René van den Bosch | Commercieel directeur Limagrain Nederland

Presentatie over: "René van den Bosch | Commercieel directeur Limagrain Nederland"— Transcript van de presentatie:

1

2 René van den Bosch | Commercieel directeur Limagrain Nederland
Welkom René van den Bosch | Commercieel directeur Limagrain Nederland “Wie heeft er straks nog echt verstand van gras?”

3 10 jaar Nationale Grasdag

4 Uw dagvoorzitter Max Daniel

5 Programma 10:10u ‘Gras is echt groen’
Job Steunenberg | Limagrain Nederland 10:35u ‘Bemesten in dienst van milieu en budget’ Erwin Weening | DCM 11:00u Pauze 11:30u ‘Wie heeft er straks nog echt verstand van gras’ Klaas Jan van der Veen | IPC Groene Ruimte 11:55u ‘Goed onderzoek loont’ Jan Ties Malda | Altic 12:20u ‘Veldonderhoud stadion Feyenoord’ Kort interview met Remy de Milde | Teamleider veldonderhoud 12:30u Lunchbuffet en aansluitend veldbezoek 14:15u ‘Als de bal maar rolt’ Patrick Balemans | KNVB 14:45u ‘Feyenoord, terug naar de top’ Martin van Geel | Technisch directeur Feyenoord & Jan Dirk Stouten | RTV Rijnmond 15:30u Afsluiting met hapje en drankje mee via #grasdag Duurzaamheid word gemeten aan de hand van milieu effecten: Klimaat verandering = co2 uitstoot of neutraal werken Land bezetting =doeleind van het land, je kunt er voedsel op verbouwen maar ook op voetballen. Watergebruik = vb heineniken Uitputting mineralen en energie bronnen Emissie bodem water en lucht

6 Job Steunenberg | Commercieel manager begroening Limagrain Nederland
Gras is echt groen Job Steunenberg | Commercieel manager begroening Limagrain Nederland

7 Duurzaamheid is de toekomst
“Super duurzaam, klimaatvriendelijk veld in Amsterdam ArenA” Elke dag komen er mensen bij op de wereld, we maken gezamenlijk alles op , we vissen de zee leeg , duurzaamheid is de tendens. Zelf woonachtig in hardenberg, bekend van edwin evers en HHC. Nieuw gemeente huis meest duurzame van Nld, algemeen verhaal eromheen , kranten artikel Arena. Laten inscannen kopje. (nieuwe slide)

8 Maatschappelijk duurzaam
Wat zijn de ontwikkelingen en tendensen in de maatschappij? Duurzaamheid maakt deel uit van elk businessplan In de volksmond Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) Duurzaam inkopen Inkoopproces Doelstellingen overheid c.q. inkoop 1 Duurzaamheid maakt deel uit van elk businessplan van bedrijf tot organisatie 2 Hoe duurzaam zijn de producten die we aankopen en verwerken, en hoe duurzaam werken we zelf in onze eigen bedrijfsvoering. 3 Naast prijs en kwaliteit worden ook milieu aspecten bepalend bij het inkoop proces. 4 Rijksoverheid , provinciale en locale overheden hebben zich ten doel gesteld vanaf 2015 voor 100% duurzaam in te kopen. Over grote deel vd sportvelden zijn nog steeds natuurgras, Gemeenten/uitvoerders/beleidsmakers/inkoop gaan voor goud,(geen bestrijdingsmiddelen op sportvelden) Gemeenten pretenderen duurzaam te exploiteren Zelf het goede voorbeeld geven (dus moeten ze duurzaam worden onderhouden)

9 Wat is duurzaam ? Volgens Dikke Van Dale: Milieuthema’s:
Langdurend Weinig aan slijtage onderhevig Het milieu weinig belastend Milieuthema’s: Klimaatverandering Landbezetting Verzuring Milieugevaar Watergebruik Uitputting van mineralen en energiebronnen Emissie etc. CO₂ voetafdruk (carbon footprint) is de meest gebruikte maatstaf voor milieubelasting. Duurzaamheid word gemeten aan de hand van milieu effecten: Klimaat verandering = co2 uitstoot of neutraal werken Land bezetting =doeleind van het land, je kunt er voedsel op verbouwen maar ook op voetballen. Watergebruik = vb heineniken Uitputting mineralen en energie bronnen Emissie bodem water en lucht

