De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Flits 1 Spel 2. Bridge in een flits.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Flits 1 Spel 2. Bridge in een flits."— Transcript van de presentatie:

1 Flits 1 Spel 2. Bridge in een flits

2 Docent: Maurice Peereboom (mpeereboom@gmail.com)
Namens: Bridgeclub De Gaech (1983) ● Zelf leren bridgen: 1957 ● Eerste cursus: 1966 ● Ca 1975: Van Start tot Finish (Sint & Schipperheijn) ● Ca 1995: Berry Westra (leer Bridge) ● 2011: Berry (Bridge in een Flits)

3 Bridge in een Flits Berry Westra
“Leren Bridgen is gemakkelijk,goed leren bridgen is moeilijk” "Niet moeilijk doen, gewoon gaan oefenen en fouten maken, daar leer je het meeste van"

4 Interactie leerboekje met internet (BIC)
De leermethode bestaat uit een boek en werkt in samenhang met een oefensessie op internet: 'de toekomstclub'. Daarnaast (eventueel) oefen CD’s

5 Flits 1 Les 1 DE REGELS Spel 2.

6 Het begin: De “Kleuren”
52 kaarten verdeeld in : ♠ Schoppen ♥ Harten ♦ Ruiten ♣ Klaveren De “Rode” Kleuren: ♥ ♦ De “Zwarte” Kleuren ♠ ♣ De Hoge kleuren ♠ ♥ De Lage kleuren ♣ ♦

7 De rangorde (waarde) van de kaarten
hoog in rang laag in rang 7

8 Plaatjes Aas, Heer, Vrouw en Boer worden de ‘plaatjes’ ofwel ‘honneurs’ genoemd 8

9 Volgorde: binnen 1 kleur van hoog naar laag:
De “Kleuren” Volgorde: binnen 1 kleur van hoog naar laag: AHVB honneurs middenkaarten lage kaarten

10 Noord & Zuid zijn partners en Oost & West zijn partners
4 spelers, 52 kaarten 13 kaarten per speler N Z W O Noord & Zuid zijn partners en Oost & West zijn partners NZ speelt tegen OW

11 Doel van het Spel Slagen maken! Wat is een Slag ?
Een slag bestaat uit 4 kaarten; Van elke speler 1 Totaal aantal slagen: 13 (namelijk 52 / 4)

12 Slagen maken (1) West speelt de eerste kaart: B Met de wijzers van de klok speelt een ieder de gevraagde kleur: harten 2 Leerpunt Degene, die de hoogste kaart heeft gespeeld (hier Zuid) wint de slag en mag beginnen met de eerste kaart van de volgende slag N W O Z 5 B Zuid speelt de hoogste harten en wint daarmee de slag H 12

13 Slagen maken (2) N W O Z Noord speelt de hoogste klaveren en wint
Zuid had slag 1 gewonnen en begint nu met de volgende kaart te spelen: 8 Noord speelt de hoogste klaveren en wint daarmee de slag A V N W O Z 2 8 13

14 Slagen maken (3) Noord had slag 2 gewonnen en begint nu met de volgende kaart te spelen: 3 Leerpunt ‘Bekennen moet’, maar als je de gevraagde kleur niet hebt, mag je iedere kaart bijgooien. 3 N W O Z Oost heeft geen klaveren en speelt 10 6 10 Zuid speelt de hoogste klaveren en wint daarmee de slag 9 14

15 Samenwerken ♠ H ♠ B ♠ 4 Noord West Oost Zuid ♠ A72
Flits 1 Samenwerken Noord West Oost Zuid ♠ A72 ♠ H ♠ B ♠ 4 Spel 2. Dus nu niet ♠ A spelen !

16 Slagen neerleggen Houd elke kaart voor je (niet in het midden van de tafel) Gewonnen slag (verticaal): Verloren slag (horizontaal):

17 Strategie slagen maken
Probeer jouw langste kleur te “ontwikkelen”

18 Zelf aan de slag 1.1 ª   ♣ V B T 9 8 7 6 7 6 3 2 A H N W O Z ª
Als West start metA: slechts 6 slagen V B T 7 6 3 2 A H N W O Z ª V B T 9 8 4 5 4 5 3 2 V B T 8 6 Als West start met V zijn er 11 slagen voor West 18

19 Spelregels Slagen Maken
Iemand (schudt en) deelt de kaarten uit [Gever] 2. De Speler LINKS van de gever legt eenkaart OPEN op tafel [Uitkomst, Uitkomen] 3. De overige spelers volgen om de beurt [Bijspelen] met de klok mee en moeten (indien mogelijk) kleur bekennen 4.De hoogst bijgespeelde kaart in die kleur WINT de slag 5.De winnaar van de slag speelt weer voor.

