De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Inleiding tot Scenarioschrijven

Verwante presentaties


Presentatie over: "Inleiding tot Scenarioschrijven"— Transcript van de presentatie:

1 Inleiding tot Scenarioschrijven
gebaseerd op een 4-daagse workshop door de schrijver Ab Fernhout presentatie: John Riegen Jan de Bloois Het bewustzijn van deze structuurelementen maakt dat je het ook vaker gaat toe passen en daardoor je verhaaltechniek wordt verbeterd. Een paar elementenwerde toegepast omzelf korte scène te schrijvenen een passage van een boek om te werken tot scenario. Je hoeft niet alles in 1 keer toe te passen. Met de kennis van enkele structuurelementen kom je al vaak op een hoger vertelniveau terecht.

2 Doelstellingen Workshop Scenarioschrijven
Welke problemen kom je tegen bij het schrijven van scenario’s ? Het bewustzijn van deze structuurelementen maakt dat je het ook vaker gaat toe passen en daardoor je verhaaltechniek wordt verbeterd. Een paar elementenwerde toegepast omzelf korte scène te schrijvenen een passage van een boek om te werken tot scenario. Je hoeft niet alles in 1 keer toe te passen. Met de kennis van enkele structuurelementen kom je al vaak op een hoger vertelniveau terecht.

3 Wat, waarom, hoe? Wat is een scenario?
Waarom zou je een scenario maken? Hoe maak je een scenario? korte films documentaires animaties en zelfs 60 secondenfilmpjes boekverfilming Aanbrengen van structuurelementen voor het interpreteren van speelfilms

4 Scenario definities Geschreven verhaal
Verteltechnieken (dia "Gereedschappen")‏ Lineaire structuur (scenarioparadigma)‏ Structuurvormen Internationale spelregels over: Layout Scéne-indeling Een scenario is een geschreven verhaal, dat wordt veteld door middel van beschrijvingen, beelden, handelingen, dialogen

5 Lumière over filmkunst:
"Een film is een uitvinding zonder toekomst" Dit is een foute uitspraak gebleken. Waarom? Omdat hij niet zag dat een film zich afspeelt in ruimte en tijd. Die kun je in een film naar je hand zetten.

6 Spelen met ruimte en tijd
Couperen in de tijd Film heeft een eigen beeldtaal Cadrering Enscenering

7 Wat is een scéne? Een scéne is de eenheid van tijd en plaats
Al je een andere tijd ingaat, kom je in een andere scéne Twee verschillende tijdstippen in de zelfde ruimte vormen verschillende scénes B.v. 's morgens/'s avonds, dag/nacht

8 Film is een vorm van communicatie
Niet door middel van zintuigen Zender – ontvanger Bericht, boodschap Bij goede communicatie is geen scholing nodig voor de ontvanger

9 Wat wil ik in mijn film vertellen en hoe doe ik dat?
Er is geen voorkennis bij de ontvanger Wat moet de kijker te weten krijgen om de film goed te begrijpen? Hoe kom ik tot mijn doel? Préproductie – draaiboek –storybord – mensen – productie – montage Bezint eer ge begint! Show it! Don't tell it

10 Voordat je gaat schrijven....
...moet je het gegeven bepaald hebben en de premisse (verwoording wat er met het gegeven gebeurd)‏ ...moet je het einde van het verhaal kennen ...moet vooraf een profiel opgesteld worden van de belangrijkste personen in de film

11 Structuur elementen (1)‏
De drie aktes De sequentie De scénes Het beeldkader Tipje semiotiek De denotatieve en connotatieve eigenschappen van het beeld (je laat iets zien, maar je bedoeld er iets anders mee)‏ Je laat een sloot zien met een visserstoeltje (denotatief). Eerder in de film zat hier altijd een man op te vissen. In de film gaat de man dood. Het lege stoeltje symboliseert dat. (connotatief)‏

12 Enkele stukken gereedschap voor de scenarioschrijver:
fysieke obstakels emotionele obstakels set-up en pay-off-flashback flashforward droomsequentie Counteraction Tijdsverloop – tijdslimiet - proloog - epiloog

13 Wie, wat, waarom, wanneer? 5 belangrijke vragen m.b.t. de eerste 10 pagina's: Waar zijn we in de film? Wanneer speelt de film? Wie speelt er in de film? Wat zijn zij in de film? Waarom zijn zij in de film?