10 Levenscyclus-analyse (LCA) grassportveld
In opdracht van brancheorganisatie Plantum Maatschappelijke verantwoordelijkheid kweekbedrijven Doel: meer inzicht krijgen in de CO₂ voetafdruk van grassportveld Uitgangspunt: levenscyclus-analyse van een grassportveld Gebaseerd op een levensduur van 30 jaar Milieu-impact wordt beschreven in vier sportveldscenario’s: 250 speeluren per jaar 375 speeluren per jaar 400 speeluren per jaar 500 speeluren per jaar In opdracht van Plantum onderzoek uitgevoerd door Blonkmilieuadvies en medegefinancieerd door productschap akkerbouw. Waarom onderzoek? Maatschappelijk belang van de sector, belang in kaart brengen van de gehele levenscyclus en productie keten van het product gras. Doel:verbeter punten voor de gehele sector en niet alleen de kwekers maar ook voor de gebruikers.input en output (duurzaamheid kunt verbeteren) Binnen die 30 jaar incl een toplaag renovatie na 15 jaar. met een oplopende gebruiksintensiteit van 250 / 375/ 400 en 500 speeluren

11 Onderzoeksopzet LCA: drie-stappenplan
Levenscyclus grassportveld Input Output Levensduur van 30 jaar Onderzoek van het systeem Hoe werkt de gehele keten (vb. hoe word graszaad geproduceerd) Verzamelen van gegevens bij bedrijven Teelt van graszaad / schonen van graszaad / aanleggen en vernieuwen veld / inputs t.b.v. jaarlijks onderhoud. Verzamelen van achtergrondgegevens Vb. wat is de milieu-impact van 1 kg stikstof uit ureum

12 Factoren die milieu-impact bepalen
Samenvatting van de gehele levenscyclus. 400 uur is een sportveld met een hoog onderhoudsniveau aangaande hoog bemestings niveau ongeveer 25 % meer N en 40% meer Kali. Maar om een vertaal slag te maken naar de praktijk situatie, aangaande milieu impact van het dagelijks onderhoud co2 eq staat gelijk aan km en km (laag en gem hoog)

13 Waar valt (milieu)winst te behalen ?
Wat is beheersbaar in de LCA? Niet beheersbaar: landgebruik (33%) en zand en grond (10%) Wel beheersbaar: diesel en meststoffen Diesel: aandeel van 30% in de milieu-impact Meststoffen: aandeel van 35% tot 40% alle bewerkingen dagelijks onderhoud Vast: landgebruik blijft landgebruik, 8000m2 blijft 8000m2.Vanwege ruimte beslag Vaste of variabele waarden Beinvloedbaar? Richting aangeven om op milieu impact winst te behalen/ sportnota welke punten verbeteren en hoe te verbeteren?? Aandeel Diesel 30% indien gebruik diesel 10% daalt winst milieu impact 2,5%. Co2 afdruk 3,5% kleiner.(vertalen in iets tastbaars)maaien vegen kunstmest strooien etc In het geval van scenario “hoog”ligt het bemestingsadvies een 25% hoger t.o.v laag gebruik, door bemestingsadvies op een juiste manier op te volgen kan een reductie gehaald worden op de milieu impact van 4% en de CO2 afdruk met 8.5% afnemen.

14 Milieubelasting per sportveld
Van de levensduur afgelopen 30 jaar met betrekking op groot en dagelijks onderhoud op een sportveld. Conclusie: het meeste voordeel is te behalen in het dagelijks onderhoud Renovatie Aanleg Dagelijks onderhoud

15 Verlaag de milieu-impact !
Jaarlijks onderhoud (-15%) Langzaam groeiende grassoorten Efficiëntere maaiers en tractoren Maaiers en tractoren op hernieuwbare energiebronnen Bemesting (-10%) Bemestingsadvies opzetten en volgen Toepassen van meststoffen met lage milieu-impact (bv meststoffenproductie met N2O afvanginstallaties) Langzaam werkende (organische) meststoffen Bijv “waar gaan we naar toe in de toekomst” i.p.v “ belangrijkste verbeter opties”. Andere mengsel keuze Veldbeemd als voorbeeld Droogte resistent (beregenen) Goede bespelingstolerantie Maaien (minder?) Bemesten(minder?) Lpg / aardgas gebruik van fossiele diesel (zonnebloem/ koolzaad) bemesting regime, precisie bemesten. Productie proces van meststoffen is nog winst te behalen, bv het afvangen van lachgasemissies, vervangen nitraat door bv Ureum. Milieu is gediend bij het gebruik van organische en gecontroleerd vrijkomende minerale meststoffen

