De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Vergrijzing, gezondheidszorg en ouderenzorg in België.

Verwante presentaties


Presentatie over: "Vergrijzing, gezondheidszorg en ouderenzorg in België."— Transcript van de presentatie:

1 Vergrijzing, gezondheidszorg en ouderenzorg in België.
Stand van zaken voorzieningen en betaalbaarheid Onderzoek in opdracht van de FOD Sociale Zekerheid Directie-generaal Sociaal Beleid Prof. dr. Jozef Pacolet Hoger instituut voor de arbeid, Katholieke Universiteit Leuven USA – BE: Same Problems, Different Solutions Symposium USA Ambassade – FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu – DG1 Brussel, Hotel Président, 22 maart 2006

2 Deel I: Vergrijzing en zorgvoorzieningen: een rijk geschakeerd palet
Aanbod van zorgvoorzieningen Informele zorg Professionele zorg en werkgelegenheid Private – publieke mix Deel II: Vergrijzing en macro-economische betaalbaarheid Nood aan een impliciete of expliciete zorgverzekering Macro-economische inschatting kosten zorgsector Decompositie van de zorguitgaven en toekomstverkenning Belangrijke conclusie voor België uit de discussie in het buitenland

3 Vergrijzing en zorgvoorzieningen: een rijk geschakeerd palet

4 Absoluut aantal 65+-ers in 1970-2005 en 2006-2050
Aantal ouderen (x 1 000) 3000 Aantal jarigen Aantal jarigen Aantal 85+-ers 2500 Totaal aantal 2000 1500 1000 500 71 540 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040 2045 2050

5 Procentueel aandeel 65+-ers t.o.v. totale bevolking
in en % aandeel ouderen t.o.v. totale bevolking 30 % aandeel +65-jarigen % aandeel +75-jarigen 26,47 % aandeel +85-jarigen 25 20 17,30 15,38 15 13,43 10 8,22 5,89 4,60 5 1,77 0,74 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040 2045 2050

6 Levensverwachting voor mannen en vrouwen op de leeftijd van 0 jaar en 65 jaar, in België in 2001
Levensverwachting in jaren DFLE MDLE SDLE 81,67 0 jaar Vrouwen 66,14 7,81 7,72 Mannen 62,82 6,62 5,98 75,42 65 jaar 20,23 Vrouwen 11,16 3,74 5,33 Mannen 9,67 3,01 3,55 16,23 20 40 60 80 100

7 Evolutie van de lichamelijke invaliditeitsgraad onder 65-plussers in de periode 1966-2001 (in %)
100 Valide Semi-valide Invalide 90 83 84 80 75 76 70 60 50 40 30 20 16 16 13 11 9 8 10 4 5 1966 1974 1985 2001

8 2. Aanbod van zorgvoorzieningen
België heeft een geavanceerd palet van zorgvoorzieningen voor ouderen Op het vlak van beschikbaarheid is men eerder institutioneel georiënteerd, Wallonië en Brussel respectievelijk 25 % en 20 % meer in vergelijking met Vlaanderen Thuiszorg in Wallonië en Brussel zeker onderontwikkeld Ook vergoede informele zorg is aan de orde en diverse vormen van zorgverloven Kwaliteitsbeleid van recente datum: nood aan opwaardering infrastructuur Toegankelijkheid is nog onvoldoende, ondanks MAF Betaalbaarheid van institutionele zorg blijft punt van zorg

9 Afhankelijke personen per leeftijd, verschillende landen
% 55 50 45 40 35 30 25 20 15 10 5 90+ 90+ 90+ 90+ 90+ 90+ 90+ 90+ 60-70 70-80 80-90 60-65 65-70 70-75 75-80 80-85 85-90 60-65 65-70 70-75 75-80 80-85 85-90 65-75 75-80 80-85 85-90 65-70 70-75 75-80 80-85 85-90 65-75 75-80 80-85 85-90 65-75 75-80 80-85 85-90 90+ 65-75 75-80 80-85 85-90 65-75 75-80 80-85 85-90 F NL A S UK Vl. Gewest Br. Gewest Wl. Gewest België