20 Schudden en geven Sorteertips: kleur bij kleur op volgorde van rang
zwart-rood-zwart-rood 20

21 Spelen

22 Troef (1) Je moet altijd een kaart van de gevraagde speelkleur bijspelen: bekennen moet Als je niet kunt bekennen, mag je iedere kaart van een andere kleur bijspelen De slag kan nooit door deze kaart gehaald worden, behalve als deze kaart behoort tot de TROEFKLEUR 22

23 Troef: Zuid wint de slag [met ♠ troef ]
Flits 1 Troef: Kleur die hoger is dan andere kleuren Noord West Oost Zuid ♣ 3 ♣ 7 ♣ A Spel 2. Zuid wint de slag [met ♠ troef ] ♠ 4

24 Zuid heeft geen schoppen en speelt 2 Wie wint de slag? Zuid N W O Z
Troef (2) Ruiten is troef Oost speelt A Zuid heeft geen schoppen en speelt 2 Wie wint de slag? Zuid N W O Z A 2 Leerpunt Belangrijk is dat Zuid ♦2 alleen mag bijspelen als hij geen schoppens heeft. Bekennen is en blijft verplicht. 24

25 Welke kaart mag Zuid spelen? zowel 4, als 2
Troef (3) N W O Z A 4 4 2 Ruiten is troef Oost speelt A Welke kaart mag Zuid spelen? zowel 4, als 2 troef: slag voor Zuid geen troef: slag voor Oost Leerpunt Aftroeven is niet verplicht Je mag pas troeven als je niet meer kunt bekennen. 25

26 In het bridgespel wordt de troefkleur bepaald tijdens het bieden.
Bepalen troefkleur In het bridgespel wordt de troefkleur bepaald tijdens het bieden. Er kan ook zonder troefkleur worden gespeeld SA (Frans: Sans Atout) NT (Engels: No Trump) 26 26

27 Troeftrekken (1) Schoppen is troef en Zuid mag beginnen
Hoe moet Zuid spelen om alle slagen te halen? troeftrekken: H gevolgd door9 nu pas V N W O Z  8 4 A H 9 V Leerpunt Het is bijna altijd goed om de troeven bij de tegenpartij zo snel mogelijk weg te halen. 27

28 Troeftrekken (2) Schoppen is troef en Zuid mag beginnen
Hoe moet Zuid spelen om 4 slagen te halen? troeftrekken:  H  Oost A Oost V  Zuid 2 Zuid V  Oost 7 Zuid A en A N W O Z  A 7 V B 3 H V 2 A introever Leerpunt Troeftrekken = zo snel mogelijk de troeven van de tegenpartij verwijderen. 28

29 Als Oost ♦3 speelt, moet Zuid natuurlijk niet troeven
Met troef (♠ troef) West komt uit Wie wint de slag? ♦ V ♦ ♠3 ♦ 8 West komt uit ♦V ♦ ♠ 3 ♠8 Wie wint de slag? Als Oost ♦3 speelt, moet Zuid natuurlijk niet troeven

30 Troeven mag, maar hoeft niet!!
Regels: Kleur bekennen moet! Troeven mag, maar hoeft niet!! Overtroeven mag, maar hoeft niet!!

31 Spelregels-2 Iemand (de gever of deler) draait een kaart om (de bovenste van de dichte stock): Speel troef in de gedraaide kleur De “draaier” schudt en deelt 1 voor 1 (met de klok mee) uit (Gever) De speler LINKS van de leider komt nu uit (uitkomst). Iedereen volgt met de klok mee (bijspelen) Om de beurt (met de klok mee) wordt iedereen gever Vergeet het samenspel niet!

32 Spelen

33 Bieden Doel: zoveel mogelijk slagen maken van de 13 die er zijn
Een eigen lange kleur zul je graag troef willen maken: AHVB762 H3 ♦82 ♣94 Je moet dan een “schoppenbod” doen , darvoor is een codetaal beschikbaar Maar: zodra je een bod doet, moet je (samen met partner) tenminste 7 slagen maken! De tegenstander zal een andere troefkleur willen spelen, maar moet dan een hoger bod doen (vergelijk met een veiling)

34 De biedtaal (1) 1 2 3SA Het bieden gebeurt met een speciale codetaal
De biedingen bestaan uit een getal en een kleur 1 2 3SA 34

35 De biedtaal (2) De partij die het bieden wint, bepaalt de speelsoort en moet altijd de meerderheid van de slagen maken. Oost wint de bieding met een bod van 1 N W O Z H V V A B Hoeveel slagen moet O-W nu halen? De kleinste meerderheid is zeven (6+1) slagen 35

