De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Bronvermelding Met dank aan: Kleine Admiraliteit ’t Westland

Verwante presentaties


Presentatie over: "Bronvermelding Met dank aan: Kleine Admiraliteit ’t Westland"— Transcript van de presentatie:

1 Bronvermelding Met dank aan: Kleine Admiraliteit ’t Westland In het bijzonder: Ivo van der Lans Mark van Uffelen Remco Ammerlaan Winny Groenendaal Dennis van der Sluis Tonne Kooiman Ronald Meijnema Ton Vijverberg Sven van Eijk Andere bronnen: Edwin Moerkerk & Mark Ruis Blah, blah, blah CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

2 Commissie Watersport Opleidingen
Kielboot II Theorie cursus CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

3 1 Hoofdstuk BPR (Binnenvaart Politie Reglement) Waterkaarten
Voorrangsregels Onderdelen Lelievlet CWO Kielboot II

4 Binnenvaart Politie Reglement
Dit onderdeel omvat 50% van de kennis die binnen de CWO opleiding valt. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

5 BoNeWaWePLEeGeMaK Geldigheid
Alle binnenwateren die niet in verbinding staan met de open zee behalve: Boven-Rijn Neder-Rijn Waal Westerschelde Pannerdensch kanaal Lek Eemsmonding Gemeenschappelijke Maas Kanaal van Gent naar Terneuzen Er zijn meer reglementen! Alle binnenwateren die niet in verbinding staan met de open zee behalve: Boven-Rijn Neder-Rijn Waal Westerschelde Pannerdensch kanaal Lek Eemsmonding Gemeenschappelijke Maas Kanaal van Gent naar Terneuzen Alle binnenwateren die niet in verbinding staan met de open zee behalve: Boven-Rijn Neder-Rijn Waal Westerschelde Pannerdensch kanaal Lek Eemsmonding Gemeenschappelijke Maas Kanaal van Gent naar Terneuzen Het IJsselmeer, de Grevelingen, de Merwede, en de Maas, vallen dus bijvoorbeeld wél onder het BPR. Andere reglementen: Rijnvaartpolitiereglement (RPR) Bepalingen ter voorkoming van Aanvaringen op Zee (BVA / ZAR) Reglement voor het Kanaal van Gent naar Terneuzen Westerschelde reglement BoNeWaWePLEeGeMaK CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

6 Klein vaarbewijs Een klein vaarbewijs is verplicht wanneer
Het schip 15 meter of langer is Het schip sneller dan 20 km/u kan Wanneer je 16 of ouder bent, moet je tóch nog een vaarbewijs hebben voor: zeil- of motorschip vanaf 15 meter dat niet bedrijfsmatig wordt gebruikt. waterscooter, jetski, rubberboot of motorboot met een lengte van minder dan 15 meter die harder kan varen dan 20 km/ uur. Er wordt niet naar het aantal pk gekeken, maar wel of de combinatie boot- motor eventueel harder kan dan 20 km/ uur. Een opblaasbare boot met meer dan 6 pk kan dat al gauw. Meer informatie over het vaarbewijs staat op: CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

7 Schipper Heeft de leiding aan boord en deelt orders uit om tenminste aan het BPR te voldoen De schipper moet aan boord zijn en de diploma’s hebben, maar hoeft niet te sturen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

8 Artikel 1.04 / 1.05 Je moet alles doen om een aanvaring te voorkomen en de veiligheid te garanderen Indien nodig moet je volgens goed zeemansschap van het BPR afwijken Goed zeemanschap = Varen met kundigheid en vaardigheid, met overleg handelen en vooruitzien  De enige regels die de cursisten bij hun nummer moeten kennen voor de veiligheid, 1.05 voor de noodzaak. Goed zeemanschap is een term die meer inhoud dan: “we zijn stoere zeebonken”. Iemand die het goed zeemanschap onder de knie heeft is thuis op het water; een betrouwbare medewatersporter. Goed zeemanschap is dus geen excuus om fouten te maken om ze door anderen te laten oplossen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

9 Regel, teken, aanwijzing
Verkeersaanwijzingen door brugwachters, havenmeesters, en sluiswachters gaan vóór verkeerstekens en gedragsregels. Verkeerstekens borden, brug- of sluislichten, of betonning gaan vóór gedragsregels. Gedragsregels voorrangsregels CWO Kielboot II

10 Leeftijden Alle leeftijden Kleine roeiboot
Klein zeilschip kleiner dan 7 meter 12 jaar en ouder Klein open motorschip kleiner dan 7 meter met een buitenboord motor die niet harder kan dan 13 km/u 16 jaar en ouder Alle andere schepen behalve… Wanneer je 16 of ouder bent, moet je tóch nog een vaarbewijs hebben voor: zeil- of motorschip vanaf 15 meter dat niet bedrijfsmatig wordt gebruikt. waterscooter, jetski, rubberboot of motorboot met een lengte van minder dan 15 meter die harder kan varen dan 20 km/ uur. Er wordt niet naar het aantal pk gekeken, maar wel of de combinatie boot- motor eventueel harder kan dan 20 km/ uur. Een opblaasbare boot met meer dan 6 pk kan dat al gauw. Meer informatie over het vaarbewijs staat op: 18 jaar en ouder … klein motorschip dat harder kan dan 20 km/u CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

11 Begrippen Schip Groot schip Klein schip Assisteren
Elk vaartuig, geschikt voor gebruik of vervoer ter water Groot schip Een schip groter dan 20 meter Klein schip Een schip kleiner dan 20 meter Assisteren Hulp van een motorschip bij het voortbewegen of sturen van een ander schip Vletten slepen valt dus niet onder “assisteren”. Een havensleper die een zeeschip begeleid bijvoorbeeld wél, maar ook een samenstel van sleper en motorvlet. Groot schip is alles, groter dan 20 beter, plus: a. een schip dat een groot schip sleept, assisteert, duwt of langszijde vastgemaakt meevoert b. een passagiersschip c. een veerpont d. een vissersschip e. een duwbak CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