16 Gras heeft beste milieu-credits!
Natuurproduct; weinig milieubelastende productie/afvoer Méér speeluren door hightech genetica/zaadtechnologie Is/blijft kostentechnisch/financieel de beste optie Vastlegging van CO₂ naar zuurstof Veilig en vertrouwd: gras ruik, voel en beleef je (‘gras is emotie’) Veruit merendeel (prof)spelers prefereert gras omwille van minder blessuregevoeligheid en balgedrag/speelplezier LCA onderzoek is een praktisch handvat voor de fieldmanager en beleidsmaker Een speelveld legt evenveel produceert zuurstof als 1 hectare bos? Nakijken Tekst voordragen zoals vermeld onderaan pagina “gras heeft beste milieucredits” Uit onderzoek van BNR Nieuwsradio en de Vereniging van Contractspelers blijkt dat een meerderheid van de Nederlandse profspelers de voorkeur geeft aan spelen op natuurgras in plaats van op kunstgras. 90 project geeft de echte grasmat de voorkeur boven kunstgras. Slechts 45 profspelers (8,30 procent) van de ruim vijfhonderd profspelers uit de Eredivisie en de Jupiler League hebben in een enquête de voorkeur gegeven aan het spelen op kunstgras. Het aantal voetballers dat het liefst op natuurgras speelt is 493. Volgens 35 procent van de spelers levert het spelen op natuurgras minder blessures op. Het stuiteren van de bal op echt gras is voor een kwart van de voetballers een reden om op echt gras te spelen in plaats van kunstgras. Ook vind bijna een kwart (24,50 procent) van de profs dat er bij het spelen op kunstgras sprake is van competitievervalsing, omdat niet alle clubs op kunstgras spelen. Bron: Soccer News

17 Vragen?

18 Bemesten in dienst van milieu en budget
Erwin Weening | Commercieel directeur DCM Nederland

19 10 jaar Nationale Grasdag
“Een echte nummer 10 is iemand die de positie achter de spits bedient. De nummer 10 is de spelmaker, voert de vleugelspitsen met goede steekpasses en splijtende passes. Heeft ogen in zijn achterhoofd, maakt ruimte voor anderen door – bijvoorbeeld - verdedigers met zich mee te trekken en geeft voorzetten die een complete verdediging uit elkaar trekken.”

20 Tendens naar de toekomst
Aantal voetbalclubs gaat verder dalen Aantal velden daalt van naar (waarvan kunstgras) Verdere samenvoeging aantal gemeenten Ontwikkeling multifunctionele complexen en hybridevelden Krimp en vergrijzing, minder vrijwilligers Crisis: geld dominante factor Steeds minder kennis Milieu en duurzaamheid

21 Duurzaam inkopen 2015 Meststoffen met lange werking en vele dierlijke of plantaardige grondstoffen Beter voor milieu en bodemleven, betere manier van CO₂-opvang en betere footprint Combinatie van milieuvriendelijk en kwaliteit is gegarandeerde sleutel tot succes voor uw speelveld

22 10 jaar innovatie met DCM 10 jaar Nationale Grasdag en 10 jaar DCM-meststoffen Vivifos, vivikali, micromix; elk jaar weer nieuwe innovatie Mestwetgeving, uitspoeling Minigranulaat

23 Minigran

24 Budget? Onze berekeningsmodule……

25 Kansen gras Wist u dat meer dan 80% nog steeds gras is……
En dat daar nog steeds 90% van de profs op wil spelen…..

26 Met de branche gaan we gras promoten de komende jaren!

27 10 jaar Nationale Grasdag
“Een echte nummer 10 is iemand die de positie achter de spits bedient. De nummer 10 is de spelmaker, voert de vleugelspitsen met goede steekpasses en splijtende passes. Heeft ogen in zijn achterhoofd, maakt ruimte voor anderen door – bijvoorbeeld - verdedigers met zich mee te trekken en geeft voorzetten die een complete verdediging uit elkaar trekken.”

28 10 jaar Nationale Grasdag de nummer 10 voor het team!