10 Internationale situering
2 4 6 8 10 12 14 Denemarken Noorwegen (Semi-) Residentiële voorzieningen Thuiszorgdienst Oostenrijk Duitsland Luxemburg België Finland Ierland Frankrijk Verenigd Koninkrijk Brussel Aantal plaatsen per 100/65+ Aantal personeelsleden per 100/65+ Wallonië Vlaanderen Nederland Zweden Spanje Griekenland Italië Portugal Cijfers voor Denemarken niet vergelijkbaar (thuiszorg omvat personeel in residentiële diensten en residentiële voorzieningen omvatten bejaardenwoningen) (1) (2) Geen informatie over personeel in thuiszorg beschikbaar Beveridge georiënteerde verzorgingsstaten in Skandinavië Beveridge georiënteerde verzorgingsstaat Bismarck georiënteerde verzorgingsstaat Bismarck georiënteerde verzorgingsstaat in de Middellandse Zeelanden

11 Internationale vergelijking: relatief aandeel publieke financiering in % totaal
ROB RVT Gezinszorg Thuisverpleging 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 Oos Bel Den Spa Fin Ier Lux Ned Zwe VK

12 % publieke uitgaven in de totale LTC uitgaven
De private-publieke financieringsmix in de gezondheidszorg en de ‘LTC- langdurige zorg’ 100 Aandeel publieke financiering voor LTC groter dan aandeel publieke financiering gezondheidszorg Nederland Zweden 90 Canada Canada Japan Japan Ierland 80 Duitsland VK Australië 70 % publieke uitgaven in de totale LTC uitgaven Nieuw Zeeland 60 VS 50 België Aandeel publieke financiering voor LTC kleiner dan aandeel publieke financiering gezondheidszorg Zwitserland 40 30 45 Spanje 20 30 40 50 60 70 80 90 100 20 % publieke uitgaven in de totale uitgaven voor gezondheidszorg

13 3. Informele zorg Informele zorg is er of is er niet en kan niet uit het niets gecreëerd worden Is omvangrijk: meer dan een 40-urenweek versus 8-uren dag Voor demente personen is de zorginzet nog groter Steeds meer samen oud wordende partners doen de beschikbaarheid toenemen Ook de zelfredzaamheid neemt toe, wat vaak de tweede lijn in de mantelzorg van kinderen en schoonkinderen vrijmaakt Informele zorg is complementair met formele zorg

14 3. Informele zorg Informele zorg is er of is er niet en kan niet uit het niets gecreëerd worden Is omvangrijk: meer dan een 40-urenweek versus 8-uren dag Voor demente personen is de zorginzet nog groter Steeds meer samen oud wordende partners doen de beschikbaarheid toenemen Ook de zelfredzaamheid neemt toe, wat vaak de tweede lijn in de mantelzorg van kinderen en schoonkinderen vrijmaakt Informele zorg is complementair met formele zorg

15 3. Informele zorg Informele zorg is er of is er niet en kan niet uit het niets gecreëerd worden Is omvangrijk: meer dan een 40-urenweek versus 8-uren dag Voor demente personen is de zorginzet nog groter Steeds meer samen oud wordende partners doen de beschikbaarheid toenemen Ook de zelfredzaamheid neemt toe, wat vaak de tweede lijn in de mantelzorg van kinderen en schoonkinderen vrijmaakt Informele zorg is complementair met formele zorg

16 Home care Total time of care (in minutes / week)
Control group in minutes per week Group with dementia 2500 2000 1500 1000 500 Professional care Informal care

17 Nursing & geriatric help
Residential care Total time of care (in minutes / week) Control group in minutes per week Group with dementia 600 500 400 300 200 100 Nursing & geriatric help Hotel cost Physiotherapy General Practitioner

18 3. Informele zorg Informele zorg is er of is er niet en kan niet uit het niets gecreëerd worden Is omvangrijk: meer dan een 40-urenweek versus 8-uren dag Voor demente personen is de zorginzet nog groter Steeds meer samen oud wordende partners doen de beschikbaarheid toenemen Ook de zelfredzaamheid neemt toe, wat vaak de tweede lijn in de mantelzorg van kinderen en schoonkinderen vrijmaakt Informele zorg is complementair met formele zorg

19 3. Informele zorg Informele zorg is er of is er niet en kan niet uit het niets gecreëerd worden Is omvangrijk: meer dan een 40-urenweek versus 8-uren dag Voor demente personen is de zorginzet nog groter Steeds meer samen oud wordende partners doen de beschikbaarheid toenemen Ook de zelfredzaamheid neemt toe, wat vaak de tweede lijn in de mantelzorg van kinderen en schoonkinderen vrijmaakt Informele zorg is complementair met formele zorg

