De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

De presentatie wordt gedownload. Even geduld aub

Sociaal Werk & Duurzame Ontwikkeling

Verwante presentaties


Presentatie over: "Sociaal Werk & Duurzame Ontwikkeling"— Transcript van de presentatie:

1 Sociaal Werk & Duurzame Ontwikkeling
Een presentatie ter inspiratie voor lectoren en docenten uit SW Toelichting bij deze presentatie Dit powerpointdocument bevat een schat aan informatie, die je vrij in je lessen kunt gebruiken mits de bronnen te vermelden. Bij verschillende slides staat onderaan verdere toelichting of de verwijzing naar bronnen voor meer info. Je zal merken dat dit geen mooie, afgewerkte presentatie is. Het is eerder een ‘vergaarbak’ waaruit je inspiratie kan halen om een les rond duurzame ontwikkeling in sociaal werk te geven. De ‘vergaarbak’ wordt steeds verder aangevuld met nieuwe inzichten. Deze presentatie is het samengesteld werk van docenten uit het lerend netwerk ‘oriëntatie van sociaal werk op duurzame ontwikkeling’. Ook jij kan eraan bijdragen! Stuur interessante slides naar en/of laat ons weten of je de informatie uit deze slides hebt kunnen gebruiken. Alvast bedankt! DHO Vlaanderen

2 Belangrijk: Gelieve eerst onderstaande nota te lezen!
Inleidende nota Belangrijk: Gelieve eerst onderstaande nota te lezen! Toelichting bij deze presentatie Dit powerpointdocument bevat een schat aan informatie, die je vrij in je lessen kunt gebruiken mits de bronnen te vermelden. Bij verschillende slides staat onderaan verdere toelichting of de verwijzing naar bronnen voor meer info. Je zal merken dat dit geen mooie, afgewerkte presentatie is. Het is eerder een ‘vergaarbak’ waaruit je inspiratie kan halen om lessen rond duurzame ontwikkeling in sociaal werk te geven. De ‘vergaarbak’ wordt steeds verder aangevuld met nieuwe inzichten. Deze presentatie is het samengesteld werk van docenten uit het lerend netwerk ‘oriëntatie van sociaal werk op duurzame ontwikkeling’. Ook jij kan eraan bijdragen! Stuur interessante slides naar en/of laat ons weten of je de informatie uit deze slides hebt kunnen gebruiken. Alvast bedankt! DHO Vlaanderen

3 Inhoud De uitdaging: transitie Wat is duurzame ontwikkeling?
Wat betekent duurzame ontwikkeling voor sociaal werk? Discussies/ spanningsvelden Wat betekent duurzame ontwikkeling voor de verschillende vormen van sociaal werk? Strategie voor maatschappelijke transitie Illustraties Bronnen

4 1. De uitdaging: transitie

5 Arm-rijk: groeiende kloof

6 Wat is duurzame ontwikkeling?
Vb. Ecologische Voetafdruk per werelddeel: sociaal rechtvaardig – ecologisch verantwoord – economisch haalbaar? De ecologische voetafdruk = de oppervlakte aarde die nodig is om te voorzien in de levensstijl van een persoon, stad of land. De geïndustrialiseerde landen gebruiken teveel grondstoffen uit het Zuiden. En hierdoor wordt de ontwikkeling van het Zuiden verhinderd. Kortom: overconsumptie door de rijken en daaruit volgt armoede voor de armen. De ecologische voetafdruk is een methode die ontwikkeld door 2 Canadese onderzoekers van de universiteit van British Columbia, William Rees en Mathis Wackernagel. Zij zochten een originele manier om sociale rechtvaardigheid en respect voor het milieu te meten. Ze noemden hun methode de 'Ecological Footprint'. In het Nederlands dus 'Ecologische Voetafdruk'. Maar omdat het niet alleen over ecologie gaat, kan men ook (zoals in Nederland) van de 'Mondiale Voetafdruk' spreken. De mondiale context staat centraal bij duurzame ontwikkeling → koppeling tussen ecologische grenzen en sociale rechtvaardigheid Bron:

7 Ecologische ‘Overshoot’
LPR-rapport 2006: Mondiale ecologische voetafdruk in % groter dan draagvlak planeet aarde Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 7 7