29 Vragen?

30 Pauze We hervatten het programma om 11:30 uur.

31 Wie heeft er straks nog echt verstand van gras?
Klaas Jan van der Veen | IPC Groene Ruimte

32 IPC en de Nationale Grasdag
Droom van de ‘Grasdag’: Waarde van grassportvelden op de kaart zetten en versterken…. 2005 Drainage, de weg van de minste weerstand? 2006 Opleiding sportveldmanagement Grip op kwaliteit (meten loont => quickscan) Een efficiëntere en betere aanbesteding door projectbeheersing Topveld vraagt topbeheer en topbeleid 2012 Wie heeft er straks nog echt verstand van gras?

33 Ontwikkeling Grasdag Gras versus kunstgras => productniveau
Gras als middel voor verantwoord ondernemen, duurzaamheid, eerlijk product => beleidsniveau

34 Ontwikkeling IPC Groene Ruimte
Vaardigheidsopleidingen en –trainingen: medewerkers van bedrijven gericht op het opleiden van individuen tot vakman 2012 Vaardigheids– en kennisopleidingen en trainingen gericht op het opleiden van individuen tot waardevol medewerker van een organisatie

35

36 “I have a dream”

37 Wat was jouw droom?

38 Wat is jouw droom?

39 Hoe realiseren wij onze doelen?

40 Manager (leidinggevende?) zit in de bezemwagen
De medewerker wordt vooruit geduwd Organisatie is vooral gericht op het voorkomen van fouten Leidinggevende is niet geïnteresseerd in de werknemer Geen passie Werknemer Voert bevelen uit Blijft binnen de lijntjes Voelt geen verantwoordelijkheid Wordt niet geïnspireerd Is passief

41

42 Oorzaken van mislukte projecten
De hardware is meestal niet het probleem Te strakke planning “Afwezige” managers Projectmedewerkers die de kantjes er aflopen Struisvogelsyndroom Medewerkers die niet willen of kunnen meewerken Deze oorzaken worden in stand gehouden door te zwijgen! Beloon de prater! Voorbeeld hans van breukelen mbt vorm: zit tussen de oren, hard trainen, dan komt het vanzelf weer terug

43 “Geef me de baan die bij mij past en ik hoef nooit meer te werken” naar Confucius
Wil je mensen niet constant achter de broek aanzitten, dan moeten ze doen wat ze leuk vinden en zich hierin kunnen ontwikkelen. Mensen ontwikkelen: uit hun comfortzone: kennis bijleren en/of persoonlijke ontwikkeling.

44 …hoe wordt dit een droombaan?
Die baan heb je al… Beleidsmedewerker Trekkerchauffeur Afdelingshoofd Sportveldbeheerder Calculator Uitvoerder Verkoper etc. …hoe wordt dit een droombaan?

45 It takes three to tango Willen Mogen Kunnen
Wat willen medewerkers echt? (nut/stimulans b.v. macht, erkenning, status, nieuwsgierigheid) Kunnen Hebben medewerkers de juiste kwalificaties Mogen Hebben medewerkers voldoende eigen verantwoordelijkheid

46 Drijfveren Inzicht hebben in de eigen drijfveren en die van anderen is de succesfactor als het gaat om mensen op de juiste manier benaderen, motiveren, belonen en inzetten.

47 Waardevolle medewerker
Resultaat Afspraken over doelen, resultaten en inspanning Afgestemd op bekwaamheden: kennis, inzicht en kunde Passend bij de functie en de beschikbare middelen Prikkel Interesse hebben en luisteren Initiatieven aanmoedigen Fouten mogen maken Trots zijn Humor en plezier Eerlijkheid Vertrouwen Respect: tolerantie voor verschillen

48 Opleiding en training heeft effect
Voor de werknemer Aan­pas­sings­ver­mo­gen Vor­ming Po­ly­va­len­tie Ini­ti­a­tief In­te­gri­teit Aan­leg om in team­ver­band te wer­ken Com­mu­ni­ca­tie­ve ei­gen­schap­pen Emo­ti­o­ne­le in­tel­li­gen­tie Lei­der­schap Ma­tu­ri­teit

49 Opleiding en training heeft effect
Voor de organisatie Beter personeel Gemotiveerd personeel Een goed imago Flexibiliteit