20 3. Informele zorg Informele zorg is er of is er niet en kan niet uit het niets gecreëerd worden Is omvangrijk: meer dan een 40-urenweek versus 8-uren dag Voor demente personen is de zorginzet nog groter Steeds meer samen oud wordende partners doen de beschikbaarheid toenemen Ook de zelfredzaamheid neemt toe, wat vaak de tweede lijn in de mantelzorg van kinderen en schoonkinderen vrijmaakt Informele zorg is complementair met formele zorg

21 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

22 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

23 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

24 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

25 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

26 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

27 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

28 Expansie zorgsector eerder volume-effect dan prijseffect
Evolutie in toegevoegde waarde, werkgelegenheid en arbeidsproductiviteit van de sector gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening, % aandeel van gezondheidszorg en maatschappelijke dienstverlening 12 11,5 Procentueel aandeel in totale toegevoegde waarde tegen lopende prijzen 11 Procentueel aandeel in totale binnenlandse werkgelegenheid 10,5 10 9,5 9 8,5 8 7,5 7 6,5 6 5,5 5 4,5 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1 0,5 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2008

29 4. Professionele zorg Er is een groeiende ongerustheid over personeelsschaarste door stijgende vraag en krimpend aanbod door veroudering beroepsgroep en vermeende tanende interesse Redenen tot dedramatiseren zijn dat het nog een relatief jonge sector is, de interesse is in werkelijkheid hoog en men blijft trouw aan beroep Deze trends moeten echter wel, ook door beleid, ondersteund worden: een dialoog onderwijswereld, sector en overheid is permanent nodig Uitdaging van jobcreatie is voor komende twintig jaar vergelijkbaar met wat de voorbije kwarteeuw werd gerealiseerd (3,5 % extra tewerkstelling) Vraagzijde moet debat voeren over kwalificatiemix, aandacht voor geriatrie Er is een groeiend besef dat deze sector nodig is om ooit terug volledige tewerkstelling te bereiken, en dat hij ook bijdraagt tot economische groei; de jobs zijn van hoogwaardige kwaliteit. Zorgsector is in het verleden eerder door volume-effect dan door prijseffect gekenmerkt. In internationaal perspectief situeert België zich bij de landen met een redelijk hoge densiteit; voor zelfstandigen is zij de koploper; in VTE omgerekend evenaart de jobcreatie deze van de buurlanden

30 Densiteit vergelijkbaar met buurlanden
Gesalarieerde en zelfstandige tewerkstelling per 1000 inwoners in de sectoren gezondheid en welzijn in de verschillende Europese landen, VTE, 2003 80 Gesalarieerde tewerkstelling Zelfstandige tewerkstelling 60 40 20 dk se fi uk nl be fr de at ie lu pt es it gr cz mt lv sk lt hu si ee pl cy no is ch bg ro

31 5. Private-publieke mix Onderscheid te maken tussen financiering en organisatievorm Gezondheidssector sterk privé initiatief van vrije beroepen (33% zelfstandigen) Private non profit en publieke non profit evolueren gelijk Privatisering financiering via remgelden in gezondheidszorg is nog beperkt (0,53% BBP), en wordt verder geremedieerd door maximumfactuur (0,08% BBP) Eigen bijdrage is evenwel aanzienlijk in residentiële ouderenzorg (0,61% BBP), dit in tegenstelling tot het buitenland: de dagprijs voor de rusthuissector, 1 % van de bevolking, is groter dan alle remgelden in rest van de gezondheidssector Aanvullende private verzekeringen hebben een groeiend marktbereik, maar in volume is hun omvang nog beperkt (0,46% BBP, met inbegrip van aanvullende verzekering kleine risico’s die er uit zullen verdwijnen vanaf 2006)

32 5. Private-publieke mix Onderscheid te maken tussen financiering en organisatievorm Gezondheidssector sterk privé initiatief van vrije beroepen (33% zelfstandigen) Private non profit en publieke non profit evolueren gelijk Privatisering financiering via remgelden in gezondheidszorg is nog beperkt (0,53% BBP), en wordt verder geremedieerd door maximumfactuur (0,08% BBP) Eigen bijdrage is evenwel aanzienlijk in residentiële ouderenzorg (0,61% BBP), dit in tegenstelling tot het buitenland: de dagprijs voor de rusthuissector, 1 % van de bevolking, is groter dan alle remgelden in rest van de gezondheidssector Aanvullende private verzekeringen hebben een groeiend marktbereik, maar in volume is hun omvang nog beperkt (0,46% BBP, met inbegrip van aanvullende verzekering kleine risico’s die er uit zullen verdwijnen vanaf 2006)

