De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Veilig omgaan met cytostatica

Verwante presentaties


Presentatie over: "Veilig omgaan met cytostatica"— Transcript van de presentatie:

1 Veilig omgaan met cytostatica
Deze richtlijnen zijn geschreven vanuit het oogpunt van de bescherming van de werknemer. Ze gaan over onze veiligheid maar niet over de patiënt of zijn therapie Dhont Dirk Missant Griet

2 Onze dank aan Kurt voor de illustraties en de opfrissing van onze presentatie

3 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit 1. Situering waarom deze voordracht 2. 3. Daarna overlopen we chronologisch de chemotherapie.

4 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

5 Situering 22 november 2001 : inspectiebezoek ARBEIDSINSPECTIE Toegespitst op veiligheid personeel. Niet over de therapie/patiënt. In West- en Oost-Vlaanderen heeft de arbeidsinspectieverschillende bezoeken afgelegd om een idee te krijgen hoe men in de verschillende ziekenhuizen werkt. Nadat hiervan een balans gemaakt wordt gaan ze dan ook de ziekenhuizen in de andere provincies te bezoeken.

6  Informatie en opleiding bereiders
5 december 2001: verslag - tekortkomingen  Laminair airflow-kast met afzuiging naar buiten  Informatie en opleiding bereiders  Informatie en opleiding verpleegafdeling  Informatie personeel met mogelijke blootstelling Bespreek slide Uit het verslag blijkt dat vanuit de inspectie een duidelijke klemtoon gelegd wordt op de informatie naar het personeel. Vandaareen bijscholing voor iedereen die met cytostatica in contact komt. Ondertussen gaan we u ook het nieuwe systeem voor toediening van cytostatica toelichten.

7 Informatie verpleegkundigen
Risico's van cytostatica. Voorzorgsmaatregelen bij het verwijderen van excreta. De informatie dient jaarlijks te gebeuren en individueel. Belichten we nog even het item over de verpleegkundigen want dat is voor jullie van belang. daarin wordt gesteld dat deze informatie volgende items moet bevatten. Deze informatie zal jaarlijks op de dienstvergadering nog eens doorlopen worden. Ik ben van mening dat u er beter aan doet jaarlijks een de punten te doorlopen die een heropfrissing kunnen gebruiken.

8 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit Vandaar dus deze bijscholing en nu we toch iedereen moeten inlichten koppelen we het teoretische aan het praktische en gaan we u ook het niuewe toedienings systeem uitleggen.

9 2. Risico's 2.1 Wat zijn cytostatica 2.2 Beroepsrisico
2.3 Blootstelling vermijden  beschermingsmaatregelen 2.4 Gesloten systeem

10 2. Risico's 2.1 Wat zijn cytostatica 2.2 Beroepsrisico
2.3 Blootstelling vermijden  beschermingsmaatregelen 2.4 Gesloten systeem

11 Wat zijn cytostatica? Wat is kanker?

12 Ongecontroleerde groei van cellen
Wat is kanker? Laat ons eerst even bekijken wat kanker nu weer is en hoe we ze behandelen. Kanker is een ongecontroleerde groei van cellen. Waar gezonde cellen gevoelig zijn voor de prikkels die hun groei stimuleren of afremmen, Trekken tumorcellen zich van deze prikkels niets meer aan en gaan ze aldus ongecontroleerd groeien. Ze groeien als het ware continu. Ongecontroleerde groei van cellen

13 Wat is kanker? Behandeling: Cytostatica
Ongecontroleerde groei van cellen Behandeling: Groei tegengaan Cytostatica Remmen celgroei en celdeling De behandeling zal er in bestaan de groei af te remmen. Hiervoor gebruiken we cytostatica: ze remmen de celgroei en celdeling.