12 Dag & Nacht ‘s Nachts des Daags
De tijd tussen zonsondergang en zonsopgang des Daags De tijd tussen zonsopgang en zonsondergang In de praktijk enkel belangrijk voor lichtvoering op het eigen schip of op de kade; in sommige gebieden geldt een stiltegebod slechts ‘s nachts of overdag. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

13 Vaarweg & Vaarwater Vaarweg Vaarwater CWO Kielboot II
Tja, een lastige om te onthouden. Tip: het gezegde “Iemand in zijn vaarwater zitten” betekent dat je ook had kunnen uitwijken naar een ander deel van de vaarweg. De betonning geeft altijd de rand van het vaarwater aan. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

14 Een schip dat wordt voortbewogen door spierkracht
Roeiboot Zodra je dus en zeil of motor hebt bijstaan ben je dus geen roeiboot meer. Als een roeiboot langer is dan 15 meter moet je 18 jaar of ouder zijn en een vaarbewijs bezitten. Als de roeiboot groter is dan 20 meter is het dus een GROOT roeischip. Een schip dat wordt voortbewogen door spierkracht CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

15 Een schip dat o.a. wordt voortbewogen m.b.v. mechanische middelen
Motorboot Ook een waterrad, water-jet, en boegschroef zijn mechanische middelen. Zelfs een motorische kabelpont is een motorboot! Een schip dat o.a. wordt voortbewogen m.b.v. mechanische middelen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

16 Een schip dat enkel wordt voortbewogen door de wind
Zeilboot Wanneer een zeilboot een motor heeft bijstaan is hij voor het BPR een motorboot en moet hij een zwarte kegel in de zijstag voeren. Een schip dat enkel wordt voortbewogen door de wind CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

17 Voert tijdens het slepen:
Sleper Voert tijdens het slepen: Een kleine motorboot die een paar kleine schepen sleept is voor het BPR een klein schip. Zodra er één of meer grote schepen gesleept worden of als de sleper zelf een groot schip is, is de hele sleep een groot schip. Een motorboot die de functie sleepboot heeft wordt door de waterpolitie als groot schip aangemerkt. Hieronder vallen dus alle scoutingslepers, maar de motorboot van je buurman niet per-sé. Kleine schepen die slepen mogen niet de sleper-ton voeren! Een schip dat ingericht is om te slepen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

18 Een samenstel van meer schepen aan een tros met voorop een motorschip
Sleep Een samenstel van meer schepen aan een tros met voorop een motorschip CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

19 Veerpont Een veerpont voert de verlichting van een veerpont, anders is het geen veerpont. Het klinkt simpel, maar overdag heb je er niets aan. In de praktijk blijft het lastig om kleine veerponten te herkennen zodra ze van wal gestoken zijn; let dan maar op fietsers en auto's op het dek. Een schip dat een veerdienst onderhoudt waarbij de vaarweg wordt overgestoken CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

20 Quiz-et ? Groot of klein schip? CWO Kielboot II
Het is inderdaad lastig om te zien, maar het is dus een klein schip (14 meter lang en hij kan niet harder dan 15 km/u). Groot of klein schip? CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

21 Naamgeving Motorboten en zeilboten > 7m dragen
naam van het schip naam van de eigenaar woonplaats van eigenaar Bijboten dragen alleen de naam van de eigenaar CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

22 Geluidseinen Attentiesein Ik ga stuurboord uit Ik ga bakboord uit
Ik sla achteruit Ik kan niet manoeuvreren De seinen: stuurboord-, bakboord- en achteruit mogen enkel door grote schepen gegeven worden. Je moet ze natuurlijk wél kennen. Een stip is 1 seconde lang. Een streep staat voor 4 seconden. De tussenposen moeten 1 seconde duren. Het signaal “Ik sla achterui” duurt 5 seconden; “Verzoek tot medische hulp” duurt dus 12 seconden... CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

23 Geluidseinen Verzoek tot medische hulp
Verzoek tot openen van een brug of een sluis Er dreigt een aanvaring Noodsein Mistsein Blijfweg sein De seinen: stuurboord-, bakboord- en achteruit mogen enkel door grote schepen gegeven worden. Je moet ze natuurlijk wél kennen. Een stip is 1 seconde lang. Een streep staat voor 4 seconden. De tussenposen moeten 1 seconde duren. Het signaal “Ik sla achterui” duurt 5 seconden; “Verzoek tot medische hulp” duurt dus 12 seconden… Een dunne streep geeft aan dat het sein herhaald wordt zolang het gevaar dreigt. Bij het “Verzoek tot openen van een brug of een sluis” kun je rustig wachten tot de brugwachter reageert. Hij is vaak druk bezig (?) met ander verkeer. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

24 Quiz-et ? Ik sla achteruit CWO Kielboot II

25 Quiz-et ? Verzoek openen van een brug of sluis CWO Kielboot II

26 Quiz-et ? Verzoek om medische hulp CWO Kielboot II

27 Waterkaarten CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

28 Waterkaarten - Kleur Normaal vaarwater Ondiep vaarwater
Vaarwater (motorvaart alleen met vergunning) Onbelangrijk vaarwater (geen motorvaart) Riet en biezen Houtgewas CWO Kielboot II

29 Kleurgebruik CWO Kielboot II Van links naar rechts: Normaal vaarwater
Ondiep vaarwater Vaarwater (motorvaart alleen met vergunning) Onbelangrijk vaarwater (geen motorvaart) Riet en biezen Houtgewas CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