33 5. Private-publieke mix Onderscheid te maken tussen financiering en organisatievorm Gezondheidssector sterk privé initiatief van vrije beroepen (33% zelfstandigen) Private non profit en publieke non profit evolueren gelijk Privatisering financiering via remgelden in gezondheidszorg is nog beperkt (0,53% BBP), en wordt verder geremedieerd door maximumfactuur (0,08% BBP) Eigen bijdrage is evenwel aanzienlijk in residentiële ouderenzorg (0,61% BBP), dit in tegenstelling tot het buitenland: de dagprijs voor de rusthuissector, 1 % van de bevolking, is groter dan alle remgelden in rest van de gezondheidssector Aanvullende private verzekeringen hebben een groeiend marktbereik, maar in volume is hun omvang nog beperkt (0,46% BBP, met inbegrip van aanvullende verzekering kleine risico’s die er uit zullen verdwijnen vanaf 2006)

34 5. Private-publieke mix Onderscheid te maken tussen financiering en organisatievorm Gezondheidssector sterk privé initiatief van vrije beroepen (33% zelfstandigen) Private non profit en publieke non profit evolueren gelijk Privatisering financiering via remgelden in gezondheidszorg is nog beperkt (0,53% BBP), en wordt verder geremedieerd door maximumfactuur (0,08% BBP) Eigen bijdrage is evenwel aanzienlijk in residentiële ouderenzorg (0,61% BBP), dit in tegenstelling tot het buitenland: de dagprijs voor de rusthuissector, 1 % van de bevolking, is groter dan alle remgelden in rest van de gezondheidssector Aanvullende private verzekeringen hebben een groeiend marktbereik, maar in volume is hun omvang nog beperkt (0,46% BBP, met inbegrip van aanvullende verzekering kleine risico’s die er uit zullen verdwijnen vanaf 2006)

35 5. Private-publieke mix Onderscheid te maken tussen financiering en organisatievorm Gezondheidssector sterk privé initiatief van vrije beroepen (33% zelfstandigen) Private non profit en publieke non profit evolueren gelijk Privatisering financiering via remgelden in gezondheidszorg is nog beperkt (0,53% BBP), en wordt verder geremedieerd door maximumfactuur (0,08% BBP) Eigen bijdrage is evenwel aanzienlijk in residentiële ouderenzorg (0,61% BBP), dit in tegenstelling tot het buitenland: de dagprijs voor de rusthuissector, 1 % van de bevolking, is groter dan alle remgelden in rest van de gezondheidssector Aanvullende private verzekeringen hebben een groeiend marktbereik, maar in volume is hun omvang nog beperkt (0,46% BBP, met inbegrip van aanvullende verzekering kleine risico’s die er uit zullen verdwijnen vanaf 2006)

36 5. Private-publieke mix Onderscheid te maken tussen financiering en organisatievorm Gezondheidssector sterk privé initiatief van vrije beroepen (33% zelfstandigen) Private non profit en publieke non profit evolueren gelijk Privatisering financiering via remgelden in gezondheidszorg is nog beperkt (0,53% BBP), en wordt verder geremedieerd door maximumfactuur (0,08% BBP) Eigen bijdrage is evenwel aanzienlijk in residentiële ouderenzorg (0,61% BBP), dit in tegenstelling tot het buitenland: de dagprijs voor de rusthuissector, 1 % van de bevolking, is groter dan alle remgelden in rest van de gezondheidssector Aanvullende private verzekeringen hebben een groeiend marktbereik, maar in volume is hun omvang nog beperkt (0,46% BBP, met inbegrip van aanvullende verzekering kleine risico’s die er uit zullen verdwijnen vanaf 2006)