14 Cytostatica Maar maken geen onderscheid tussen gezonde en tumorcellen. Daar tumorcellen vlugger’ groeien ondervinden zij een grotere invloed dan de gezonde cellen. Doch de invloed op de gezonde cellen zorgt voor de nevenwerkingen van de cytostatica Remmen celgroei en celdeling Maken geen onderscheid tussen tumorcellen en gezonde cellen

15 Hoe doen ze dat? Werken in op het genetisch materiaal van de cel.
Werken op DNA structuur Op de synthese van het DNA Tijdens de celdeling Werken in op het genetisch materiaal van de cel.

16

17 Toxiciteit en nevenwerkingen bij patiënten Korte termijn: invloed op de celgroei
Hematologisch Gastro-intestinaal Haaruitval Op korte termijn uit zich dat in de meest gekende nevenwerkingen:

18 Op lange termijn: op genetisch materiaal
Mutageen: wijzigingen erfelijke informatie Carcinogeen: kankerverwekkend Teratogeen: foetus Maar over de effecten op lange termijn wordt niet zoveel gesproken, door hun invloed op het genetisch materiaal, komen volgende eigenschappen boven:

19 2. Risico's 2.1 Wat zijn cytostatica 2.2 Beroepsrisico
2.3 Blootstelling vermijden  beschermingsmaatregelen 2.4 Gesloten systeem

20 Professionele blootstelling
Risico? Risico? Risico? Risico? Maar wat zijn nu de risico's verbonden aan professionele blootstelling aan cytostatica? Risico?

21 Maar wat zijn nu de risico's verbonden aan professionele blootstelling aan cytostatica?

22 Beroepsrisico ? Minimale maar langdurige blootstelling Ook invloed?

23 Beroepsrisico in studies:
Resultaten afhankelijk van de beschermingsmaatregelen. Zonder beschermingsmaatregelen: risico: blootstelling treedt op: teratogeen: spontane abortus andere: moeilijk aan te tonen voeding roken Neem het toch maar aan : zonder beschermingsmaatregelen loop je risico's De grootte ervan is moeilijk in te schatten.

24 Zwangere vrouwen en vrouwen die borstvoeding geven mogen geen cytostatica bereiden, toedienen en excreta behandelen Wat zeg ik heit niet, dat zwanger vrouwen, de kamer nier meer binnen mogen. Wat zeg ik wel: ook aandacht bij excreta, braken, wondverzorging. Wees u van de risico's bewust maar zie geen spoken. Bescherm uzelf volgens de richtlijnen.

25 Zwanger wat mag wel: Kamer betreden Eten opdienen
Andere medicatie bedelen ...

26 Zwanger wat mag niet: Cytostatica bereiden Cytostatica toedienen
Behandelen excreta gedurende risico-periode Denk zelf na!

27 Beroepsrisico? Wie komt in contact met cytostatica?
Bereiden: apotheek Toedienen: verpleegkundigen Excreta: verpleegkundigen, logistiek assistenten Reinigen: personeel onderhoud

28 Rode streep Op het patiënt etiket een rode streep, gedurende de periode van toediening en uitscheiding via excreta. Voor iedereen toegankelijk. Respecteert de privacy van de patiënt. Door verpleging bij start chemotherapie. Niet alleen degene die het toedient moet op de hoogte zijn, maar ook de andere verzorgenden De rode streep lijkt soms vergeten, daarom gedurende de ganse voordracht de rode streep op onze slides. Periode na toediening daar kom ik later op terug.

29 2. Risico's 2.1 Wat zijn cytostatica 2.2 Beroepsrisico
2.3 Blootstelling vermijden  beschermingsmaatregelen 2.4 Gesloten systeem

30 Blootstelling vermijden

31 Blootstelling Inademen Inslikken Aanraken (opname via de huid)

32 Draag steeds handschoenen bij het manipuleren van cytostatica en excreta
Maar ook naar de patiënt en z'n verzorging toe,, wees u bewust op dat moment gaat doen en draag desnoods handschoenen. Daarom nog eens het belang van de rode streep, niet alleen degene die het toedient moet op de hoogte zijn, maar ook de andere verzorgenden.

