2005) “Assigning grades is a responsibility most teachers dislike and feel uncomfortable doing. There is no way to assign grades that is fair to all students. Most assign grades of A, B, C, D, and F. regardless of the system used, however, assigning grades to students’ work is inherently subjective.”

76 Scoren Absolute grading Relatieve grading Gewogen grading

77 Kwaliteitseisen bij evaluatie
Betrouwbaarheid. Validiteit Extra eisen: Authenticiteit Recentheid

78 Evaluatie: kritische visies
“A sample of behaviour” klassieke evaluatie-benadering - visie op leren: alternatieve evaluatietechnieken en –systemen

79 Evaluatie en het onderwijskundig referentiekader
Microniveau: zie alle processen, actoren en variabelen. Mesoniveau: modellen, betrokkenen, instanties Macroniveau: positie stakeholders

80 Evaluatie


Download ppt "Evaluatie."

Verwante presentaties


Ads door Google