37 Vergrijzing en macro-economische betaalbaarheid van de gezondheidszorg en ouderenzorg: de ‘hoorn des overvloeds’?

38 6. Nood aan een impliciete of expliciete zorgverzekering
Vooral in Bismarck-georiënteerde verzorgingsstaten is er een expliciete verzekering voor de langdurige zorg België heeft een gemengd systeem, deels expliciet, deels impliciet, dat evenwel nog onaf is Het RIZIV heeft de jongste tien jaar een groeiend aandeel van de kost voor langdurige zorg opgenomen (+0,30 % BBP); samen met de hulp aan bejaarden (+0,07% BBP), en de maximum-factuur (+ 0,08% BBP) spreken wij van ‘de stille kracht’ van een impliciete zorgverzekering op federaal vlak (samen goed voor ongeveer 0,80% BBP in 2003) Maar ook de Vlaamse Zorgverzekering (ook 0,07% BBP) heeft, met beperkte bijdragen van de burger, toch ook op korte termijn een significant en ruim bereik gerealiseerd (thans personen in Vlaanderen en Brussel) In de Franse Gemeenschap blijft de keuze op federaal vlak gesitueerd

39 6. Nood aan een impliciete of expliciete zorgverzekering
Vooral in Bismarck-georiënteerde verzorgingsstaten is er een expliciete verzekering voor de langdurige zorg België heeft een gemengd systeem, deels expliciet, deels impliciet, dat evenwel nog onaf is Het RIZIV heeft de jongste tien jaar een groeiend aandeel van de kost voor langdurige zorg opgenomen (+0,30 % BBP); samen met de hulp aan bejaarden (+0,07% BBP), en de maximum-factuur (+ 0,08% BBP) spreken wij van ‘de stille kracht’ van een impliciete zorgverzekering op federaal vlak (samen goed voor ongeveer 0,80% BBP in 2003) Maar ook de Vlaamse Zorgverzekering (ook 0,07% BBP) heeft, met beperkte bijdragen van de burger, toch ook op korte termijn een significant en ruim bereik gerealiseerd (thans personen in Vlaanderen en Brussel) In de Franse Gemeenschap blijft de keuze op federaal vlak gesitueerd

40 6. Nood aan een impliciete of expliciete zorgverzekering
Vooral in Bismarck-georiënteerde verzorgingsstaten is er een expliciete verzekering voor de langdurige zorg België heeft een gemengd systeem, deels expliciet, deels impliciet, dat evenwel nog onaf is Het RIZIV heeft de jongste tien jaar een groeiend aandeel van de kost voor langdurige zorg opgenomen (+0,30 % BBP); samen met de hulp aan bejaarden (+0,07% BBP), en de maximum-factuur (+ 0,08% BBP) spreken wij van ‘de stille kracht’ van een impliciete zorgverzekering op federaal vlak (samen goed voor ongeveer 0,80% BBP in 2003) Maar ook de Vlaamse Zorgverzekering (ook 0,07% BBP) heeft, met beperkte bijdragen van de burger, toch ook op korte termijn een significant en ruim bereik gerealiseerd (thans personen in Vlaanderen en Brussel) In de Franse Gemeenschap blijft de keuze op federaal vlak gesitueerd

41 Totale uitgaven aan ouderenzorg van RIZIV en
Gemeenschappen, in miljoen euro Zorgverzekering uitgaven Zorgverzekering uitgaven Zorgverzekering fondsvorming Zorgverzekering fondsvorming Hulp aan bejaarden Hulp aan bejaarden Bejaardenzorg Bejaardenzorg Gezinsaangelegenheden Gezinsaangelegenheden VIPA rustoorden VIPA rustoorden Verpleegkundige zorgen in ROB Verpleegkundige zorgen in ROB Andere verstrekkingen: RVT Andere verstrekkingen: RVT Verpleegkundige thuiszorgen Verpleegkundige thuiszorgen Miljoen euro Miljoen euro 3000 3000 2800 2800 2600 2600 2400 2400 2200 2200 2000 2000 1800 1800 1600 1600 1400 1400 1200 1200 1000 1000 800 800 600 600 400 400 200 200 1994 1994 1995 1995 1996 1996 1997 1997 1998 1998 1999 1999 2000 2000 2001 2001 2002 2002 2003 2003 2004 2004