33 Beschermingsmaatregelen
Toediening gesloten systeem handschoenen Excreta handschoenen, schort Onderhoud

34 2. Risico's 2.1 Wat zijn cytostatica 2.2 Beroepsrisico
2.3 Blootstelling vermijden  beschermingsmaatregelen 2.4 Gesloten systeem

35 Gesloten systeem: bescherming verpleging
Op verpleegafdeling geen open punten Luer-lock connecties voor cytostatica Niet loskoppelen

36 Gesloten systeem Hoofdleiding: purgeren trousse + spoelen
aangesloten via spike Luer-lock connecties: cytostatica aangesloten via luer-lock poorten Zijleiding/3-wegkraan: randmedicatie (+waakinfuus) aangesloten via 3-wegkraan

37

38

39 Cytostatica systeem 1x Luerlock
€ 3,39

40 Cytostatica systeem 1 x LuerLock
Spoelvloeistof = Hoofdleiding: spoelvloeistof gewone spike Cytostatica = Luer aansluiting = 1 Luerconnector Randmedicatie + Elvorine® gewone trousse op driewegkraan

41 Cytostatica systeem 4x Luerlock
€ 5,35 Hoe het systeem eruit ziet bekijken we vlug even aan de hand van het cytostatica systeem met 4 LL conectiepunten.

42 Cytostatica systeem 4 x Luerlock
Spoelvloeistof = Hoofdleiding: gewone spike Cytostatica = Luerlock aansluiting 4 Luerlock connectoren Randmedicatie + Elvorine® gewone trousse op driewegkraan

43 Blaasinstillatie € 0,94 € 2,36 Connector sonde met Luer-lock poort
Tweewegadaptor met ventiel € 0,94 € 2,36

44 Blaasinstillatie Vanuit de apotheek:
Gevulde spuit met cytostaticum reeds geconnecteerd

45 Blaasinstillatie 1 spuit cytostaticum 1 spuit 10 ml fysiologisch:
sonde naspoelen

46 Voorbeelden Novantrone 1 spike 1,09 gewone trousse 0,55
1 conn.set ,60 1x1x luertrousse 3,39 7,08 gewone trousse 0,55 Campto (2 dagen) 8 spike ,72 5 conn. set ,00 2x 4 x luertrousse 10,70 2 trousse ,10 33,52

47 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

48 Chemotherapieschema: ingevuld en ondertekend door de arts
Per dag 1 klein (AV) voorschrift + etiket v.d. patiënt: randmedicatie voor totale kuur. Ook op medicatieblad vermelden V3,4,7,8 Randmedicatie aanvragen via patiëntenfiche Patiëntenfiche altijd meesturen.

49 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

50 4. Bereiding 4.1 Intramusculair 4.2 Intraveneus 4.3 Blaasinstillatie

51 Intramusculair Niets is veranderd Wordt in de apotheek bereid.
Graag duidelijk datum van toediening vermelden op voorschrift

52 Intraveneus: in perfusie-oplossing
Aan de hand van chemotherapieschema in apotheek bereid. Voorstelling van bereiding: gesloten systeem

53 De leiding is gepurgeerd met zuivere perfusie-oplossing
Duidelijk voordeel: geen contact meer met cytostatica tijdens toediening. De leiding is gepurgeerd met zuivere perfusie-oplossing

54 Blaasinstillatie Vanuit apotheek krijgt u een spuit met erop geconnecteerd de tweeweg-adaptor

55 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport en bewaring 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

56 Transport en bewaring Tijdens transport een breuk  verwittig apotheek
Volgens normale verloop van het cyto-schema stabiel  indien vertraging verwittig apotheek Niet stabiel: de apotheek neemt contact met u op (geplande tijdstip toediening).