50 Voorbeelden “Dankzij vakkennis heb ik nu echte sparringpartners” opleiding greenkeeper “Ik had de papieren al, een vereiste voor de nieuwe functie” opleiding GGU “Door feedback en reflectie tijdens de cursus heb ik op kantoor nu echt contact met collega’s” opleiding ‘projecten managen in de buitenruimte’

51

52 Wie heeft er straks nog verstand van Gras?
20 ͤ

53 Vragen?

54 Jan Ties Malda I Bemestingsspecialist ALTIC BV
Goed onderzoek loont Jan Ties Malda I Bemestingsspecialist ALTIC BV

55 Inhoud presentatie Onze ervaring met sportvelden
Noodzaak goede bemesting Bodemanalyses Meer inzicht in voedingsopname gras Naar de praktijk

56 Noodzaak goede bemesting
Belangrijk voor goed en gezond gras Carbon footprint Grondwater en milieu Meststofkeuze Uitgebalanceerd Duurzaam

57 Waarom bemesten? De wet van Liebig
De groei en kleur hangt af van de bouwstof die het minst aanwezig is.

58 Functie van nutriënten
Veel functies mogelijk, bijvoorbeeld: Vorming van bladgroen Stevigheid van cellen Stimulering van beginontwikkeling

59 Processen in de bodem Fixatie/ uitspoeling/ mineralisatie/
interactie tussen elementen Bodem  uiterst complex en moeilijk voorspelbaar systeem… Teveel en te weinig voedingsstoffen geven beiden problemen Teelttechnisch (gebreksziekten) Maatschappelijk (grondwaterkwaliteit)

60 Interactie tussen nutriënten

61 - - - - - - - - - - Ca2+ Mg2+ Na+ K+ K+ K+ Zandkorrel K+ K+ K+ K+ Ca2+
H+ Na+

62 Bodemanalyse voorbeeld

63 Bodem in beeld Beschikbaarheid van alle macro- en micro-elementen + o.s.% Doorlooptijd 3 werkdagen Uitbreiding mogelijk naar buffervoorraden en lutum  doorlooptijd 2 weken Altijd voorzien van een concreet advies Hoe gevoelig is gras voor tekorten aan bepaalde elementen? Kaliumgebrek, magnesiumgebrek?

64 Gebreksziekten in beeld
Geen N Greengras Geen Mg Sportveldgras ALTIC initiatief  belang voor de sector Gras op veld met stroken  sinds 1953 geen K2O, Mg, etc…

65 Gebreksziektenveld

66 Toekomstgericht Verdere optimalisering adviezen bodemanalyses
ALTIC kan straks gericht adviseren op basis van grasinhoud Toewerken naar streefcijfers Veel meer grip op waar we mee bezig zijn Korte termijn  bodemanalyses Lange termijn  ook grasreactie monitoren Duurzamer: lagere CO2-footprint Analysekosten per veld vallen erg mee Hoe gaan we hier in de toekomst mee verder?

67 Vragen?

68 Remy de Milde | Teamleider veldonderhoud Stadion Feyenoord
Het veld in De Kuip Remy de Milde | Teamleider veldonderhoud Stadion Feyenoord Foto’s: Remy de Milde

69 Lunchbuffet & veldbezoek 14:15 uur hervatting programma
Middagprogramma Lunchbuffet & veldbezoek 14:15 uur hervatting programma

70

71 Richtlijnen voor krimp?
Als de bal maar rolt Richtlijnen voor krimp?

72 Diversiteit aan normen
VNG KNVB NOC*NSF gemeenten Adviesbureaus Optimale norm

73 Tijdpad Nieuw constructief overleg N*N en KNVB kondigen nieuwe norm af
Jaren ‘60 en ‘70 < 1992 2005 Overleg zonder resultaat Discussie start VNG neemt afstand van norm KNVB/ NOC*NSF De discussie over de kleedkamernorm en de planningsnorm dateert al uit de jaren ’60 / ’70. Vanaf dit moment zitten VNG en KNVB al met regelmaat met elkaar rond de tafel om te praten over het wel of niet doorontwikkelen van de normen. Het naar beneden of naar boven afronden van getallen en de hoeveelheden velden en kleedkamers die verenigingen benodigd hebben om de voetbalsport te kunnen beoefenen. De Huidige VNG norm dateert al van voor 1992 en is na deze tijd niet geactualiseerd. Ontwikkelingen als het meisjes- vrouwenvoetbal, het gemengde voetbal, 7 tegen 7 voetbal en andere voetbalvormen zijn niet meegenomen waardoor voetbalverenigingen met regelmaat problemen ervaren. In 2005 hebben KNVB en NOC*NSF een nieuwe kleedkamernorm geïntroduceerd waar VNG niet in mee wilde gaan vanwege de kostenfactor voor gemeenten. In 2010 zijn de gesprekken opnieuw opgestart om de kleedkamernorm te harmoniseren. In eerste instantie werd gedacht aan een handreiking met goede voorbeelden waarin oplossingen beschreven zouden worden wanneer kleedkamerproblemen door gemeenten of verenigingen ervaren zouden worden. De goede samenwerking en constructieve gesprekken hebben uiteindelijk geleid tot een vernieuwde behoeftebepaling welke ingaat op de hoeveelheden kleedkamers en velden. Basis van de huidige VNG norm