8 Wat is duurzame ontwikkeling?
De huidige consumptie- en productiepatronen zijn sociaal en ecologisch niet duurzaam Aarde: draagkracht Wip: rechtvaardigheid en verdeling Wip uit evenwicht, aarde afgeplat (Beeld van consumptie- en productiepatronen → Voorstelling van ‘behoeften’. Duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheid van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen om in hun eigen behoeften te voorzien) Bron: presentatie Erik Paredis Gebaseerd op Carley en Spapens

9 Wat is duurzame ontwikkeling?
Rechtvaardige consumptie- en productiepatronen : niet noodzakelijk duurzaam Oplossing voor het rechtvaardigheidsprobleem: iedereen op aarde heeft recht op dezelfde rijkdom als wij hier in industrielanden hebben. Even zware consumptiepakketten. We weten ondertussen dat dit onhaalbare strategie is: onherstelbaar aantaste van de draagkracht. Is echter decennialang de strategie geweest om problemen van ongelijke verdeling op te lossen: niet herverdelen, maar de koek laten groeien. Bij ons na de tweede wereldoorlog: sociaal pact tussen overheid, werkgevers, werknemers. Sociale vrede in ruil voor verdeling van de groei. Ontwikkelingsdecennia van de VN: idem Bron: presentatie Erik Paredis “we weten ondertussen”: ja, met ons gezond verstand, en voor een deel van de bevolking, en in woorden. Maar er blijft wereldwijd één groot credo voorop staan in economisch beleid: economische groei, welvaartsgroei. Gebaseerd op Carley en Spapens

10 Evolutie wereldvoetafdruk

11 Impasse: relatieve schaarste
Het "Scylla-Charybdis"-principe: "Zolang het huidige wereldbestel in voege blijft, kan men niet anders dan tussen twee klippen laveren. Hoe groter het gedeelte van de wereldbevolking is dat in welstand leeft, hoe meer het ecosysteem in gevaar is; hoe meer het ecosysteem wordt gevrijwaard, hoe meer dit gepaard gaat met mateloze ellende." E. Vermeersch (De ogen van de panda, Brugge: Marc Van de Wiele, 1988, p. 41)

12 Wat is duurzame ontwikkeling?
Duurzame productie en consumptie: sociaal rechtvaardig, ecologisch houdbaar, economisch haalbaar Hoera, duurzaamheid, de eenvoud van de tekening. Maar wel belangrijk om je te kunnen voorstellen waarover het gaat. Sommigen zien dat in “de driehoek” of “de pijlers”. Voor mij dit: Aarde rond zoals ze moet zijn: geen aantasting draagkracht (en herstel van) Wip in evenwicht: rechtvaardige verdeling rijkdommen Vrolijke mensen: levenskwaliteit Ook: wie heeft de macht in handen om de situatie te veranderen of de status quo te handhaven. “Participatie” te vaag, het gaat om macht. (proces) Wat hierop niet te zien is: nu en later (ruimteschip?) Bron: presentatie Erik Paredis macht en inspraak levenskwaliteit draagkracht rechtvaardigheid Gebaseerd op Carley en Spapens

13 De uitdaging en creëren van welzijn voor elke wereldbewoner
Behoeftebevreding en creëren van welzijn voor elke wereldbewoner met behoud van het ‘natuurlijk kapitaal’.

14 ‘Contractie en Convergentie’
Vroegere Oostblok landen Industrielanden Gebruik hulpbronnen per inwoner Plafond (= overconsumptie) MILIEUGEBRUIKSRUIMTE Proberen wat strikter af te bakenen hoe je “binnen de draagkracht blijven” en “herverdeling” moet zien. Opnieuw ook conceptueel belangrijk: wat is het beeld over DO dat er in uw hoofd zit. Is het iets in deze stijl? Of iets helemaal anders? X- as welvaartsniveau, y-as gebruik hulpbronnen per inwoner Je kunt er niet buiten om deel natuurlijke hulpbronnen te gebruiken om een goed leven te leiden. Tussen ‘vloer’ en plafond’ zijn er vele levensstijlen mogelijk Adder: Vraag naar welvaart/welzijn Vloer (= waardig leven lijn) Ontwikkelingslanden Welvaartsniveau Gebaseerd op Rochol