57 Pauze

58 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

59 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

60 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

61 Wie mag toedienen? C - handeling : toevertrouwde medische handeling
Gegradueerde en gebrevetteerde verpleegkundigen mogen toedienen (naast artsen) Studenten verpleegkunde mogen geen cytostatica toedienen, ook niet onder toezicht ! Griet heeft reeds gesproken rond de zin enhet belang van deze bijscholing, rond de sluimerende gevaren van cytostatica. We zijn aan het volgende hoofdstuk gekomen, nl. dat van het toedienen van cytostatica. Hierbij is het de bedoeling zo praktisch mogelijk informatie te geven aan toedieners, dus in hoofdzaak de verpleegkundigen. Eerst en vooral wil ik een nota meegeven over de aard ( wettelijkheid) van het onderwerp cytostatica wat toediening betreft. Aangezien toedienen van cyto een c-handeling is, mag cyto dus ook enkel en alleen door gegradueerde of gebrevetteerd e verpleegkundigen toegediend worden ( naast artsen uiteraard) .Een c-handeling is een toevertrouwde medische handeling. Een b-handeling is een zuiver verpleegkundige prestatie ( vb. bedbad ) Studenten mogen dit niet, met andere woorden de persoon die de verantwoorde- lijkheid op zich neemt een student cytostatica te laten toedienen, neemt een grote verantwoordelijkheid op zich !

62 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

63 Algemene richtlijnen Algemeen : Juistheid controleren van :
eigen veiligheid veiligheid van de patiënt waarborg van steriliteit Juistheid controleren van : naam van de patiënt naam van het cytostaticum dosis Aftekenen op etiket EN chemoschema ! De maatregelen die we moeten nemen bij toediening van cytostatica, berusten op een aantal principes die men steeds in zijn achterhoofd moet bewaren. Men moet denken aan :de eigen veiligheid, de veiligheid van de patiënt en er moet een waarborg van steriliteit zijn bij toediening. Tevens is het eerste wat men doet, wanneer men een cytostaticum in handen krijgt of het schema, de naam van de patiënt en het cytostaticum controleren, evenals de dosering. Om zichzelf en de collega’s te beschermen ( men werkt in team) is het belangrijk steeds zijn paraaf of een kenletter te plaatsen op zowel het etiket als op het chemoschema.

64 Basisvoorwaarden Doel: verspreiding cytostaticum voorkomen of minimaliseren Bij aanvang: steeds handen ontsmetten Voorkom onderbreking van de werkzaamheden Steeds en uitsluitend wegwerpmaterialen Steeds beschermende onderlaag Luer-Lock (systeem Codan®) Naaldcontainer: nooit recappen Vaste plaats op verpleegafdeling Hier volgen enkele uitgangspunten om veilig met cytostatica te gaan werken. Dit zijn echter suggesties, richtlijnen, die situationeel lichtjes kunnen verschillen. Een aantal basisprincipes blijft echter steeds gehandhaafd. Als algemeen uitgangspunt kunnen we stellen, dat we best de toediening niet starten, wanneer aan de algemene richtlijnen, zoals ze hierna zullen vermeld worden, niet kunnen voldoen. Als doel van deze strenge werkwijze stellen we ons de verspreiding van cytostatica te voorkomen, of toch zeker te minimaliseren. Als eerste vragen we nogmaals uw aandacht voor de handhygiëne ! Naast kruisbe- smetting is ook op dit terrein contact met de handen het grootste struikelblok voor een goede manipulatie. We vragen steeds, wanneer u met cytostatica aan het werken bent, de werkzaam- heden zonder onderbreking verder te zetten. Cytostatica = wegwerpmaterialen. Gebruik steeds een beschermende, ondoorlaatbare onderlaag. Er wordt steeds met luer-lock systemen gewerkt. Recap nooit ! Leg uw cytostaticum steeds op een vaste herkenbare plaats op uw afdeling.

65 Aandachtspunten Bereide infuusvloeistof: niets meer toevoegen
Onheldere vloeistof: terug naar apotheek Geen klassieke trousses: 10 x méér contaminatie dan gesloten systeem Indien je dan toch een pomp gebruikt: gebruik dan altijd een Braun-pomp! Aan bereide chemozak : niets meer toevoegen op de afdeling. Onheldere vloeistof ( met vlokken, troebel) stuur je terug naar de apotheek. We gebruiken vanaf december geen klassieke troussen meer. Met het systeem zoals Griet dit toonde heb je tien keer minder kans op contaminatie. Gebruik je een pomp, gebruik dan een braun pomp, want alleen daarop past het systeem van Codan.