42 6. Nood aan een impliciete of expliciete zorgverzekering
Vooral in Bismarck-georiënteerde verzorgingsstaten is er een expliciete verzekering voor de langdurige zorg België heeft een gemengd systeem, deels expliciet, deels impliciet, dat evenwel nog onaf is Het RIZIV heeft de jongste tien jaar een groeiend aandeel van de kost voor langdurige zorg opgenomen (+0,30 % BBP); samen met de hulp aan bejaarden (+0,07% BBP), en de maximum-factuur (+ 0,08% BBP) spreken wij van ‘de stille kracht’ van een impliciete zorgverzekering op federaal vlak (samen goed voor ongeveer 0,80% BBP in 2003) Maar ook de Vlaamse Zorgverzekering (ook 0,07% BBP) heeft, met beperkte bijdragen van de burger, toch ook op korte termijn een significant en ruim bereik gerealiseerd (thans personen in Vlaanderen en Brussel) In de Franse Gemeenschap blijft de keuze op federaal vlak gesitueerd

43 Cliënten residentiële zorg, thuiszorg en zorgverzekering: het mirakel van de zorgverzekering in Vlaanderen x 1 000 140 120 100 80 60 40 deel C 65+ deel B 65+ 20 A C O O Service flats ROB RVT Gezinszorg Thuisverpleg. Thuis Inst. Thuis Inst. Zorgverzekering Zorgverzekering 2002 2003

44 6. Nood aan een impliciete of expliciete zorgverzekering
Vooral in Bismarck-georiënteerde verzorgingsstaten is er een expliciete verzekering voor de langdurige zorg België heeft een gemengd systeem, deels expliciet, deels impliciet, dat evenwel nog onaf is Het RIZIV heeft de jongste tien jaar een groeiend aandeel van de kost voor langdurige zorg opgenomen (+0,30 % BBP); samen met de hulp aan bejaarden (+0,07% BBP), en de maximum-factuur (+ 0,08% BBP) spreken wij van ‘de stille kracht’ van een impliciete zorgverzekering op federaal vlak (samen goed voor ongeveer 0,80% BBP in 2003) Maar ook de Vlaamse Zorgverzekering (ook 0,07% BBP) heeft, met beperkte bijdragen van de burger, toch ook op korte termijn een significant en ruim bereik gerealiseerd (thans personen in Vlaanderen en Brussel) In de Franse Gemeenschap blijft de keuze op federaal vlak gesitueerd

45 7. Macro-economische inschatting van de kost
Wij brachten de private en publiek uitgaven voor gezondheidszorg in beeld voor België en de Gemeenschappen Totale uitgaven voor zorg voor 2001 (jaar met meest volledige informatie) iets meer dan 9% voor België, bijna 10 % voor de Franstalige Gemeenschap, iets lager dan 9 % voor de Vlaamse Gemeenschap De private uitgaven beginnen te tenderen naar de helft van de publieke uitgaven of 1/3 van de totale uitgaven 5,5 % BBP publieke uitgaven voor gezondheid, 1 % voor LTC ouderenzorg en 0,5 voor personen met een handicap Met 1,5% BBP komt publieke uitgaven LTC in buurt betere OESO-landen Zowel totale als publieke uitgaven voor zorg zijn niet exuberant: België situeert zich in de middenmaat

46 7. Macro-economische inschatting van de kost
Wij brachten de private en publiek uitgaven voor gezondheidszorg in beeld voor België en de Gemeenschappen Totale uitgaven voor zorg voor 2001 (jaar met meest volledige informatie) iets meer dan 9% voor België, bijna 10 % voor de Franstalige Gemeenschap, iets lager dan 9 % voor de Vlaamse Gemeenschap De private uitgaven beginnen te tenderen naar de helft van de publieke uitgaven of 1/3 van de totale uitgaven 5,5 % BBP publieke uitgaven voor gezondheid, 1 % voor LTC ouderenzorg en 0,5 voor personen met een handicap Met 1,5% BBP komt publieke uitgaven LTC in buurt betere OESO-landen Zowel totale als publieke uitgaven voor zorg zijn niet exuberant: België situeert zich in de middenmaat

47 Publieke en private uitgaven LTC en gezondheidszorg, België en Nederlandstalige/Franse Gemeenschap
Publieke uitgaven Privé-uitgaven LTC gehandicapten Extra private uitgaven: aanvullende private verzekering Overige gezondheidszorguitgaven Extra private uitgaven: out-of-pocket LTC ouderen (instellingen + thuis) Overige gezondheidszorg remgelden in % BBP LTC ouderen (instellingen + thuis) 10 9,5 9 8,5 8 7,5 7 6,5 6 5,5 5 4,5 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1 0,5 Vl Wa Be Vl Wa Be Vl Wa Be Vl Wa Be 1998 1999 2000 2001