15 Complementaire strategieën
Efficiëntiestrategie Verhogen productiviteit hulpbronnen Gesloten kringlopen Sufficiëntiestrategie Kwaliteit i.p.v. kwantiteit Welzijn i.p.v. materiële welvaart als doel Aandacht voor tijd: Time is meaning (JP) Herverdelingsstrategie (cf. VODO, ‘KaDO’, p.70-71)

16 Dematerialisatie van economie
‘Factor 4’: verdubbeling van de globale welvaart met halvering van het gebruik van hulpbronnen tegen 2025 ‘Factor 10’: efficiëntie 10 maal verhogen tegen 2050 Duurzame productie- en consumptiepatronen: westerse industrielanden : factor ?

17 Transitie naar sociaal-ecologische economie
Hoge levens-kwaliteit maar... zware voetafdruk Decent work & green jobs Hoge levens-kwaliteit, beperkte voetafdruk Transitie Ecol Econ (PTJONES) Oktober 2008 17 17

18 Wat is duurzame ontwikkeling?
Duurzame ontwikkeling gaat om een maatschappelijke transitie die geen enkele sector van de samenleving ongemoeid laat. DO ontwikkeling raakt hoe dan ook het Sociaal Werk

19 2. Wat is duurzame ontwikkeling?

20 Wat is duurzame ontwikkeling?
een “ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheid van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen om in hun eigen behoeften te voorzien” Er liggen twee gedachten aan de grondslag: het concept ‘behoeften’, in het bijzonder de basisbehoeften van de armen van de wereld die prioriteit moeten krijgen; de notie van beperkingen door de huidige stand van de technologie en de sociale organisatie op de mogelijkheid van het milieu om aan de huidige en toekomstige behoeften te voldoen.” (WCED 1989: 60) “ Volhoudbare ontwikkeling ” (Zuid-Afrikaans)  

21 Wat is duurzame ontwikkeling?
Het gaat om de behoeften van mensen Twee dimensies: De ruimtelijke dimensie: hier en elders behoeften van álle mensen mondiaal perspectief! De tijdsdimensie: nu en in de toekomst huidige en toekomstige generaties “We do not inherit the earth from our ancestors, we borrow it from our children” Native American Quote

22 Wat is duurzame ontwikkeling?
Bij duurzame ontwikkeling gaat het er niet om dat uitsluitend winst wordt geboekt in één dimensie zonder dat er rekening wordt gehouden met de andere dimensies – of er zelfs afbreuk aan wordt gedaan. Het gaat juist om een voortdurend zoeken naar een synergie tussen die verschillende dimensies. Voor een duurzame sociale en economische ontwikkeling is het absoluut noodzakelijk rekening te houden met de ecologische dimensie: het in stand houden van kwaliteit van natuur en milieu, van ecologische functies, diversiteit en productiviteit. Aan de andere kant is het voor ecologische duurzaamheid op langere termijn noodzakelijk dat processen sociaal rechtvaardig en economisch haalbaar zijn. Economische duurzaamheid vereist dat de sociale dimensie tot zijn recht komt, en de ecologische wordt gehandhaafd. Ook politiek-institutionele aspecten zijn belangrijke voorwaarden voor duurzame ontwikkeling. Voor de grote veranderingen die duurzame ontwikkeling vereist, is goede politiek-institutionele capaciteit evenals ‘good governance’ nodig. → Het gaat om een voortdurend streven vanuit een dynamisch proces van veranderende variabelen: aangezien de bepalende dimensies vrijwel constant veranderen, zal een actief zoeken naar synergie tussen de verschillende dimensies steeds nodig zijn. Duurzame ontwikkeling vormt een doelstelling in de toekomst, waarnaar in het heden – dat wordt bepaald door de ‘erfenissen van het verleden’ – wordt gestreefd. Het vormt als het ware een, in de toekomst gelegen, ‘onbereikbaar’ brandpunt voor ons huidig handelen (zie figuur). Bron: Hengstum 2001