74 In hoeverre voldoen de huidige accommodaties aan bestaande normen
Onderzoek In hoeverre voldoen de huidige accommodaties aan bestaande normen Hoe beoordelen verenigingen de kleedkamercapaciteit Wat is de invloed van de huidige ontwikkelingen op de kleedkamercapaciteit Wat zijn de ervaringen en behoeften van de verenigingen Wat zijn de mogelijkheden voor een nieuwe norm Bullit 1: In hoeverre voldoen de huidige accommodaties aan bestaande normen Meer dan 80% van de verenigingen heeft meer kleedkamers dan de huidige VNG-norm voorschrijft. 70% van de verenigingen heeft voldoende kleedkamers conform de KNVB-norm op basis van het benodigd aantal wedstrijdvelden (dus niet het aanwezig aantal wedstrijdvelden). Bullit 2: Hoe beoordelen verenigingen de kleedkamercapaciteit 60% van de verenigingen ervaart een kleedkamertekort Bullit 3: Wat is de invloed van de geschetste ontwikkelingen op de kleedkamercapaciteit Voornamelijk problemen bij het 7 tegen 7 voetbal en bij gemengde teams. 95% van de verenigingen heeft gemengde teams. Bullit 4:Wat zijn de ervaringen en behoeften van de verenigingen Omkleden voornamelijk door vrouwen in niet gewenste situaties zoals scheidsrechterskleedkamers/bestuurskamers/ballenhok. Er is een vraag naar meer kleedkamers Bullit 5: Wat zijn de mogelijkheden voor een nieuwe norm Uit het onderzoek kwam een adviesnorm naar voren 2 kleedkamers per benodigd wedstrijdveld en 2 aanvullend per set van 3 wedstrijdvelden EN 2 extra per veld bij gemengde teams

75 Gedifferentieerd voorstel:
Kleedkamerrichtlijn Gedifferentieerd voorstel: bij enkel senioren: 2 kleedkamers per benodigd wedstrijdveld en 2 teamlockers per kleedkamer Bij senioren/junioren/pupillen: 2 kleedkamers per benodigd wedstrijdveld en 2 teamlockers per kleedkamer en 50% van de kleedkamers in een grotere maatvoering (i.p.v. 15 m2 -> 24 m2) Indien 1 benodigd wedstrijdveld en senioren/junioren/pupillen: 3 kleedkamers en 2 teamlockers per kleedkamer en 2 kleedkamers in een grotere maatvoering

76 Veldenrichtlijn Mogelijkheid voor doordeweekse wedstrijden is toegevoegd Alle leeftijdscategorieën zijn toegevoegd denk aan 7 tegen 7-voetbal 35+ en 45+, een uitbreiding bij de vrouwen gelijk aan de mannen, mini-pupillen en veteranen zijn toegevoegd. Het cultuurtechnische en het organisatorische deel zijn omgedraaid. Het organisatorische gedeelte wordt leidend. Tijden zijn opnieuw bekeken en aangescherpt Natuurgrasvelden kunnen meer en beter belast worden dan nu het geval is Er wordt geen indicatie meer afgegeven op het aantal benodigde trainingsvelden maar op het aantal trainingsuren ivm de kunstgrasvelden welke een hogere belasting kennen dan de natuurgrasvelden Het aantal wedstrijdweken is verhoogd van 32 naar 36.