36 6 basisslagen De biedtaal (3) t/m 7 SA 1 De rangorde der kleuren
Klaveren is de laagste speelsoort en SA de hoogste De volgorde van laag naar hoog is: 1 1 1 1 2 2 2 2 2SA 1SA t/m SA 6 basisslagen 36

37 De biedtaal (4) PAS 7 7 7 7 7SA 6 6 6 6 6SA 5 5 5 5 5SA 4
hoogste bod De complete ‘biedladder’: 7 7 7 7 7SA 6 6 6 6 6SA 5 5 5 5 5SA 4 4 4 4 4SA 3 3 3 3 3SA 2 2 2 2 2SA als je geen bod wilt doen PAS laagste bod 1 1 1 1 1SA 37

38 De biedtaal (samenvattend)
Je kunt kiezen tussen: een bod of passen Het laagste bod is: 1 klaveren Als klaveren troef is, denk ik (met mijn partner) 7 slagen te halen: (het bod: ‘1’ + 6 basisslagen). Het hoogste bod is: 7 Sans-Atout Zonder troef , denk ik (met mijn partner) 13 slagen te halen: (het bod: ‘7’ + 6 basisslagen). 38

39 Het biedverloop (1) De eerste speler die een bod mag doen is de ‘dealer’ of ‘gever’ Hier is Noord de ‘dealer’ en mag met het bieden beginnen Na de gever komt de speler links van de gever aan de beurt Oost Het bieden geschiedt dus met de klok mee En na West komt Noord weer aan de beurt pas dealer N W O Z 1 pas 1 39

40 Het biedverloop (2) Noord mag nu gewoon weer een bod doen en bied…….
Het biedverloop ontwikkelt zich nu verder Na 3 x pas is het bieden pas afgelopen West Noord Oost Zuid pas pas 1 1 1SA 2 3 pas pas pas Wat is nu afgesproken? Ruiten is troef N-Z moeten 9 slagen halen 40

41 Het biedverloop (3) West Noord Oost Zuid
Nu is West de dealer en het biedverloop begint met: 3 x pas Jazeker, na 3x pas in de eerste biedronde mag Zuid nog bieden. Maar Noord mag nu niet meer bieden: na 3 x pas is het bieden afgelopen West Noord Oost Zuid pas pas pas 1 ? pas 1SA pas pas Mag Zuid nu nog een bod doen? pas ? N-Z spelen zonder troef (SA) en moeten 7 slagen halen 41

42 Er zijn meerdere paskaartjes
De bidding box Gecodeerd bieden wordt gedaan met behulp van de bidding box, een doosje met biedkaartjes De speler die aan de beurt is om te bieden pakt het kaartje van zijn keuze en legt dat op tafel Er zijn meerdere paskaartjes 42

43 Een voorbeeld: West Noord Oost Zuid pas pas ♦ 1   2 pas pas pas  is troef - Noord heeft als eerste geboden en wordt leider - Links van Noord moet “uitkomen” - De partner van de leider legt zijn kaarten open neer - Deze partner wordt “dummy” of “blinde”

44 - bieden afgelopen na 3x pas
Flits 1 REGELS: - gever begint - bieden moet omhoog - je kunt passen - bieden afgelopen na 3x pas Spel 2.

45 Kaartwaardering De kracht van een “hand” wordt bepaald door: Lengte van een kleur Het aantal plaatjes (honneurs: A,H,V.B) De waarde van de plaatjes wordt uitgedrukt in punten: A = 4 H = 3 V = 2 B = 1 Dus 10 punten per kleur; 40 punten in een spel

46 Gever doet het openingsbod (of past)
werkwijze Schudden + Geven Sorteren Gever doet het openingsbod (of past) Iedereen biedt (met de klok mee) Proces stopt na 3 keer pas. Hoogste bod = Eindbod Vaststelling leider Links van de leider komt uit Dummy legt kaarten neer

47 Dummy - legt zijn kaarten open op tafel - neemt geen deel aan het spel
Flits 1 Dummy - legt zijn kaarten open op tafel - neemt geen deel aan het spel - leider speelt de kaarten van de dummy Spel 2.

48

49

50

51

52

53 BERRY’S INTERNET CLUB - wedstrijdje
Flits 1 BERRY’S INTERNET CLUB - wedstrijdje - beginnen en stoppen wanneer je wilt - volg het vraagteken tijdens het bieden - lees pp 20-22 Spel 2.