48 7. Macro-economische inschatting van de kost
Wij brachten de private en publiek uitgaven voor gezondheidszorg in beeld voor België en de Gemeenschappen Totale uitgaven voor zorg voor 2001 (jaar met meest volledige informatie) iets meer dan 9% voor België, bijna 10 % voor de Franstalige Gemeenschap, iets lager dan 9 % voor de Vlaamse Gemeenschap De private uitgaven beginnen te tenderen naar de helft van de publieke uitgaven of 1/3 van de totale uitgaven 5,5 % BBP publieke uitgaven voor gezondheid, 1 % voor LTC ouderenzorg en 0,5 voor personen met een handicap Met 1,5% BBP komt publieke uitgaven LTC in buurt betere OESO-landen Zowel totale als publieke uitgaven voor zorg zijn niet exuberant: België situeert zich in de middenmaat

49 7. Macro-economische inschatting van de kost
Wij brachten de private en publiek uitgaven voor gezondheidszorg in beeld voor België en de Gemeenschappen Totale uitgaven voor zorg voor 2001 (jaar met meest volledige informatie) iets meer dan 9% voor België, bijna 10 % voor de Franstalige Gemeenschap, iets lager dan 9 % voor de Vlaamse Gemeenschap De private uitgaven beginnen te tenderen naar de helft van de publieke uitgaven of 1/3 van de totale uitgaven 5,5 % BBP publieke uitgaven voor gezondheid, 1 % voor LTC ouderenzorg en 0,5 voor personen met een handicap Met 1,5% BBP komt publieke uitgaven LTC in buurt betere OESO-landen Zowel totale als publieke uitgaven voor zorg zijn niet exuberant: België situeert zich in de middenmaat

50 7. Macro-economische inschatting van de kost
Wij brachten de private en publiek uitgaven voor gezondheidszorg in beeld voor België en de Gemeenschappen Totale uitgaven voor zorg voor 2001 (jaar met meest volledige informatie) iets meer dan 9% voor België, bijna 10 % voor de Franstalige Gemeenschap, iets lager dan 9 % voor de Vlaamse Gemeenschap De private uitgaven beginnen te tenderen naar de helft van de publieke uitgaven of 1/3 van de totale uitgaven 5,5 % BBP publieke uitgaven voor gezondheid, 1 % voor LTC ouderenzorg en 0,5 voor personen met een handicap Met 1,5% BBP komt publieke uitgaven LTC in buurt betere OESO-landen Zowel totale als publieke uitgaven voor zorg zijn niet exuberant: België situeert zich in de middenmaat

51 7. Macro-economische inschatting van de kost
Wij brachten de private en publiek uitgaven voor gezondheidszorg in beeld voor België en de Gemeenschappen Totale uitgaven voor zorg voor 2001 (jaar met meest volledige informatie) iets meer dan 9% voor België, bijna 10 % voor de Franstalige Gemeenschap, iets lager dan 9 % voor de Vlaamse Gemeenschap De private uitgaven beginnen te tenderen naar de helft van de publieke uitgaven of 1/3 van de totale uitgaven 5,5 % BBP publieke uitgaven voor gezondheid, 1 % voor LTC ouderenzorg en 0,5 voor personen met een handicap Met 1,5% BBP komt publieke uitgaven LTC in buurt betere OESO-landen Zowel totale als publieke uitgaven voor zorg zijn niet exuberant: België situeert zich in de middenmaat

52 Totale uitgaven gezondheidszorg, % van BBP, 2002
16 14 12 10 8 6 4 2 D F EL P S B NL DK I A UK E IRL FIN L HU CZ PL SK US CH IS CA AU NO NZ JP TR MX KR

53 Publieke uitgaven gezondheidszorg, % van BBP, 2002
16 14 12 10 8 6 4 2 D S F DK B P I UK IRL NL FIN E A L EL CZ HU SK PL IS NO CA NZ US CH JP AU TR KR MX

54 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

55 ZIV-uitgaven per capita per leeftijdsgroep in euro, per geslacht, 2000
x (in euro) 10 Totaal 9 Vrouw Man 8 7 6 5 4 3 2 1 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Leeftijd