14 Elke film heeft 3 akte's Akte 1:
het fundament, ca. 25% van het verhaal Akte 2: de confrontatie, ca. 50% van het verhaal Akte3: de ontknoping, ca. 25% van het verhaal De drie aktes vormen het gehele plot, het complete filmverhaal

15 Akte I Het fundament Van Expositie naar verandering Spanningsopbouw.
Het wendingspunt tussen Akte I en Akte II. Verandering. Metafoorgebruik en symboliek.

16 De ARENA, WAAR? Bij het kiezen van de arena zal je je moeten afvragen of je locatie visuele zeggingskracht heeft. De keuze van de arena zal voor een belangrijk deel bepaald worden door de context van de scénes Voorbeelden van een context zijn een huwelijk, een achtervolging, een zoektocht, een bankroof etc.

17 Wanneer speelt de film? Kies zelf de tijd/periode
Beschrijf de kenmerken van de gekozen tijd in je scenario (indien nodig voor visualisering)‏

18 Wie spelen er in de film? Wie speelt in de film? De hoofdpersoon is de reisleider van het verhaal. Het verhaal is het vervoermiddel van de reis, de afloop is de bestemming en de premisse is de brandstof. Zonder brandstof geen reis. Hoofdpersoon = protagonist tegenstrever = antagonist persoon hier tussenin = tritagonist Zij zetten een filmverhaal in beweging. Wat zijn hun drijfveren?

19 Paspoppen? Personages zijn onaangeklede paspoppen, zonder heden, verleden en toekomst en zon-der opvallende eigenschappen. Geef je personages vorm Je onderwerp, de toonzetting van je gegeven en je premisse bepalen hoe jij van paspoppen personages van vlees en bloed maakt

20 Wat zijn zij in de film? Alle belangrijke personen moeten een naam krijgen. Een personage heeft een geschiedenis achter de rug voordat de film begint. Hoe ouder het personage is, aan het begin van je film, hoe groter de kans is dat je meer over de geschiedenis van het personage met weten.

21 Voorbeeld van een intro
Na dit intro stellen we twee vragen: Wat is het onderwerp? Wat is het gegeven?

22

23 Akte II: De confrontatie
Algemeen:Obstakels.Grotere obstakels.Crisis. Wendingspunt Akte II naar Akte III Van groot naar klein de verhalende structuurelementen. Het paradigma = de pasvorm De drie aktes. De sequentie. De scËne. Het beeldkader. Tipje semiotiek. De denotatieve en connotatieve eigenschappen van het beeld. Enkele stukken gereedschap voor de scenarioschrijver:- fysieke obstakels, emotionele obstakels -set-up ñ pay-off-flashback, flashforward, droomsequentie- Counteraction -tijdsverloop-tijdslimiet-proloog - epiloog

24 Akte III. De ontknoping De onvermijdelijke scéne Confrontatiescéne
Ontknoping/afwikkeling

25 Layout- en spelregels. Layout ligt internationaal vast
Een film-maatschappij weigert een script wat NIET aan de layout regels voldoet Door het juiste lettertype (Courier, 12 pnt) te kiezen zien scripts er over de hele wereld hetzelfde uit, en klopt ook de benadering "één pagina script=één minuut film".

26 Layout voorbeeld

27 Layout voorbeeld

28 Software (web-based)‏
Scriptbuddy layout gaat automatisch goed gratis platform onafhankelijk kan niet kwijt raken nadeel: Engels, werkt allen via Internet

29 Software (stand-alone)‏
Celtx Windows, Linux, Apple diverse talen gratis zeer uitgebreid, zie volgende dia

30 Celtx

31 Celtx

32 Literatuur en websites
Boekentip 1: Scenario schrijven voor documentaires Henk Suèr Uitgeverij Uniepers ISBN

33 Literatuur en websites
Boekentip 2: Hoe schrijf ik een scenario? Syd Field Het Wereldvenster/Unieboek ISBN CIF

34 Literatuur en websites

35 Einde Dank voor uw aandacht


Download ppt "Inleiding tot Scenarioschrijven"

Verwante presentaties


Ads door Google