30 Waterkaarten - merktekens
Hoogte doorvaart Wijdte doorvaart Diepte water Lengte sluis Vaste brug Beweegbare brug Sluis Keersluis Voetbrug H W D L || ||BB >> > I (dm) (m) Hoogte, diepte en lengte worden op de waterkaart aangegeven in decimeters (dm); wijdte in meters. H12 is dus 1.2 meter hoog, W23 is dus 23 meter breed. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

31 Almanakken Almanak deel 1 & 2 Deel 1: Deel 2: Reglementen Vaartips
Elke 3 jaar Deel 2: Vaargegevens Routes Hoogten Dieptes Bruggen Sluizen Elk jaar In Nederland hebben we de ‘Wateralmanak’ in twee delen: Deel 1 bevat de reglementen (bijvoorbeeld het BPR) en vaartips voor plassen en rivieren. Het komt elke 3 jaar uit en is verplicht voor gesloten boten. Deel 2 bevat de vaargegevens over doorvaartroutes en maten en bedieningstijden van bruggen en sluizen. Het komt elk jaar uit. Een schip, korter dan 7 meter, hoeft geen bijgewerkt (elektronisch) exemplaar van het BPR (Wateralmanak deel 1 dus) aan boord te hebben. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

32 Voorrangsregels CWO Kielboot II
Het BPR en daarmee het CWO spreken tegenwoordig van voorrangsregels i.p.v. wijkplicht zoals dat vroeger was. Wijkplicht klinkt wat vrijwilliger, maar is dat natuurlijk niet. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

33 Zeilboten onderling Kruisende koers Oplopende koers
Tegengestelde koers Als het niet duidelijk is of je een oplopende / tegengestelde koers of een kruisende koers vaart ten opzichte van de andere boot, dan moet je uitgaan van oplopende / tegengestelde koers. Officieel is de grens 22.5° maar wie zal dat nameten? CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

34 Zeilboten onderling CWO Kielboot II
Deze koersenboog komt overeen met de gradenboog voor verlichting aan boord. Dus als je het heklicht van een ander ziet vaar je kennelijk een oplopende koers. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

35 Volgorde van Voorrang Hoofdvaarwater gaat voor nevenvaarwater
Snel schip geeft iedereen voorrang Stuurboordwal geeft voorrang Grote schepen gaan voor kleine schepen Zeilboten gaan voor roeiboten Roei- en zeilboten gaan voor motorboten Hier weer recht op voorrang zoals het BPR voorschrijft. Dit rijtje moet je dreunen en stampen, ‘s nachts kunnen dromen en tijdens de kerstmis willen voorlezen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

36 Zeil over bakboord gaat voor
BB SB Zeilen over bakboord heeft voorrang… het is maar een regel. Ze hadden ook voor stuurboord kunnen kiezen… Wanneer het niet duidelijk is of het andere schip het zeil over bak- of stuurboord heeft hangen, moet hun maar voorrang geven (dit is dus b.v. goed zeemanschap). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

37 Lij gaat voor loef Loef Lij CWO Kielboot II
Redenatie: het loefwaartse schip kan gemakkelijker wijken zonder dat het zijn reisdoel zal missen. Als je dit ver van tevoren al ziet aankomen door middel van een aanvaringspeiling, hoef je hier niet veel snelheid mee te verliezen. Soms wordt er tijdens een wedstrijd express gebruik gemaakt van deze situatie om iemand van de ideale lijn te duwen. Dit heet dan een loefduel. Jammer genoeg (?) is dit vaak tegen de wedstrijdregels. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

38 tegengestelde koers CWO Kielboot II
De zeilboot met zeilen over bakboord heeft voorrang. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

39 Oplopende koers Oploper Opgelopene CWO Kielboot II
Als de ene een andere boot inhaalt (een oplopende koers dus) moet degene die inhaalt (oploper) ruimte geven voor degene die ingehaald wordt (opgelopene). Oploper wijkt voor opgelopene. Het opgelopen schip moet de oploper zonodig ruimte geven om te passeren. Omdat de oploper alleen goed snelheid kan houden als hij de wind in de zeilen houdt, mag deze altijd aan de hoge zijde passeren. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

40 Quiz-et Quiz-et ? CWO Kielboot II
Het grote schip moet wijken omdat het kleine stuurboordswal vaart (té simpel toch?) CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

41 Quiz-et ? Hoofdvaarwater CWO Kielboot II
Het kleine zeilschip onderaan komt van nevenvaarwater en moet dus voorrang geven aan hoofdvaarwater, maar mag medewerking verlangen van het roeischip om tóch het hoofdvaarwater op te komen. Dit kan ook inhouden dat de roeiboot moet peddelen voor het vaderland om snel voorbij te schieten – maar niet als dit regel 1.04 overtreedt. Als de roeiboot een groot schip had geweest, dan hoeft deze geen medewerking te verlenen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

42 2 Hoofdstuk Koppels & Krachten Sturen met de zeilen Zeiltermen
Peilingen Manoeuvres Hijsen en strijken CWO Kielboot II

43 Krachten & koppels CWO Kielboot II
Traditioneel een lastig stuk om uit te leggen. De ervaring leert dat dit onderdeel voor iedereen een andere uitleg vereist. De uitleg in het boek is dus weer anders dan in deze presentatie. Als je zelf een goeie manier weet, kan je die ook toevoegen. MAAR gebruik slechts één uitleg per les om verwarring te voorkomen! Als iemand het niet begrijpt, raad dan aan om een natuurkunde boek op school of uit de bibliotheek te lenen. Doe dit zelf ook. Je uitleg wordt beter begrepen als je de cursisten wat te doen geeft. Niet in de vorm van papierwerk, maar met duw/trek spelletjes of demonstraties. Speel wat met stokken en ballen of blaaspijpjes zoals in het boek. Ervaring krijgen met krachten en koppels werkt vele malen beter dan het lezen van droge tekst. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