54 Draai een kaart om (de bovenste van de dichte stock):. Honneur (A/10)
Draai een kaart om (de bovenste van de dichte stock): Honneur (A/10)? Speel zonder troef Andere kaart? Speel troef in de gedraaide kleur Schudden en delen Iedere Speler “claimt” een aantal slagen Het paar dat samen de meeste slagen claimt, gaat spelen De hoogstbiedende partner wordt LEIDER De speler LINKS van de leider komt uit. Daarna legt de partner van de leider de kaarten open. Indien troeven: leg de troefkaarten RECHTS Deze partner wordt “Dummy” of “Blinde” Alleen de Leider bepaalt welke kaart er uit de dummy gespeeld moet worden Om de beurt (met de klok mee) wordt iedereen gever

55

56 De spelers Vier spelers Tafel met vier zijden: Noord West Oost Zuid
Noord, Oost, Zuid en West Oost-West spelen samen Noord-Zuid spelen samen Noord West Oost Zuid P a r t n e s Partners Twee partijen N-Z spelen tegen O-W 56

57 Het maken van een slag ♥ B ♥2 ♥4 ♥2 start, bekennen moet! ♥6 Noord wint de slag met ♥B Noord mag nu voorspelen

58 ♥ B Het maken van een slag ♥2 ♥4 ♥2 start, ♥ B wint de slag ♥6 ♥B
♥2 ♥4 ♥2 start, ♥ V wint de slag ♥V ♥2 ♠4 ♥2 start, ♥B wint de slag ♥6 Bij niet kunnen bekennen: ieder andere kaart mag!

59 Zonder troef: Hoeveel slagen maakt West als West mag beginnen?
♠VB ♥ ♦ ♣ AH ♠ AH ♠ ♥ AH ♥ VB ♦ AH ♦ ♣ VB ♣ ♠ ♥ ♦ VB ♣ 543 Zonder troef: Hoeveel slagen maakt West als West mag beginnen? als Noord mag beginnen?

60 De Biedtaal Een bod bestaat uit: een getal (1 t / m 7)+ een speelsoort (♣♦ of SA) Het getal geeft het aantal te maken slagen aan: 1 ~ 1+6 = 7 slagen (kleinste meerderheid) 3 ~ 3+6 = 9 slagen Dus 2♦ : 8 slagen met ♦ als troef 3SA: 9 slagen zonder troef

61 De rangorde van de kleuren:
SA 1 is hoger dan 1♦ Je wilt ♣ bieden na 1♦ ?

62 7♣ 7♦ 7 7 7SA …………………………….. 3♣ 3♦ 3 3 3SA 2♣ 2♦ 2 2 2SA 1♣ 1♦ 1 1 1SA Een voorbeeld: West Noord Oost Zuid pas pas 1♦ 1 pas 2 3♦ pas pas pas Conclusie: - ♦ wordt de troefkleur - er moeten 3+6=9 slagen gemaakt worden door NZ

63 Schudden + Geven

64 Schudden + Geven Bieden • Welke Speelsoort? SA of Troef

65 Schudden + Geven Bieden • Welke Speelsoort? SA of Troef
• Hoeveel slagen kunnen wij maken?

66 Schudden + Geven Bieden • Welke Speelsoort? SA of Troef
• Hoeveel slagen kunnen wij maken? • Wie wordt de leider?

67 Schudden + Geven Bieden • Welke Speelsoort? SA of Troef
• Hoeveel slagen kunnen wij maken? • Wie wordt de leider? Spelen

68 Schudden + Geven Bieden • Welke Speelsoort? SA of Troef
• Hoeveel slagen kunnen wij maken? • Wie wordt de leider? Spelen Score/Resultaat

69 Troefspelen

70 Bieden (vervolg) Het bieden geeft uitsluitsel over: Welke speelsoort het wordt Hoeveel slagen er gemaakt moeten worden Welke partij de “veiling” gewonnen heeft (het “contract” verkregen heeft)

71 Het maken van een slag ♥ B ♥2 ♥4 ♥2 start, ♥ B wint de slag ♥6 ♥B ♥2 ♥4 ♥2 start, ♥ V wint de slag ♥V Maar! Zuid is de partner van Noord. Pak niet elkanders slag af. Speel van bijvoorbeeld ♥V,6,3: de ♥3

72 Flits 1 Wanneer mag je troeven? Als je niet kunt bekennen Spel 2.

73 Mag je troef voorspelen?
Flits 1 Mag je troef voorspelen? Ja Spel 2.

74 Bieden en Spelen Bieden Spelen aantal slagen?
welke speelsoort? wie wordt de leider? Bieden de leider probeert het geboden aantal slagen binnen te halen Spelen 74


Download ppt "Flits 1 Spel 2. Bridge in een flits."

Verwante presentaties


Ads door Google