De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Fonetiek de studie van spraak (hoofdstuk 4) Gerrit Bloothooft

Verwante presentaties


Presentatie over: "Fonetiek de studie van spraak (hoofdstuk 4) Gerrit Bloothooft"— Transcript van de presentatie:

1 Fonetiek de studie van spraak (hoofdstuk 4) Gerrit Bloothooft

2 spraak Spraak kwam lang voor tekst Spraak komt overal (in een ruimte)
Als baby leren we een taal door hem te spreken We communiceren met spraak veel meer dan alleen taal Fluisteren, spreken, schreeuwen, zingen: stem en spraak

3 een vreemde taal Een stroom van klanken Een Maya taal Welke woorden?
Welke spraakklanken? Welke emotie? Een Maya taal

4 de spraakketen bedoelen begrijpen formuleren verstaan spreken horen
spreker luisteraar bedoelen begrijpen taal-kennis formuleren verstaan Omdat we geen taalkennis hebben van een vreemde taal verstaan we die niet spreken horen spraakgeluid

5 aandachtsgebieden spreker: Articulatorische fonetiek
stand van keel, mond, neus, kaak, tong, lippen Akoestische fonetiek stemgeluid en spraakgeluid luisteraar: Auditieve fonetiek waarneming van spraak

6 Onderwerpen vandaag De bouwstenen van spraak Hoe maken we spraak
spraakklanken fonetisch alfabet Hoe maken we spraak Klinkers en medeklinkers golfvormen articulatie Spraakmelodie Opdrachten (Praat software)

7 communicatievoorwaarden
spreker en luisteraar hebben toegang tot elkaar via de lucht (akoestisch) via de telefoon (elektronisch en akoestisch) kennen elkaars taal(code) op klankniveau

8 hoe werkt gesproken taal
alle talen zijn opgebouwd uit eindige verzameling van bouwstenen (klanken) eindige verzameling van regels om bouwstenen te combineren (klanken tot woorden)

9 de spraakklank Foneem: kleinste klank die betekenis-onderscheidend is
mast # mest, dus ’a’ en ‘e’ duiden op een verschillend foneem maar elke ‘a’ (van jou en mij) kan weer verschillend klinken (zonder betekenisverschil)

10 de valstrik van de letter
De relatie tussen klank en letter is niet eenduidig Die relatie is voor talen verschillend Bad (eng/nl/du) ..en per taal complex verleden col, cel, chaos, chef zelfde symbool, andere klank kolom, kool zelfde klank, ander symbool

11 .. en van de akoestiek spraak bevat geen duidelijk begrensde klanken: hoeveel zie je er in dit fragment? Dit is een golfvorm van spraak = met een microfoon opgenomen geluiddrukverandering

12 fonetisch alfabet alle (betekenisonderscheidende) klanken van de talen in de wereld hebben een uniek symbool voor het Nederlands ~ 27 medeklinkers ~ 13 klinkers 3 tweeklanken (ui, au, ei) maar geen klikklank bijvoorbeeld

13 voor het Engels NL: [a] (paal) versus [ɑ] (pal), [y] (uur), [χ] (gas)

14 hoe maken we spraakklanken?
Stembron beweging stemplooien vernauwing (ruis) Articulatie vorm van de mond-, neus-, keelholte

15 Het instrument Neusholte Mondholte met onderkaak, tong, lippen
Keelholte met strotteklep Strottehoofd met stemplooien Slokdarm Longen en luchtpijp

16 Strottehoofd dwarsdoorsnede complex apparaat
strotteklep valse stem- plooien stem- plooien luchtpijp

17 Stemplooien van boven gezien
in vertraagde beweging Toonhoogte = aantal malen open/sluiten per seconde

18 demonstratie kunst strottehoofd (kunstlarynx) brongeluid
toonhoogte luidheid effect van articulatie timbre(klankkleur)verandering: klinkers!