44 Wat is een -kracht- Versnelling Trek- kracht Zwaarte- kracht
Als de motor in de auto meer kracht levert dan de zwaartekracht, dan beweegt de balk steeds sneller omhoog en beland deze uiteindelijk bovenaan. Als de motor in de auto niet sterk genoeg is, dan begint de balk steeds sneller naar beneden te bewegen (met de auto erachteraan). De beweging wordt veroorzaakt door de versnelling die wordt veroorzaakt door het verschil in krachten. Voor dit plaatje geldt dat de rode pijl die trekkracht aangeeft langer is dan de pijl van de zwaartekracht. Dit verschil in lengte geeft aan dat de auto gaat winnen. Zwaarte- kracht CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

45 Het gevolg van krachten
Hier hebben we twee even sterke auto’s. Ze proberen elkaar tegelijk met een kabel weg te slepen. Omdat de auto’s eenzelfde motor hebben met gelijke trekkracht, zal het geheel van de slepende auto’s niet versnellen en dús niet in beweging komen. Voor auto’s die met de bumper tegen elkaar staan in te duwen geld hetzelfde. De kracht-pijlen wijzen nu echter tegen elkaar in. Als ze beide auto’s even sterk zijn is het verschil in kracht dus nul en is er dús geen versnelling en wederom dús geen beweging. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

46 Het gevolg van krachten
Hier hebben we links een grote sterke auto en rechts een kleine auto met een minder sterke motor. Als ze beide elkaar proberen weg te slepen wint de grote auto (logisch). Meer kracht naar links, dus versnelling naar links, dus beweging naar links. Wanneer de kabel nu eens via een lantaarnpaal wordt geleidt, dan kunnen de auto’s naast elkaar staan. De grote auto is nu nog steeds de sterkste, en zal dus weer vooruit komen terwijl de kleine auto weer achteruit gaat bewegen (naar de lantaarnpaal). We leren hier dat de pijl die de kracht weergeeft langs de kabel moet wijzen. Zo ook wijst de versnelling en dus de beweging langs de kabel. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

47 Het gevolg van koppels CWO Kielboot II
We hebben hier eerst twee gelijke auto’s die beide aan een weegschaal hangen. De weegschaal kan draaien om zijn driehoekig ophangpunt. Net als bij de kabel om de lantaarnpaal heen, werken de krachten hier niet recht tussen de auto’s, maar via de kabels die aan de weegschaal zitten. Omdat de auto’s even zwaar zijn is er evenwicht en gebeurt er niets. Als de auto rechts nu eens lichter zou zijn, dan trekt de zwaartekracht daar minder hard en is er geen evenwicht meer; de weegschaal gaat om zijn ophangpunt draaien zodat de zware auto naar beneden kan versnellen en de kleine auto naar boven. Omdat de krachten in deze situatie rond een ophangpunt heen draaien spreken we van een koppel. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

48 Krachten op de Zeilen Zeilpunt CWO Kielboot II
De krachten in de zeilen van een zeilboot met grootzeil én fok geven op zichzelf GEEN koppel. Dat komt verderop nog wel. We kunnen de krachten in de beide zeilen wél optellen en de gemiddelde plaats (het zeilpunt) vinden. De lengtes van de rode pijl voor het grootzeil en gele pijl voor de fok zijn samen even lang als de somkracht in oranje. De oranje pijl staat ook iets dichter bij de langere rode pijl dan bij de kortere gele. Wanneer je de fok “ree” houdt is de gele pijl heeeeel kort en licht de oranje pijl bijna bovenop de rode. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

49 Krachten op het Schip Lateraal punt CWO Kielboot II
De krachten onder de boot geven ook GEEN koppel. De krachten zijn die van de weerstand tegen verlijeren zoals de romp en het zwaard dat leveren. Die liggen niet bovenop elkaar maar iets naast elkaar. Hier is ook het gemiddelde weer de oranje stip (het lateraalpunt). De kracht op het lateraalpunt is even groot als die op het zeilpunt, anders zou je verlijeren (hierover later meer). Met het roer kun je een extra kracht op het water uitoefenen om het lateraalpunt naar voren of achteren te verplaatsen; ook qua richting (stuurboor of bakboord). Hierover later meer. Met het ophalen van je zwaard kun je het lateraalpunt dus ook verplaatsen (dit effect is echter heel klein). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

50 Sturen met de Zeilen Zeilpunt Lateraal punt CWO Kielboot II
Hier komen we eindelijk weer terug bij het koppel. De kracht op het zeilpunt en de kracht op het lateraalpunt zijn even groot (anders zou je verlijeren). Als het zeilpunt en het lateraalpunt nu precies boven elkaar liggen heffen deze krachten elkaar op (koppel is nul) en vaar je rechtdoor. Als ze niet precies boven elkaar liggen (de twee krachten zijn weliswaar even groot, maar ze wijzen in tegenovergestelde richting) is er een nuttig koppel. Dús een draaiing: je boot veranderd van koers. Als je nu het lateraalpunt met behulp van je roer naar voren of achteren verplaatst, kun je sturen. Ja ja, een heel ingewikkelde manier om uit te leggen hoe het roer werkt, maar natuurkundig wél de juiste. Lateraal punt CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

51 Sturen met de Zeilen CWO Kielboot II
In plaats van met je roer, kun je ook sturen met je zeilen. Het sturen met de zeilen is gebaseerd op het naar voren of achteren verplaatsen van je zeilpunt. Links: het zeilpunt en het lateraalpunt liggen boven elkaar: je vaart rechtuit. Midden: het zeilpunt ligt voor het lateraalpunt: je valt af. Rechts: het zeilpunt ligt achter het lateraalpunt: je loeft op. Geinig detail: omdat het grootzeil groter is dan de fok, zijn de somkrachten bij oploeven groter dan bij afvallen  meer kracht geeft meer versnelling dus snellere beweging  oploeven gaat dus sneller dan afvallen. Goed in het geval van regel 1.04. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