66 Toedieningsvormen Intraveneus: perifeer infuus centraal intraveneus infuus V.I.P. Intravesicaal Intramusculair Oraal Waarover spreekt men in het E.Z., wanneer men over chemotherapie spreekt. Wij passen hier enkel de méést gebruikte toedieningsvormen toe. Deze zijn uiteraard de intraveneuze vorm, intravesicaal ( de blaasinstillaties), de orale vorm en de intramuscumaire vorm. We spreken hier niet over wat we niet toepassen ( bijvoorbeeld epidurale toediening )

67 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

68 Extravasatie Aanprikken: Voorkom extravasatie Controleer
Punctieplaats: voorarm Materiaalkeuze: geen metalen naalden (vleugelnaalden ) Transparant afdekverband Katheters: zo dun mogelijk lumen ( 21 à 23 Gauge ):  irritatie en flebitis Voorkom extravasatie Controleer vlotte inloop druppelsnelheid en stand infuus aanprikplaats terugvloei Een woordje over het juiste aanprikken, om de kans op extravasatie te minimaliseren. Wil ik hier toch bij vermelden dat een centraal infuus of een VIP de allereerste voorkeur krijgt. Moeten we toch perifeer prikken, ga dan eerst naar de voorarm kijken. Gebruik geen metalen naalden om doorprikken van de vene te voorkomen. Dek de punctieplaats met een doorzichtig verband af, om observatie van de punctieplaats mogelijk te maken. Gebruik dan ook katheters met zo dun mogelijk lumen. Eigenlijk kunnen we ons geen extravasatie permitteren, omdat deze zo ingrijpend kunnen zijn qua weefselbeschadiging, en voor patiënt en voor maatschappij een serieuze belemmering en méérkost zijn. (Meestal maanden herstel van een extravasatie ) Controleer daarom : … Wat hierbij vaak vergeten wordt, is de terug- vloei, door het infuus lager te houden dan de insteekplaats, en terugvloei van bloed uit de vene te controleren. Wat extravasatie kan zijn ( in lichte vorm ) ziet u op de volgende dia

69 Extravasatie Tussen deze twee foto’s zit anderhalf jaar. U ziet dat de wonde nog niet volledig genezen is. Dit is nog geen ernstige extravasatie. Zeer uitgebreide extravasaties kunnen tot amputatie van de arm leiden. Er zijn gevallen extravasatie via een VIP beschreven waarbij men gewoon zijn vuist in de thorax kon steken.

70 Extravasatie Informeer uw patiënt over: pijn zwelling roodheid
spanningsgevoel Wat de intraveneuze infusie betreft, moeten we ook eerst en vooral de patiënt die het kan en wil begrijpen, alert maken op een aantal symptomen die als alarmerend kunnen beschouwd worden. Vraag onmiddellijk de verpleegkundige te raadplegen. Minimaliseer nooit een klacht van een patiënt, bijvoorbeeld bij pijn, ook al ziet u niks. Als de patiënt zegt dat hij pijn heeft, gaat u ervan uit dat hij die ook heeft ! Zeker wanneer u met cytostatica werkt. Extravasatie kan soms uren of dagen nadien pas zichtbaar worden. Controleer zoveel als nodig, bega niet de fout de impact te minimaliseren, of dit door werkdruk als tweede op uw planning te zetten !  Onmiddellijk de verpleegkundige verwittigen

71 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

72 Aankoppelen van infuus
Altijd 3-wegkraan plaatsen Minimum 100 ml spoelvloeistof Na spoelen: druppelkamer terug op hoogte brengen Optie: zijleiding als waakinfuus gebruiken: lage inloopsnelheid Gebruik steeds een driewekraan en verlengleiding. Bij het aansluiten en tussen 2 verschillende produkten respecteren we steeds een spoeling van 100 ml fysiologische oplossing. Na het spoelen breng je het niveau van vloeistof in de druppelkamer terug op niveau. Dit om leegloop van je infuus te voorkomen. Men kan trouwens via de zijleiding (via de driewegkraan) een waakinfuus traag laten indruppelen.