23 Wat is duurzame ontwikkeling?
Dimensies: people, planet, prosperity politiek-institutionele dimensie: Duurzame ontwikkeling is een politiek begrip dat invulling krijgt vanuit belangengerichte standpunten Vb. Klimaatverandering Ecologisch: milieuproblemen Sociaal: Geïndustrialiseerde landen in het Noorden vervuilen, de armen in het Zuiden dragen de gevolgen ervan. Zij beschikken bovendien over minder mogelijkheden om zich daartegen te beschermen of zich eraan aan te passen. Economie: Invloed van de transport- en energiesector, de auto-industrie, de luchtvaart, enz. Stijgende kosten door klimaatsverandering

24 DO: een politiek begrip
Duurzame ontwikkeling is een politiek begrip dat invulling krijgt vanuit belangengerichte standpunten Gevolg: veelvoud aan invullingen, definities, agenda’s, voorstellingen … Voor SW: welke agenda?

25 Modellen om DO voor te stellen
Evenwicht Holistisch Algemeen is men het er over eens dat een afstemming nodig is tussen drie componenten: de ecologische, de economische en de sociaal-culturele component. Internationaal spreekt men vaak over de 3 P’s: planet, people en profit/prosperity. Bij iedere beslissing die men in de maatschappij neemt, dient een grondige afweging gemaakt te worden die rekening houdt met deze drie domeinen, anders is een duurzame ontwikkeling niet mogelijk. De ecologische component (planet): is het ecologisch verantwoord? De sociaal- culturele component (people): is het sociaal rechtvaardig? De economische component (profit/prosperity): is het economisch haalbaar? Vele ecologisch geïnspireerde voorstanders van duurzame ontwikkeling beschouwen de economische, sociaal-culturele en economische component niet als gelijkwaardig. Ze kiezen voor een rangschikking in drie concentrische cirkels. De economie bestaat in de maatschappij, de maatschappij bestaat binnen ecologische grenzen. De ecologische component is de noodzakelijke bestaansvoorwaarde, zonder de ecologische component is er immers geen leven mogelijk. Bron: Stryckers Paul (2008) Samen op weg: duurzame ontwikkeling in een natuurexcursie. Beeld: Beeld gebaseerd op Hart, 1999

26 Interpretaties van DO Uit: Hopwood (2005)

27 Natuurlijk kapitaal 4 milieufuncties (Ekins e.a. 2003)
Hulpbronnen (sources): grondstoffen, energie, water… Absorptie- en verwerkingsmogelijkheid afval (sinks) Life-support systems: stabiel klimaat, beschermende ozonlaag, waterzuivering… Leefbaarheidsvoorzieningen: esthetische en spirituele meerwaarde Hoe groot is de ‘milieugebruiksruimte’? Intrinsieke waarde van de natuur?

28 Beeld: http://wordpress.com/
28 Beeld:

29 Welke duurzaamheid? Zachte duurzaamheid Harde duurzaamheid
Natuurlijk kapitaal kan gesubstitueerd worden door menselijk (artificieel) kapitaal (werktuigen, machines, gebouwen, infrastructuur) Oogsten van bronnen biodiversiteit Harde duurzaamheid Behoud van kritisch natuurlijk kapitaal en van biodiversiteit Cf. Brundtlandrapport (WCED)

30

31 Vlaams decreet DO Duurzame ontwikkeling:
een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheden tot behoeftevoorziening van toekomstige generaties in het gedrang te brengen, (A) waarbij aandacht gegeven wordt aan de integratie van en de synergie tussen de sociale, de ecologische en de economische dimensie, (B) en waarvan de realisatie een veranderingsproces vergt waarin het gebruik van hulpbronnen, de bestemming van investeringen, de gerichtheid van technologische ontwikkeling en institutionele veranderingen worden afgestemd op zowel toekomstige als huidige behoeften. (C)

32 Normatief kader DO Ontwikkeling die de kwaliteit van het leven van alle mensen verbetert (behoeftebevrediging) Respect voor de ecologische draagkracht van de aarde Gedeelde maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid Sociale rechtvaardigheid op mondiaal vlak Intragenerationele rechtvaardigheid of solidariteit (environmental justice) Intergenerationele rechtvaardigheid of solidariteit Actieve participatie en inspraak Gendergelijkheid, aandacht voor diversiteit Op basis van WCED-proces