52 Zeiltermen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

53 Voor de wind CWO Kielboot II
De meest relaxte koers. Bij snelle boten voel je de wind niet eens meer waaien. Bij goeie boten is het toch niet de snelste koers (zie: krachten en koppels). De giek wordt wel eens naar beneden gehouden door bij de mast in het zeil te gaan zitten. Dit geeft inderdaad meer snelheid omdat het effectieve zeil oppervlak groter wordt, maar geeft ook extra slijtage. Snelle jachten hebben hiervoor een speciale “neerhaler” die overigens voor alle koersen goed werkt. Bij deze koers wil de fok soms “te loevert” gaan staan. Dit gedrag is dan juist ook weer erg wisselvallig en vaak een teken dat je kunt gijpen. Je kunt de fok dan met de hand “te loevert” of “melkmeid” houden of een fokkeboom gebruiken. Deze zijn bij wedstrijden in de lelievlet klasse verboden. Pas op! Met al dat zeil voor je snufferd zie je tegenliggers of opgelopenen niet goed. Een extra uitkijk op het voordek doet wonderen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

54 Ruime wind CWO Kielboot II
Bij een lange giek relaxter dan voor de wind omdat je geen gijp kunt krijgen. Alle zeilen zijn optimaal benut. Als je aan de hoge kant van de boot zit kan je makkelijk langs het zeil naar voren kijken. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

55 Halve wind CWO Kielboot II
Bij goeie boten de snelste koers. De boot gaat bij harde wind flink scheef hangen en verlijeren en kan zelfs water scheppen. Helaas ga je daardoor weer langzamer. Dit voorkom je door je zeilen extra te vieren of door te reven. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

56 Aan de wind CWO Kielboot II
De koers die het beste hoogte wint. Nog meer oploeven en je zit tegen de wind in. Tussen vletten is er nogal verschil in de hoek die ze ten opzichte van de wind kunnen halen. Dat heeft met name te maken met de afstand tussen het zeilpunt en het lateraalpunt (zie: krachten en koppels) en de vorm van het zeil. Toch is het meestal de fok die het als eerste opgeeft (kies de juiste lei-ogen voor je fokkeschoten!). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

57 Tegen de wind CWO Kielboot II
Hier is geen houwen meer aan. Je kunt beter gaan motorvaren. Maar een lelievlet kan achteruit deinzen. Tegen de wind in de zeilen zó houden dat de boot niet bak of stuurboord om wil, totdat het roer weer “grip” heeft en je zo achteruit het water over danst. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

58 Aanleggen / afmeren CWO Kielboot II
Een fraai knoopwerkje dat wel voor een padvinder is weggelegd. Doe het toch maar beter zelf voordat je vlet afdrijft. De landvasten houden de boot op zijn plaats, de springen voorkomen dat hij “om zijn willen” heen en weer schommelt. Met een achter-spring kun je ook gemakkelijk weer bij lagerwal wegvaren. Gebruik ook stootwillen! En wel die van jezelf graag. Overdag ga je over het voordek bij de buurman langs naar de kade. Zo houdt hij ook zijn privacy in de kuip. ‘s Nachts ga je over het achterdek omdat de buurman dan in het vooronder ligt te snurken. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

59 Meer Termen Hogerwal / Lagerwal Bakboord / Stuurboord Bak houden
Loefzijde / Lijzijde Hoge zijde / Lage zijde Bovenlangs / Onderlangs Oploeven / Afvallen Deinzen Voor top en takel Zie het boekje voor uitleg. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

60 Nog meer Termen Het bezeild hebben Overstag gaan / Gijpen
Korte slag / Lange slag Killen Verlijeren Opschieter Volvallen Verhalen Zie het boekje voor uitleg. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

61 Bijliggen CWO Kielboot II
Op deze wijze ligt de boot zeer stabiel in het water; ongeacht de wind. Niet loef- of lijgierig en geen snelheid. Handig als je wat uit het water wilt vissen of als er is iemand zeeziek is (?) CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

62 Peilingen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

63 Dwarspeiling CWO Kielboot II
Met een dwarspeiling kun je “zien” wanneer je overstag mag om een punt ineens bezeild te hebben. Je moet daarvoor verder doorvaren dan dwars omdat je altijd wat verlijert. Technisch: Zowal vóór als ná het overstag gaan koers je aan de wind. De groen gestreepte driehoek is daarom gelijkbenig: de linker onderhoek en de midden bovenhoek zijn even scherp. Juist deze driehoek bepaald wanneer je overstag mag. Voor elke boot valt dus te bepalen hoeveel graden “achtelijker dan dwars” je het eindpunt moet zien om overstag te mogen: dat is 2 maal de windhoek vanaf de koers als je “aan de wind” vaart. Dus wanneer je, inclusief verlijeren, scherper dan 45° aan de wind kunt koersen, dan kun je “voorlijker dan dwars” al overstag. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

64 Aanvaringspeiling (raak)
Met een aanvaringspeiling kun je zien of je met een andere boot in aanvaring gaat komen (dûh). Deze en volgende dia's laten drie verschillende uitkomsten zien van de peiling. Let op! Deze peiling werkt ALTIJD. Dus ook als je recht op elkaar afstevent. Als je van elkaar weg vaart heb je de ander in het verleden al overvaren. Deze peiling draait vooral om de hoek waaronder je de andere boot ziet. Wanneer deze hoek gedurende het zeilen verandert, zal er geen aanvaring komen (of je zit er al bovenop). Stippellijnen in de animatie geven dit aan. Je kunt de vraag verwachten: “Maar de éne heeft voor de wind en de andere halve wind… waarom raken ze elkaar dan?” Nou b.v. omdat hij minder zeil voert, omdat hij gewoon meer diepgang heeft, of omdat er nog een anker aan zijn roer hangt. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