19 toonhoogte aantal malen openen en sluiten van de stemplooien, per seconde zang spreken mannen ~ 120 Hz vrouwen ~ 240 Hz kinderen ~ 360 Hz 1x openen/sluiten duurt << 10 milliseconde

20 geluid (golfvorm) Geluid bestaat uit luchtdrukvariaties Hierboven staan twee zuivere tonen (sinus) frequentie = 1/periodeduur (f = 1/T) in Hertz (Hz)

21 complexe trillingen Zuivere tonen van verschillende frequenties kun je optellen tot complexe trillingen Zoals in deze klinker /a/ periode > grondtoon met toonhoogte stemplooien sluiten

22 toonhoogte van een klinker
25 trillingen in 200 milliseconden (0.2 seconde) 1 trilling duurt 8 milliseconde grondtoon is 125 Hz (trillingen per seconde)

23 Klinkerarticulatie (plaats)
tong hoog/laag [i][u] / [a] tong voor/achter [i] / [u][a]

24 Articulatieplaats Amerikaans-Engels + NL
y fuut ø peuk ɑ tak taak

25 Klinkerakoestiek Periodiek brongeluid Resonanties in mond-keelholte
grondtoon en boventonen Resonanties in mond-keelholte versterking van frequenties, afhankelijk van de vorm van de stemweg (articulatie) die resonanties noemen we formanten formanten zijn klinkerspecifiek

26 TRILLENDE STEMPLOOIEN
Het spraakspectrum SPRAAK GELUID SPRAAK KANAAL formanten (a,b,c) grondtoon TRILLENDE STEMPLOOIEN boventonen LUCHTDRUK IN LONGEN

27 Formanten en klinkers vooral formant 1 en formant 2 bepalen welke klinker we waarnemen hogere formanten vertellen ons meer over de spreker

28 Boventonen horen in boventoonzang heel langzame articulatieverandering
waardoor steeds een andere boventoon door de (2e) formant wordt versterkt Van [u] naar [i] en terug Tuva zang uit Mongolië: Modern:

29 Van [u] naar [i] en terug
F1 F2 boventoon 6, articulatie [u] F F2 boventoon 14, articulatie [i]

30 Medeklinkers

31 Medeklinkers Plofklanken Wrijfklanken (fricatieven) Nasalen
korte afsluiting, gevolgd door ruisexplosie Wrijfklanken (fricatieven) luchtturbulentie in vernauwing -> ruis Nasalen wel stem, maar via de neus Liquida (retroflexen, [l], [r] en [R]) complexe tongvorm, tongtip [r] of brauw [R] Halfvokalen ([w] en [j]) beweging

32 Plofklanken (golfvorm)
[apa] stemloos (geen aspiratie in NL) [aba] stemhebbend

33 Wrijfklanken (golfvorm)
Stemloos (ruis) stemhebbend (periodiek en ruis)

34 Articulatie plaatsen voor medeklinkers (plaatsen van vernauwing)
tandboog (alveolair) zachte verhemelte (velair) Harde verhemelte (palataal) tanden (dentaal) lippen (labiaal) huig (uvulair)

35 Articulatieplaats Engelse medeklinkers + NL
x ɣ R (uvulair) Welke klanken zijn stemhebbend, welke stemloos?

36 Intonatie De melodie en ritme van spraak Overkoepelt de spraakklanken
is suprasegmenteel is tamelijk taalspecifiek Uitgedrukt in toonhoogtebeweging duren (inclusief pauzes)

37 Twee niveaus Woordklemtoon Zinsrealisatie (accent)
juiste realisatie vereist [fonologische regels] in toontalen betekenisonderscheidend Chinees, Zweeds (beperkt),.. Zinsrealisatie (accent) benadrukken van informatie (oud/nieuw) vraagzin zinseinde, continuering emotie (boos, verdrietig, blij)

38 Bijzonder Weinig directe aanwijzingen in tekst
lastig bij beregelen van kunstmatige spraak Moeilijk ‘af te leren’ bij tweede taal

39 Betekenis onderscheid!
Toonhoogtecontour blauw alleen stemhebbende klanken

40 Opdrachten Vragen in de leeswijzer
niet inleveren Vragen in het boek (nrs zie leeswijzer) Fonetiek prakticum zelfstandig doen, thuis of op het CIM instructie staat op website thuis het programma Praat downloaden verslag maken voor vrijdag inleveren op vrijdag kun je in de werkgroep vragen stellen

41 Praat Object venster - geluidsbestanden - opdrachten > edit > play > draw Picture venster - draw opdracht - file copy to clipboard - paste in verslag

42 Selecteer met linker muisknop
Edit golfvorm toonhoogte Selecteer met linker muisknop beluister selectie selecteer selectie

43 meer over spraak Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
Spreken en Verstaan (blok 2), geen ingangseisen Niveau 2 Transcriptie van spraak (blok 2), geen ingangseisen Niveau 3 Melodie en ritme van spraak (blok 2), eist S&V Akoestiek van spraak en muziek (blok 1), eist S&V

44 vragen?


Download ppt "Fonetiek de studie van spraak (hoofdstuk 4) Gerrit Bloothooft"

Verwante presentaties


Ads door Google