Download de presentatie
De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub
1
Mondeling Nederlands Cursus 1 – de school
2
Hallo, wij zijn de juffen van de Taalvijver.
de juffrouw Juf Rita juf Clementine juf Tineke Hallo, wij zijn de juffen van de Taalvijver.
3
Hallo, ik ben juf Rita. Ik heet Rita. Mijn naam is Rita.
4
Hallo, ik ben juf Clementine
Ik heet Clementine. Mijn naam is Clementine
5
hallo Hallo oma.
6
hoi Hoi juf! Hoi allemaal.
7
Goedemorgen allemaal. Goedemorgen kinderen van de Taalvijver.
8
groeten goedenavond goedenacht goedemiddag hallo goedemorgen hoi
9
Dag kinderen, dag tot morgen!
10
De kinderen lezen in een boek.
11
het kind puber schoolkind kleuter peuter baby
12
De kinderen zitten in de klas.
13
Met het krijtje kan je op het bord tekenen.
14
Het meisje schrijft op het digibord.
15
Meneer Paul is de directeur van onze school.
de meneer de meester meneer Paul meneer Arno meneer Frank Meneer Paul is de directeur van onze school.
16
De juf schrijft op het whiteboard.
het whitebord De juf schrijft op het whiteboard.
17
Op de plaat zie ik juf Elly en meester Jaap.
de vertelplaat Op de plaat zie ik juf Elly en meester Jaap.
18
de stoel Op de stoel ga je zitten.
19
De kinderen zitten aan de tafel.
20
De meisjes liggen op de grond.
21
Het meisje loopt op het gras.
lopen Het meisje loopt op het gras.
22
De kinderen zitten op de bank.
23
De kinderen staan op de stoel.
24
De kinderen staan op de foto.
25
Met de gum een foutje uit gummen.
26
De naam van de beer is Mohammed
27
Wat is jouw naam? Hoe heet jij? Wie ben jij?
28
de lijm De lijm zit in een flesje.
29
Met de lijm kan je papier plakken.
30
de schaar Ik knip het papier met de schaar.
31
knippen met de schaar Mama knipt mijn haar met de schaar.
32
het papier Het papier is wit.
33
Met het potlood kan ik tekenen.
34
Met het potlood kan ik schrijven.
35
Met het kleurpotlood ga ik kleuren.
36
Met de puntenslijper het potlood slijpen.
37
De jongen gaat zijn potlood slijpen.
38
In het schrift schrijven.
39
Op het naamkaartje staat mijn naam.
40
de gang het toilet de kapstok Het toilet is in de gang.
41
de kapstok De kapstok is in de gang.
43
De jas ga je ophangen aan de kapstok.
de jas ophangen De jas ga je ophangen aan de kapstok.
44
de gymzaal De gymzaal is groot.
45
In de hal komen we binnen.
46
De juffen zitten in de lerarenkamer.
47
Onze school heet “De Taalvijver.”
de school Onze school heet “De Taalvijver.”
48
de wc het toilet Op de wc ga je plassen.
49
Juf mag ik naar de wc want ik moet plassen?
50
plassen De jongen moet plassen.
51
De kinderen spelen op de speelplaats
het schoolplein de speelplaats De kinderen spelen op het schoolplein. De kinderen spelen op de speelplaats
52
Ik vind de kleur blauw mooi.
de kleuren wit geel oranje rood blauw groen Ik vind de kleur blauw mooi.
53
de kwast Ik verf met de kwast.
54
De kinderen gaan beginnen met verven.
55
het schilderij Het schilderij is mooi.
56
De kinderen trekken een schort aan.
de schort De kinderen trekken een schort aan.
57
Tijgertje danst over de streep.
de strepen Tijgertje danst over de streep.
58
De kinderen gaan verven op school.
59
de kleur groen De ballon is groen.
60
de kleur blauw De auto heeft de kleur blauw.
61
De ballon heeft de kleur geel.
62
ik Ik ben juf Clementine.
63
jij Jij bent juf Rita.
64
hoe op welke manier Hoe moet je Nederland schrijven? Op welke manier moet je Nederland schrijven?
65
hoe op welke manier Hoe moet je de auto starten?
Op welke manier moet je de auto starten? Hoe moet je soep koken? Op welke manier moet je soep koken?
66
Wie ben jij? Ik ben juf Clementine.
67
Wie heeft er rode laarzen aan?
Ik heb rode laarzen aan.
68
Hoe heet jij, wat is jouw naam? Heet jij Erl Konig?
je naam Hoe heet jij, wat is jouw naam? Heet jij Erl Konig?
69
Dat aapje in die apenboom die vind ik vreselijk sloom
Aapjes kijken Dat aapje in die apenboom die vind ik vreselijk sloom Weet je wat hij heeft geflikt Hij heeft mijn opa’s bril gepikt Hij greep hem zo van opa’s neus Ja heus Hij pakte de bril bij één oor en ging er toen heel snel vandoor Echt hoor Voor straf krijgt die aap nu geen banaan En moet hij voor straf in een hoekje staan
70
liedje een, twee, drie, vier hoedje van, hoedje van hoedje van papier.
als dat hoedje dan niet past, zet het in de glazen kast. een, twee, drie, vier, hoedje van papier
71
de kapper knip, knip, knip zo gaat mijn schaar ik knip een stukje van uw haar als ik nu de bus nog pak krijgt u ook een beetje lak pssssst ….. even de spuit zo … u ziet er schattig uit
72
rijmen klas was meneer peer kwast mast schaar paar papier vier
naam raam plaat maat streep greep stoel voel
Verwante presentaties