73 Loskoppelen en verwisselen van infuussysteem
Spoel met minimum 100 ml spoelvloeistof voor loskoppelen (cfr. Schema ) Systeem steeds afsluiten: vermijdt lekkage Afval in container voor risicohoudend medisch afval Dus nogaals, bij loskoppelen van het systeem ( aan de catheter ) gebruik je eerst 100 ml spoelvloeistof, alvorens een manipulatie uit te voeren. Wanneer je een deconnectie moet maken, sluit je eerst gans het systeem ( zoals bij iedere deconnectie trouwens ) Afval wordt in de daarvoor bestemde container gestopt ( cfr. Voorbeeld container)

74 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

75 Protocol toedienen Toedieningssysteem van de firma Codan met luer-lock systeem veiligheid voor personeel niet meer afkoppelen Koppelsystemen worden in de apotheek aangesloten en gepurgeerd met zuivere perfusieoplossing vooraleer cytostaticum wordt bijgespoten. Graag hadden we hierbij het, voor ons, nieuwe systeem van de firma Codan, waarbij we werken met een luer-lock systeem, dat de kans op contaminatie met factor 10 reduceert. Dit garandeert vooral méér veiligheid voor het personeel . Via dit systeem hoeven er geen cytostaticazakken meer afgekoppeld te worden.

76 Protocol toedienen Benodigdheden: Toedieningssysteem :
luer-lockleiding ( zie voorbeeld ) 3-wegkraan verlengleiding Infusievloeistof Cytostatica Wat de benodigheden betreft, heb je uiteraard je toedieningssysteem nodig, waartoe je ook het driewegkraantje en de verlengleiding rekent, die we hier in huis steeds gebruiken, en een infusievloeistof ( hoofdleiding ) en je cytostatica.

77 Protocol = werkwijze Laten we nu het protocol voor het manipuleren van het systeem Codan gaan overlopen. Martine zal stap voor stap uitbeelden hoe het systeem gemanipuleerd wordt, terwijl ik tracht u van het nodige commentaar te voorzien. Protocol systeem codan.

78 Aansluiten opgeloste cytostatica
Wat het aansluiten van de opgeloste cytostatica betreft, kan ik ook de procedure hieromtrent vertellen, waarbij Martine terug de manipulaties zal voortonen.

79 Aansluiten opgeloste cytostatica
Steeds spoelen met minimum 100 ml spoelvloeistof Complete systeem verwijderen (tot 3-weg kraan: bij permanent infuus). Ventielen in systeem = geen overheveling Eens aangesloten = niet meer afkoppelen!! Enkel zijleiding los-koppelen (bvb. Zofran®, Elvorine®) Er zijn nog een aantal aandachtspunten hierbij het vermelden waard. Zo zijn er in het systeem ventielen voorzien, die ervoor zorgen dat er geen overheveling van de ene in de andere zak kan gebeuren. Eenmaal aangekoppeld, mag een cytostaticazak nooit meer afgekoppeld worden. Moet men om één of andere reden nog afkoppelen, dan gebeurt dat aan de zij- leiding, waar geen cytostaticum gepasseerd is. Die spoelvloeistof is belangrijk. Spoel steeds met 100 ml spoelvloeistof. Wanneer je het systeem verwijderd, verwijder dan het integrale systeem met catheter in de risicocontainer.

