Gebruik het rode boekje

Presentatie over: "Gebruik het rode boekje"— Transcript van de presentatie:

1 Gebruik het rode boekje
Kaarten Gebruik het rode boekje

2

3

4 Kaarten bestaan al duizenden jaren

5 Schrijf voor jezelf op Meet de afstand tussen Los Angeles en New York
Hoeveel kilometer is de afstand hemelsbreed?

6 Schrijf voor jezelf op Op een kaart is de afstand tussen twee plaatsen 4 centimeter, in het echt is de afstand 20 kilometer. Wat is de schaal van de kaart?

7 De schaal Met welke factor is de kaart verkleind?
Grootschalig 1: of 1:50.000 Kleinschalig 1: of 1:

8 Waarom is een wereldkaart bijna altijd kleinschalig?

9 Soorten kaarten Staatkundig Natuurkundig Thematisch

10 Welk soort kaart?

11 Welk soort kaart?

12 Staatkundige kaart

13 Kaarten zijn onder te verdelen in topografische en overzichtskaarten
Overzichtskaarten zijn kleinschalig en hebben weinig detail  doel is om precies een landschap weer te geven Topografische kaarten zijn grootschalig en hebben veel detail  doel is om snel een duidelijk beeld te geven

14 Topografische kaart

15 Overzichtskaart

16 Functie van een kaart Een kaart moet een specifiek doel dienen en is daarom altijd een vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid Een satelliet- of luchtfoto is dus geen kaart! Dit zijn remote sensing beelden.

17 Remote sensing

18 Hoe krijg je een ronde bol op een plat stuk papier?
Kaartprojecties : Cilinder  de Aarde is uitgerold tot een cilinder Kegel  de Aarde is uitgerold tot een kegel Azimutaal  de Aarde is platgeslagen

19 Cilinder

20 Kegel

21 Azimutaal

22 Eigenschappen Natuurgetrouwe hoeken (Mercatorprojectie)
Oppervlaktegetrouw Afstandsgetrouw

23 Oppervlaktegetrouw

24 Afstandsgetrouw (vanaf het midden)

25 Soorten thematische kaarten
Heel veel soorten, waarvan de belangrijkste zijn: Choropleet (letterlijk gebiedswaarde)  In 1 kleur wordt een kenmerk van een gebied (vaak bevolkingsaantallen) weergegeven per oppervlakte. Een lichtere tint van de kleur is doorgaans een kleiner aantal dan een donkere kleur.  Bij kwantitatieve gegevens

26 Choropleet

27 Chorochromatisch  Een gebied krijgt een eigen kleur op grond van een kernmerk. Er zit geen logische volgorde in de kleuren.  Bij kwalitatieve gegevens

28 Chorochromatisch

29 Anamorfose  Een gebied wordt op de kaart groter weergegeven als het hoger scoort. Bijvoorbeeld bij bevolkingsaantallen of BNI.  Bij kwantitatieve gegevens

30 Anamorfose

31 Maak een choropleet en een anamorfosekaart
Groningen 20% 1,5 (x ) Friesland 23% 19,6 Drente 18% 12,6 Overijssel 26% 7,6 Gelderland 27% 13,6 Flevoland 23% 4,5 Utrecht 30% 2,5 Noord Holland 32% 25,0 Zuid Holland 34% 20,0 Zeeland 27% 5,0 Noord Brabant 18% 15,6 Limburg 20% 6,5