77 Nieuwe behoeftebepaling
Wijzigingen tonen zie vorige dia

78 Belangrijkste wijzigingen
Norm wordt richtlijn Demografische ontwikkelingen en ledenontwikkelingen moeten worden betrokken Mogelijkheden voor doordeweekse wedstrijden doorgevoerd Communicatie tussen vereniging en gemeente wordt gestimuleerd Cultuurtechnische behoefte ≠ organisatorische behoefte Elk traject = maatwerk

79 Krimp Afbeelding betreft een shirt met daarop de “landkaart” van Nederland. Krimp is niet alleen van invloed op de was (bij een wasprogramma van 90 graden wat op 40 graden had gemoeten), maar heeft effecten op heel Nederland. Als we hier niet tijdig op inspelen heeft dit een groot effect op het aantal leden van KNVB. Indien we geen beleid /visie hebben om op de demografische ontwikkelingen in te spelen loopt het ledenaantal terug met 5,55 procent richting 2020 (hierin is geen rekening gehouden met de groei van het vrouwenvoetbal)

80 Krantenkoppen De bekende krantenkoppen die we dagelijks terug zien in de kranten.

81 Betekenis krimp ‘Definitie’:
Voorspelde afname van de bevolking en de verandering in de samenstelling van de bevolking die daarmee gepaard gaat. De woorden verandering in samenstelling geven aan dat het niet alleen een afname van de bevolking betreft, maar ook de vergrijzing en ontgroening hebben grote invloed op de krimp.

82 Leden versus verenigingen
Trend van de afgelopen jaren. Afnemende verenigingen en een toenemend ledental. We zitten op dit moment op een kantelpunt als we niet tijdig inspelen zien we dat het ledental eveneens gaat afnemen.

83 Ontkenning? De genoemde percentages zijn groeipercentages ten opzichte van de bevolking (aantal inwoners NL) in Dit diagram laat zien dat de bevolking landelijk gezien nog stijgt. Zonder te weten wat de afzonderlijke leeftijdscategorien gaan doen zouden wel kunnen stellen dat er niets aan de hand is (en we achterover kunnen leunen). We hebben een database laten ontwikkelen met CBS-cijfers die globaal aansluiten bij de leeftijdscategorien van KNVB om in beeld te brengen welk effect het gaat hebben op het voetbal.

84 De bevolking leeftijdscategorien 5-15 jaar en 35-45 jaar neemt af
De bevolking leeftijdscategorien 5-15 jaar en jaar neemt af. Terwijl andere leeftijdscategorien beperkt groeien.

85 Een daling van de bevolking in 2030 t. o
Een daling van de bevolking in 2030 t.o.v 2012 in een groot aantal leeftijdscategorien

86 Of anticiperen? Nagenoeg alle op dit moment belangrijke leeftijdscategorien voor KNVB nemen “behoorlijk” af in aantallen waarbij de groep 65 tot 99-jarigen sterk stijgt. Deze diagrammen betreffen landelijke cijfers (gemiddelden). Daar waar men lokaal te maken krijgt met krimp zijn de effecten nog groter en kan het een veelvoud zijn van de percentages zoals deze in het diagram staan.

87 Een trek van de bevolking richting het westen/randstad en de grote steden.

88 Een onderverdeling in leeftijdscategorien geeft aan dat de leeftijdscategorie 5-10 jarigen zal afnemen in bijna elke gemeente. Kaart toont blauw. Let op de legenda.

89 Idem voor de leeftijdscategorie 10-15 jaar
Idem voor de leeftijdscategorie jaar. Kaart toont donkerblauw (krimp tot 60% !!)

90 Idem voor jarigen. Krimp heeft invloed op heel Nederland en op elk district (dus ook in het westen van het land)

91 Mogelijke oplossingen om krimp “tegen te gaan”
Samenwerkingsverbanden Minder verenigingen, maar kwalitatief sterkere verenigingen Samenwerking met andere organisaties: BSO Kaartclub / sjoelvereniging / wandelvereniging / harmonie kinderdagverblijf Belemmeringen: Bestemmingsplan / vergunningen / belastingsdienst

92 Vragen?

93 Feyenoord, terug naar de top
Martin van Geel | Technisch directeur Feyenoord Jan Dirk Stouten | Sportverslaggever RTV Rijnmond

94 Vragen?

95 Afsluiting voor een impressie en alle presentaties Zometeen borrelen en napraten

96 Voor uw aandacht en graag tot volgend jaar voor de 11e editie !
Bedankt! Voor uw aandacht en graag tot volgend jaar voor de 11e editie !