80 6. Toediening 6.1 Wie mag toedienen? 6.2 Algemene richtlijnen
6.3 Extravasatie 6.4 Aankoppelen en loskoppelen 6.5 Protocol toedienen 6.6 Blaasinstillatie

81 Blaasinstillatie Intravesicaal =ongemetaboliseerd product = puur cytostaticum: bijzondere veiligheidsmaatregelen!! Spatten vermijden Goede bescherming (schort, handschoenen) Zittend plassen 2 x spoelen met gesloten wc-deksel Eigenlijk is een blaasinstillatie veel gevaarlijker dan een intraveneuze toediening. Het gaat hier namelijk om ongemetaboliseerd produkt dat men gaat inspuiten, maar ook terug gaat uitplassen. Dit is dus puur cytostaticum dat men uitplast, in tegen- stelling tot urine met gemetaboliseerd cytostaticum, dat reeds de lever, de cellen gepasseerd is. Hier is dus dubbele voorzichtigheid geboden. Vermijdt spatten. Bescherm uzelf voldoende : schort, masker en handschoenen. Vraag de patiënt die dat kan, zittend te plassen. Laat de patiënt achteraf het toilet 2 keer spoelen .

82 Blaasspoeling met 2-weg adapter
50 ml spuit met cytostaticum, gekoppeld aan een 2-weg adapter, wordt door de apotheek geleverd Materiaal We hebben in huis nu ook het systeem van codan voor blaasinstillaties. Hierbij ziet men een connector met 2 uiteinden met luerlock systeem, waarbij aan het ene connectiestuk het cytostaticum aangekoppeld is in de apotheek, en je zelf aan het andere uiteinde een spuit met fysiologische oplossing kan connecteren ( minimaal 10 ml ). Tevens heeft men een adaptor om het luerlock systeem aan te koppelen aan een gewone blaasconnectie, zodanig dat ook hier loskoppelen na de toediening niet meer nodig is.

83 Protocol blaasinstillatie
Nu gaan we stap voor stap tonen hoe een blaasinstillatie er moet gaan uitzien, gedemonstreerd door Martine. Ikzelf lever het commentaar.

84 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

85 Verwijderen van excreta
Geldt niet voor tabletten/capsules Enkel voor de IV met chemoschema en blaasinstillatie. Risicoperiode: productafhankelijk (cfr. halfwaardetijd/op schema) Instructie patiënt: plashygiëne Persoonlijke beschermingsmiddelen : handschoenen beschermende schort Bij het verwijderen van excreta kunnen tot 7 dagen na toediening sporen teruggevonden worden. Dit is echter sterk afhankelijk van het soort produkt. Bijvoorbeeld 5F.U. heeft een halfwaardetijd van een 20 à 25 minuten, en excreta zijn een tweetal dagen te zien in de afval. 7 dagen contact vermijden is hier dus overbodig. Daarom stellen we voor om op het chemotherapieschema de dagen aan te duiden dat er moet opgelet worden.

86 Risicoperiode excreta

87 Excreta Drain-, ascites-, en wondvocht: handschoenen
Handschoenen en schort bij verwijderen van bevuild linnen Wegwerpmaterialen!! Markering op de etiketten: kennisgeving aan ieder personeelslid (rode streep)

88 Urine en faeces Afwasbaar materiaal Onderlegger gebruiken
In toilet: niet-doorlatende schort, handschoenen. Mobiele patiënt: plasinstructies meegeven Geen manuele reiniging materiaal : bedpanspoeler De matrassen en kussens moeten afwasbaar zijn. Gebruik steeds een onderlegger, die achteraf uiteraard als besmet afval behandeld wordt. Moet je urine en faeces in het toilet uitgieten, gebruik dan niet doorlatende schort, handschoenen en masker. Ook mobiele patiënten moeten instructies krijgen in verband met preventie rond afvalverwerking. Bij voorkeur gaan we geen manuele reiniging meer doen ( zoals bij ons op de afdeling). Bedpanspoelers hebben de voorkeur, ofwel wegwerpmaterialen ( bijvoorbeeld kartonnen urinaals )

89 Vochtbalans/24-uurs urine braaksel
Vochtbalans/24 uurs urine : procedure Braaksel = risicohoudend medisch afval. Risicocontainer = lekdicht / schokbestendig = plastic container Voor de manipulaties in verband met de vochtbalans en de 24-uurs urine collectie verwijs ik u naar de richtlijnen vermeldt in de infobundel. Braaksel wordt als risico-afval bestempeld. Daarom giet men volle nierbekkens niet uit, maar deponeer je nierbekken en inhoud in de risicocontainer. ( geen metalen nierbekkens )