33 Vlaams decreet DO Duurzame ontwikkeling:
een ontwikkeling die voorziet in de behoeften van de huidige generatie zonder de mogelijkheden tot behoeftevoorziening van toekomstige generaties in het gedrang te brengen, (A) waarbij aandacht gegeven wordt aan de integratie van en de synergie tussen de sociale, de ecologische en de economische dimensie, (B) en waarvan de realisatie een veranderingsproces vergt waarin het gebruik van hulpbronnen, de bestemming van investeringen, de gerichtheid van technologische ontwikkeling en institutionele veranderingen worden afgestemd op zowel toekomstige als huidige behoeften. (C)

34 Het gangbare beeld Ecologie Economie Samenleving Het domein van DO

35

36 Een alternatief beeld Environment is better protected and improved
Society seeks a more environmentally sustainable and socially cohesive system Economy contributes through responsible business Action through collaborative governance, innovation and change Bron: Nigel Room

37 Voordelen holistisch beeld
Reëler d.i. ecologischer wereldbeeld Maakt belang van harde duurzaamheid duidelijker Sluit aan bij concept van ecologische economie Inbedding van de economie in de samenleving Sluit aan bij contextuele visie in traditie van SW Maakt duidelijk waarom ecologische vraagstukken sociale vraagstukken zijn Bemiddelende positie van de sociale sfeer voor maatschappelijke actie

38 ‘Lege wereld’: ‘Volle wereld’: Kleine economie Lage economische output
Gezonde & overvloedige stroom milieudiensten ‘Volle wereld’: Supereconomie Degradatie/uitputting van milieudiensten (cf. 60%, Millennium Ecosystem report) No analogue state Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 38 38

39 Criteria voor integratie
Respect voor ecologische grenzen koppelen aan eis tot sociale rechtvaardigheid - EAA: eerlijk aardeaandeel - environmental (ecological) justice - herverdeling van wat er is Economische dimensie beoordelen vanuit creatie van welvaart (prosperity) - economie ‘anders meten’ - inbedding Oriëntatie op duurzame productie-en consumptiepatronen (duurzame levenswijzen) - bestrijding van ‘rijkdom’ als beslag op hulpbronnen

40 Nieuwe theoretische kaders
Ecologische economie Nieuwe welzijnstheorie

41 Ecologische economie Het vastleggen van een ecologisch ‘duurzame’ productieschaal vraagt om een politiek onderhandelingsproces op het gepaste niveau (regionaal, nationaal, mondiaal) (planet). Vervolgens is ook de rechtvaardige verdeling (people) van welvaart (prosperity) een politieke opdracht van eerste orde. Voor een optimale allocatie van goederen en diensten (prosperity) is de markt wel geschikt, maar dat komt pas op de derde plaats.

42 Welzijn Herdefiniëring van ‘goed leven’ Herdenken van ‘emancipatie’
- o.a. relatie tot arbeid en consumptie Van individualisme naar een relationeel mensbeeld: autonomie in verbondenheid Belang van natuurlijke omgeving Relatie/verschil tussen geluk en zin

43 BNP-groei en subjectief welzijn (LS)
Zie NEF, ‘A well-being manifesto for a flourishing society’, 2004 43 43

44 3. Wat betekent Duurzame ontwikkeling voor sociaal werk?

45 Sociaal werk ‘The social work profession promotes social change, problem solving in human relationships and the empowerment and liberation of people to enhance well-being. Utilising theories of human behaviour and social systems, social work intervenes at the points where people interact with their environments. Principles of human rights and social justice are fundamental to social work’ (IASSW & IFSW, 2001) Om de eigen positie en identiteit van SW duidelijk te stellen en te bevestigen werd door de International Federation of Social Workers en door de International Association of Schools of Social Work werk gemaakt van een internationale definitie die inclusief is voor de grote verscheidenheid van het SW. De duidelijk emancipatorische toon van de internationale definitie staat daarbij duidelijk in contrast met de controlerende, beheersingsgerichte en maatschappijbevestigende functies die het SW vanaf zijn ontstaan ook dikwijls gekregen heeft. In de definitie is geen expliciete, doch wel een impliciete, verwijzing naar de ecologische context