65 Aanvaringspeiling (mis)
Hier hetzelfde verhaal, maar het linker schip gaat nu veel harder waardoor de hoek tussen zijn koers en de zichtlijn naar de andere roerganger constant verandert. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

66 Achtergrond & Ankerpeiling
Met een achtergrond- en ankerpeiling kun je “zien” of je vooruit of achteruit vaart, of dat je stil ligt De achtergrond (boom) lijkt met het schip mee te varen ten opzichte van de boei. Wat de vaste rode stippellijn is voor onze boot, is de draaiende lijn voor de boom en andersom. In plaats van de boei kun je ook een andere boom of zo kiezen, zolang het zich maar niet kan verplaatsen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

67 Manoeuvres CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

68 Sliplanding op hogerwal
Te ruim Te hoog Ree! Haakvoor houdt af en aan Zie het boekje voor uitleg. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

69 Opschieter (op hoger wal)
Ree! Haakvoor houdt af en aan Zie het boekje voor uitleg. Het verschil met een sliplanding is de koers waarop je aanvangt. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

70 Haakvoor zet af naar hek
Afvaren van hogerwal Fok over en aan Haakvoor zet af naar hek Zie het boekje voor uitleg. Ga aan toekomstige loefzijde zitten Houd fokkeschoot klaar om fok bak te kunnen zetten Zet het roer alvast in de goede richting Stel vast of het verkeer afvaart toelaat Haakvoor duwt af Fok bak zetten Als op gewenste koers: fok over en zeilen! Fok bak aan bakboord CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

71 Maak gereed om te ankeren
Aanmeren op lagerwal Anker uit Zwaard op, Fok neer Maak gereed om te ankeren Ankerplaats verkennen Anker klaarmaken Fok strijken Aankomen met opschieter op de ankerplaats Ankerpeiling “Anker uit” Zwaard ophalen Deinzen Anker steken tot 3 maal waterdiepte Grootzeil strijken Ankerbol hijsen Ree! CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

72 Voor top en takel Grootzeil neer Ree! Ree! CWO Kielboot II
Zie het boekje voor uitleg. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

73 Afvaren van lagerwal Fok over en aan! Fok bak aan bakboord!
Zie het boekje voor uitleg. In het boekje wordt de methode met gestreken zeil uitgelegd. Fok bak aan bakboord! CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

74 Opkruisen Ree! Over! Bak! mooi in theorie,maar Het is niet de praktijk
Klaar om te wenden… Zie het boekje voor uitleg. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

75 Opkruisen Opkruisen CWO Kielboot II
Opkruisen met de wind niet pal op de vaarrichting. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

76 Opkruisen Opkruisen Trekboeg Trekwal Haalboeg CWO Kielboot II
Opkruisen met de wind niet pal op de vaarrichting. Op de korte slag (ook wel de haalboeg genoemd) moet je snelheid maken om daarna op de lange slag (ook wel de trekboeg) afstand te maken. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

77 Stormrondje Fok over! Gijp Ree! Bak! Over! Klaar voor gijp!
Zie het boekje voor uitleg. Het verschil met een sliplanding is de koers waarop je aanvangt. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

78 Man overboord Man overboord! Fok bak aan bakboord! Ree! ZWEM
Haakvoor wijs! Zie het boekje voor uitleg. 'Man over boord' roepen “Zwem” toeroepen. Zo nodig een drijfmiddel toewerpen Iemand laten wijzen Afvallen naar een voor-de-windse koers (Niet gijpen !!) Doorvaren tot over de aan-de-windse lijn Oploeven en aan de wind gaan varen Zodra man achterlijker dan dwars ligt overstag gaan Sliplanding maken op de drenkeling Aanwijzingen laten geven voor de koers in de laatste meters Iemand klaar laten staan aan loef achter de stag om drenkeling vast te pakken Bemanningslid roept 'man vast' als hij/zij de drenkeling vast heeft Bijliggen Drenkeling op het draaipunt van het schip (achter de stag), zijdelings en zo horizontaal mogelijk binnenhalen Rustige koers gaan varen EHBO toepassen indien nodig Bak! Over! Ree! CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

79 Loskomen van aan de grond
Zo snel mogelijk van de ondiepte af sturen Diepte van het schip verminderen Bij een lelievlet of schouw het zwaard ophalen Bij schepen met vaste kiel moet je krengen (scheefhangen) om de diepgang te verminderen Met de wrikriem dieper water zoeken en wegvaren door bomen Duwen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

80 Hoofdstuk 3 Borden Dag en nachttekens CWO Kielboot II

81 Borden Dit stel borden vind je bij de middenvliet nabij café Vlietzicht. Tussen 1 oktober en 15 juni mag hier door niemand gevaren worden. Met een motorboot mag je hier nooit invaren. In dit gebied huist beschermde – want kwetsbare – natuur. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

82 Typen borden Mag Moet niet wel CWO Kielboot II
Het onderscheid in deze bordtypen is belangrijk. Samen met de verschillende plaatjes kun je een groot aantal varianten maken. De roodomlijnde borden heten ook wel “gebodsborden” en komen veel vaker voor dan de blauwe aanwijsborden. Je kunt dit zien als: alles mag, tenzij het verboden is. Aanwijsborden komen vaak voor in combinatie met gebodsborden; soms geven ze een “wel hier maar niet daar” grens aan. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

83 Waterbewegingen CWO Kielboot II
Het linker bord wordt geplaatst nabij werkzaamheden of bij bekende zwakke punten in een oever of dijk. De rechter is een verkeerslicht met een rode en een witte continue brandende lamp. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

84 Sport Sport Kleine schepen CWO Kielboot II
Sport is een mooi woord dat in vele talen leesbaar is. Deze gelden dus voor alle kleine schepen! CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