90 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

91 Morsen en extravasatie
Informatie op intranet Morsen = opdeppen met absorberend materiaal (blauwe onderlegger ) Opkuis volgens procedure morsen = taak van verpleegkundige Nareinigen = onderhoudsdiensten: gewone procedure onderhoud, maar wegwerpmaterialen Informatie rond morsen en extravasatie staat op intranet vermeldt bij cytostatica- richtlijnen : maatregelen bij morsen, maatregelen bij extravasatie op de bladzijde procedures daghospitalisatie. De voornaamste aandachtspunten hierbij zijn dat gemorst materiaal steeds opge- dept wordt met absorberend materiaal, niet opengewreven wordt, en liefst met een aan de ene zijde ondoorlatende wegwerpdoek.

92 Signaalfunctie Ziekenhuismedewerkers = verpleegkundigen - onderhoud - technische dienst - apotheek - … Kenbaar voor iedere ziekenhuismedewerker: rode streep op etiket Er is hier voor ieder van ons een belangrijke signaalfuncite. Ziekenhuismedewerkers zijn niet alleen verpleegkundigen en dokters, maar ook onderhoud, technische dienst, kiné, ergo, pastorale werkster,… Al deze gezondheidswerkers hebben recht op veiligheid en dus ook informatie. Daarom opteren we ervoor om de etiketten van chemopatiënten met een rode streep te markeren, om zo aan iedereen die professioneel in het ziekenhuis bezig is, duidelijk te maken met welk soort patiënt ze te maken hebben.

93 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

94 Toedienen van tabletten/capsules
Wegwerphandschoenen voor verpleegkundige Via wegwerpbeker voor patiënt Voldoende water: één groot glas Rechtstaand of zittend innemen Risicohoudend afval Handen goed wassen na toedienen

95 Toedienen van tabletten/capsules
Alkeran tablet (in koelkast bewaren): gecoat dus mag niet gedeeld worden Endoxan tablet (dragees): omhuld Estracyt capsule (in koelkast bewaren) Hydrea capsule Ledertrexate tablet: niet omhuld kan gedeeld worden

96 1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6
1. Situering 2. Risico's 3. Voorschrift 4. Bereiding 5. Transport 6. Toediening 7. Excreta 8. Morsen en extravasatie 9. Orale toediening 10. Besluit

97 Novantrone Drieweg kraan niet vergeten.

98 Campto Gramont dag 1

99 Campto Gramont dag 2

100 Nog even aandacht Excreta, bevuild linnen: enkel bij chemoschema.
Niet: vb. Zoladex® Tabletten: enkel deze vermeld. IM.: enkel Ledertrexate® Hier dan geen maatregelen excreta, linnen. Draag wel handschoenen tijdens toediening.

101 Besluit Duidelijke wetgeving ontbreekt
Beschermingsmaatregelen blijven de basis: Onbeschermd = risico Opleiding is hulpmiddel en aanzet tot: discipline en aandacht voor ... Er is momenteel over veel zaken nog geen sluitende wetgeving,. In Nedeland betonden vroeger richtlijnen die heeft men enkele jaren geleden proberen an te passen maar men is niet tot een consensus gekomen, daarom heeft men het een werkboek genoemd , en blijft men daar ook in een grijze zone hangen. Het probleem blijft dat men de grootte van het risico dat men nu loopt niet meer kan inschatten.Onderzoek is tijdrovend en zeer duur is. We bevinden ons ergens op een onbekend terrein, daarom moeten we preventief de nodigemaatregelen treffen. Persoonlijke beschermingsmaatregelen blijven de basis. Naasthet aanreiken van de middelen ( vb. systeem Codan ) is sSensibilisering is het enige wat wij hier kunnen doen,

102 The End


Download ppt "Veilig omgaan met cytostatica"

Verwante presentaties


Ads door Google