56 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

57 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

58 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

59 Totale ZIV-uitgaven per leeftijdsgroep in euro, België, 2000-2020-2050: drie generaties verzorgd
Miljoen euro 440 420 2050 400 2020 380 2000 360 340 320 300 280 260 240 220 200 180 160 140 120 100 80 60 latere front end 40 echo-baby- baby- baby- 20 boomers boomers boomers 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Leeftijd

60 Totale ZIV-uitgaven per leeftijdsgroep in euro, België, 2000-2020-2050: drie generaties verzorgd
Miljoen euro 440 420 2050 400 2020 380 2000 360 340 320 300 280 260 240 220 200 180 160 140 120 100 80 60 latere front end 40 echo-baby- baby- baby- 20 boomers boomers boomers 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Leeftijd

61 Totale ZIV-uitgaven per leeftijdsgroep in euro, België, 2000-2020-2050: drie generaties verzorgd
Miljoen euro 440 420 2050 400 2020 380 2000 360 340 320 front end baby- 300 boomers 280 260 240 220 200 180 160 140 120 100 80 60 latere 40 echo-baby- baby- 20 boomers boomers 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 55 60 65 70 75 80 85 90 95 100 Leeftijd

62 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

63 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

64 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
Profiel kosten gezondheidszorg en ouderenzorg is bepaald door leeftijd, dus vergrijzing: kosten jarigen 10 tot 20-voud kosten jongere groepen Niveau en evolutie van de zorgkost is maar beperkt beïnvloed door vergrijzing: het is het resultaat van economische, (zorg-)technische en maatschappelijke vooruitgang Aandeel in gezondheidszorguitgaven voor 65+er evolueerde van 35% in jaren ’80 naar 65% in 2050 Maar is geen redenen voor intergenerationele conflicten: komende 50 jaar zullen drie opeenvolgende generaties genieten van het stelsel De zorgsector zal een steeds groter beslag leggen op onze welvaart Vooruitberekeningen Commissie Vergrijzing schatten kost laag in (impact vergrijzing en trendvolgerschap reëel BBP), maar kan toch realistisch zijn omdat er tal van scenario’s denkbaar zijn die lager uitkomen Verder extrapolatie van hun hypothesen laten totale zorguitgaven als % van BBP tegen 2050 groeien tot 20 % BBP, de publieke uitgaven zouden 13% BBP bereiken

65 Projectie publieke en totale bestedingen België, als % BBP
Aandeel bestedingen/capita in totaal BBP/capita door demografie en trend , verhoogd met factor 1,46 Aandeel bestedingen/capita in totaal BBP/capita door trend BBP/capita en demografie 19 Aandeel bestedingen/capita in totaal BBP/capita door demografie 18 Aandeel bestedingen/capita in totaal BBP/capita door demografie en trend 17 Aandeel overheidsbesteding verstrekkingen/capita in totaal BBP/capita 16 Aandeel totale bestedingen/capita in totaal BBP/capita 15 14 13 12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040 2045 2050

66 8. Decompositie zorgkost en toekomstverkenning
(vervolg) Dit zou een verviervoudiging in reële termen impliceren (totale uitgaven: van 2800 naar euro per capita per jaar, publieke uitgaven van 1900 naar 8000) Maar er blijft een ‘hoorn des overvloeds’ over: de rest van het besteedbaar inkomen zou stijgen van naar euro

67 ‘De hoorn des overvloeds’ : evolutie BBP/capita en totale bestedingen en Overheidsbesteding/capita in euro , België In euro (constante prijzen 2004) 70 68 BBP/capita 66 64 Overheidsbesteding verstrekkingen/capita 62 Totale bestedingen/capita 60 58 Evolutie ZIV-uitgaven/capita demografie 56 54 Evolutie ZIV-uitgaven/capita demografie + trend 52 Evolutie ZIV-uitgaven/capita trend volgend van BBP/capita 50 48 Evolutie ZIV-uitgaven/capita demografie + trend, verhoogd met factor 1,46 46 44 42 40 38 36 34 32 30 28 26 24 22 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 1970 1975 1980 1985 1990 1995 2000 2005 2010 2015 2020 2025 2030 2035 2040 2045 2050

68 Belangrijke conclusie voor België uit de discussie in het buitenland
Vooruitgang in de zorg is slechts mogelijk, soms na crisis of een langdurig debat, indien er meer middelen beschikbaar worden gesteld, en vooreerst geïnd.


Download ppt "Vergrijzing, gezondheidszorg en ouderenzorg in België."

Verwante presentaties


Ads door Google