85 Zeilschepen CWO Kielboot II

86 Schepen op Spierkracht
CWO Kielboot II

87 Pas of voor pont CWO Kielboot II
De linker wijst aan dat er een vaste veerpont nabij is (kabelpont o.i.d). De rechter wijst aan dat er een vrij varende veerpont nabij een steiger of oversteekplaats heeft. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

88 Stil houden & opletten CWO Kielboot II
LET OP! Deze borden horen niet bij elkaar, maar lijken verdacht veel op elkaar! Het linker verplicht tot het stilhouden van je schip voor kortere of langere periode (vaak bij een draaibrug o.i.d.) Het rechter verplicht tot het geven van het attentiesein (eenmaal een lang geluidsignaal) omdat er ter plekke een gevaarlijke situatie is (vaak bij bruggen in bochten). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

89 In- uit- & doorvaart CWO Kielboot II
Ditmaal is de witte streep niet de vaarrichting. Rood is: verboden doorgang, groen is toegestane doorgang. De rode vind je bij het Jachthuis op de middenvliet, wie de groene weet te staan mag het zeggen… CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

90 Marges binnen & buiten CWO Kielboot II
De bovenste (groene) borden staan aan weerszijde van het vaarwater, en adviseren er binnen te blijven. De onderste (rode) borden staan óók aan weerszijde van het vaarwater, maar verbieden er buiten te komen. Voorbeelden zijn: ondiepe of schuin aflopende oevers, fragiele constructies onder water, brugpijlers, etc. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

91 Spui & uitlaat - tekens spuien inlaten spuien inlaten CWO Kielboot II
Deze tekens worden gebruikt bij gemalen om het polderwater op pijl te houden, maar je komt ze vaker tegen bij energiecentrales en sluizen waar de waterstroom sterk en lokaal variabel is. Tip: Bij “inlaten” vormen de rode lichten een trechtervorm. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

92 6 Sport Quiz-et ? CWO Kielboot II Ok, een quiz:
Verboden voor zeilboten Verboden voor roeiboten Max diepte 6 decimeter Verboden aan te meren Verboden hinderlijke golven te maken (bord). Verboden hinderlijke golven te maken (verkeerslicht). Uitvarende schepen! Kleine schepen toegestaan. Gelieve binnen de borden te blijven. Stilhouden! Oppassen / attentiesein. Ankeren hier toegestaan. Keren hier toegestaan. Sport 6 CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

93 Dag en nachttekens CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

94 ‘s Nachts en bij Mist ! CWO Kielboot II
Daarom! Verlichting is belangrijk op het water. Waar je aan land nog straatverlichting hebt, moeten wij het vaak met alleen maanlicht doen. Bij mist is het nog gevaarlijker en is een misthoorn onontbeerlijk. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

95 Lichtvoering 112° 225° 135° 112° CWO Kielboot II
De boordlichten en het toplicht zijn ook van de zijkant goed zichtbaar terwijl het heklicht dat met opzet juist niet is. Als er een stuurboord boordlicht is, is er ook altijd een bakboord boordlicht; maar je kunt er altijd maar ééntje van zien. Er zijn regels voor de hoogte waarop de lichten, indien mogelijk, gemonteerd moeten zijn. Het precieze aantal graden dat een licht belicht is verplichte kennis (daarna weer snel vergeten). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

96 Segmenten 112° 135° 225° 112° CWO Kielboot II
Toplicht en heklicht belichten samen een volle 360°. De boordlichten belichten samen 225°; evenveel als het toplicht in zijn eentje. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

97 Elk schip kleiner dan 7 m CWO Kielboot II
Stampen, stampen, stampen. Tip: simpele bootjes hebben simpele verlichting. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

98 Hinderlijk afgemeerd schip
CWO Kielboot II

99 Klein motorschip groter 7 m
Top- en heklicht mag voor motorschepen, korter dan 7 meter, worden samengevoegd om ruimte te besparen. Vaak hebben zulke kleine boten ook geen goede watergeschermde plaats voor het heklicht. Dit geldt apart ook voor de boordlichten. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

100 Klein zeilschip groter dan 7 m
Top- en boordlichten mogen voor kleine zeilschepen, groter dan 7 meter, worden samengevoegd tot een sectorlicht om ruimte te besparen. Vaak hebben zulke kleine zeilboten ook geen goede watergeschermde plaats voor de lichten en wordt het sectorlicht op de top van de mast geplaatst. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

101 Klein gesleept schip CWO Kielboot II
Toch handig voor als je vlak achter een motorschip denkt door te steken en er blijkt een sleep achter te hangen… Wees zuinig op je leden en zet ze in het zonnetje. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

102 Groot gesleept schip (laatste)
CWO Kielboot II

103 Groot Motorschip CWO Kielboot II
Dé basisverlichting voor motorschepen groter dan 7 meter. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

104 Groot Zeilschip CWO Kielboot II
Het verschil met een groot motorschip is de twee rondomschijnende lichten in rood boven groen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

105 Grote sleper CWO Kielboot II
Het verschil met een gewoon groot motorschip is het dubbele toplicht. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

106 Beperkt varende Veerpont
Deze veerpont ligt met een kabel o.i.d. aan de wal vast. Hoewel gevaarlijker voor diep stekende boten heeft deze vreemd genoeg minder verlichting dan een vrij varende veerpont. De verlichting is echter wél weer rondomschijnend. Het heklicht ontbreekt (hoe moet je anders met je über-bus de boot oprijden?). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

107 Vrij varende Veerpont CWO Kielboot II
Net als de beperkt varende veerpont, maar dan met boordverlichting. Sommige veerponten kunnen twee kanten op vooruit varen en hebben dus dubbele boordlichten waarvan er telkens maar één set aanstaat. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

108 Lichten op de boeg Elk schip kleiner 7 m Klein gesleept schip
Voor anker liggend klein schip Klein motorschip groter dan 7 m Groot motorschip Het moeilijker maar wel meer naar de praktijk gericht. Je ziet enkel de kleur van de lichten. Net als in de praktijk zijn er geen hints of het om boordverlichting of rondomschijnende verlichting gaat. WYSIWYG! Aandachtspunten: de hoogte van een licht. De plaats ten opzichte van andere lichten. Typische vragen Komt het schip op je af of vaart het van je weg? Zie je de stuurboord- of bakboordzijde? Welk soort schip zou dit ook kunnen zijn? In welke situatie zou dit de verlichting voor een …schip zijn? CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

109 Lichten op de boeg Groot zeilschip Veerpont CWO Kielboot II

110 Lichten op de spiegel Elk varend schip behalve: Groot zeilschip
Veerpont Grote sleper Laatst in een sleep Laatste schip in een sleep CWO Kielboot II

111 Lichten op de spiegel Groot zeilschip Veerpont CWO Kielboot II

112 Lichten op stuurboord Elk schip kleiner 7 m Klein gesleept schip
Voor anker liggend klein schip Klein motorschip groter dan 7 m Groot motorschip CWO Kielboot II

113 Lichten op stuurboord Klein zeilschip groter dan 7 m Groot zeilschip
CWO Kielboot II

114 Lichten op stuurboord Grote Sleper Veerpont CWO Kielboot II

115 Lichten op bakboord Elk schip kleiner 7 m Klein gesleept schip
Voor anker liggend klein schip Klein motorschip groter dan 7 m Groot motorschip CWO Kielboot II

116 Lichten op bakboord Klein zeilschip groter dan 7 m Groot zeilschip
CWO Kielboot II

117 Lichten op bakboord Grote sleper Veerpont CWO Kielboot II

118 Gevaarlijke stoffen Buiten 100 meter aanleggen
Net als bij de blauwe kegels, geven blauwe lichten aan dat het schip gevaarlijke stoffen vervoert. Vaak laat het schip ook een “blijf weg” sein horen. Altijd 50 meter afstand houden CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

119 Ankerbol & zwarte kegel
Maar dan zonder de gele lijntjes natuurlijk  De bol of kegel moet in de mast, of in de zijverstaging worden gehangen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

120 Grote gesleepte schepen
Maar dan zonder de zwarte lijntjes natuurlijk  De bol moet in de mast, of in de zijverstaging worden gehangen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

121 Gevaarlijke stoffen kegels
meter meter meter Schepen die deze kegels voeren laten ook vaak het “blijf weg” sein horen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

122 Beperkt passeren Wel Niet CWO Kielboot II
Deze borden zie je wel bij bagger- of werkschepen. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

123 Beperkt passeren Geen golfslag maken Golfslag CWO Kielboot II
Deze borden zie je ook wel langs bouwwerkzaamheden langs het water (bijvoorbeeld bij een nieuwe beschoeiing of bij aanbouw van een viaduct). CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

124 onderwatersport CWO Kielboot II
Vrijetijdsduikers, maar ook voor professionals zoals lassers bij bruggen e.d. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

125 Snel schip CWO Kielboot II

126 Vaste bruggen en sluizen
verboden aanbevolen 2-richtingen aanbevolen 1-richting CWO Kielboot II

127 Ophaalbruggen in bedrijf
verboden aanbevolen 2-richtingen aanbevolen 1-richting CWO Kielboot II

128 ophaalbruggen buiten bedrijf
verboden aanbevolen 2-richtingen aanbevolen 1-richting CWO Kielboot II

129 Brugbediening Verboden… het is bijna zover… …je mag! CWO Kielboot II

130 Quiz-et? Beide brugdelen zijn vast en mag je door. Houd rechts aan.
Beide brugdelen zijn vast, maar alleen de linker mag je door. Het linker brugdeel is bediend, en voor beide zijden toegankelijk. Mogelijk is het rechter brugdeel van de andere kant ook verboden. Boven: Beide brugdelen zijn vast en mag je door. Houd rechts aan. Midden: Beide brugdelen zijn vast, maar alleen de linker mag je door. De rechter is voor tegenliggers. Onder: Het linker brugdeel is bediend, en voor beide zijden toegankelijk. Mogelijk is het rechter brugdeel van de andere kant ook verboden. CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

131 4 Hoofdstuk Vaarproblematiek Reven Aan- en afmeren
Veiligheid aan boord Gedragsregels en etiquette Vlagvoering Dagelijks onderhoud Het weer Knopen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

132 HET Weer Onweer Regen Stroming Wind CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

133 Beaufort Schaal BFT 0: windstil CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

134 Beaufort Schaal BFT 1-2: zwakke wind CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

135 Beaufort Schaal BFT 3-4: matige wind CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

136 Beaufort Schaal BFT 5-6: vrij krachtige tot krachtige wind
CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

137 Beaufort Schaal BFT 7-8: harde tot stormachtige wind CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

138 Beaufort Schaal BFT 9-10: storm tot zware storm CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

139 Beaufort Schaal BFT 11-12: zeer zware storm en orkaan CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

140 Veiligheid Materiaal Controleer de boot Anker aan boord Hoosmiddelen
Riemen Orde aan boord Reserve onderdelen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

141 Veiligheid Persoonlijke veiligheid Een goed redding- of zwemvest
Warme en droge kleding Schoeisel met goed profiel Bescherming tegen de zon CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

142 Veiligheid Redding- en zwemvesten. CWO Kielboot II
CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans

143 Boek Gedragsregels Vlagvoering Vaarproblematiek Reven Aan- en afmeren
Dagelijks onderhoud Schiemannen Soorten lijn Knopen CWO Kielboot II CWO Kielboot II - © Ivo van der Lans


Download ppt "Bronvermelding Met dank aan: Kleine Admiraliteit ’t Westland"

Verwante presentaties


Ads door Google