46 Probleemstelling Afwezigheid ecologisch discours en normstelling binnen het SW - omgeving = sociale omgeving - DO = milieuzorg Reële verbondenheid van sociale en ecologische problemen Ontwikkelen van ecologisch georiënteerde praktijken in het werkveld Eerste theoretische ontwikkelingen: - ecological social work (VS – Canada) - ecological social approach (Europa)

47 Even terug naar ‘duurzame ontwikkeling’
Enkele normatieve principes DO (1) Ontwikkeling die de kwaliteit van het leven van alle mensen verbetert Respect voor de ecologische draagkracht van de aarde Gedeelde maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid · Ontwikkeling die de kwaliteit van het leven van alle mensen verbetert: DO gaat om de bevrediging van de (basis)behoeften van iedereen. In samenhang met de idee van ecologische grenzen, en de nodige herverdeling van de aanspraken op ecologische hulpbronnen, vraagt dat om een herdenken van het gangbare, d.i. groeigebonden, welzijnsconcept. Net de gangbare associatie van ‘ontwikkeling’ met ‘economische groei’ is één van de hoofdredenen waarom het concept van DO dikwijls dubbelzinnig, of intern contradictoir wordt genoemd. In een meer algemene zin sluit die kritiek aan bij fundamentele kritiek op Westerse opvattingen over ontwikkeling. Respect voor de ecologische draagkracht van de aarde: Het gaat hier zonder meer om een absolute grondvoorwaarde voor DO. De benadering van Brundtland heeft daarbij wel een duidelijk antropocentrische gerichtheid, nl. het overleven en de behoeftebevrediging van de mensheid, zoals bleek uit het vorige principe. Het doel van DO kan vanuit de combinatie van beide principes vertaald worden naar ‘duurzame productie- en consumptiepatronen’. Gedeelde maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid: Alle landen hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het mondiale milieu – wij dragen als mensen een gemeenschappelijk lot –, maar er is een verschil tussen industrie- en ontwikkelingslanden. Industrielanden dragen de grootste (historische) verantwoordelijkheid voor de milieuproblematiek en hebben bovendien de meeste mogelijkheden. Daarom moeten zij het voortouw nemen in het nemen van maatregelen. Dit principe is duidelijk gebaseerd op overwegingen van billijkheid (equity). Het principe komt voor in de Verklaring van Rio (UNCED 1992: beginsel 7), en wordt veel aangehaald bij internationale onderhandelingen zoals het Kyotoproces. In beginsel 8 wordt daar onmiddellijk aan toegevoegd dat het uitbannen van “niet duurzame productie- en consumptiepatronen” noodzakelijk is om een betere levenskwaliteit voor alle mensen mogelijk te maken.

48 Even terug naar ‘duurzame ontwikkeling’
Enkele normatieve principes DO (2) Sociale rechtvaardigheid op mondiaal vlak Intra- en intergenerationele rechtvaardigheid (solidariteit) Actieve participatie en inspraak Gendergelijkheid, aandacht voor diversiteit Sociale rechtvaardigheid op mondiaal vlak: De mondialisering en de interafhankelijkheid die daarmee samengaat, brengen mee dat het in een DO-perspectief niet meer volstaat om sociale rechtvaardigheid en herverdeling enkel binnen de eigen samenleving te bekijken. Typisch voor DO is bovendien dat die vraag vanuit de volgende twee onderscheiden aspecten bekeken wordt. · Intragenerationele rechtvaardigheid (solidariteit): Het gaat hier om een gelijke toegang tot, en gebruik van hulpbronnen, zowel voor Zuid als Noord, als binnen de onderscheiden samenlevingen. Door Brundtland wordt daarbij benadrukt dat armoede zowel gevolg als oorzaak kunnen zijn van onduurzaam gedrag. Die functionele relatie tussen armoede en DO maakt dat de reductie van armoede als een voorwaarde voor een milieuvriendelijke ontwikkeling gezien wordt. Een probleem ontstaat hier wanneer er teveel gekeken wordt naar het gedrag van de armen zelf, waarbij dan even vergeten wordt dat de levenswijze van de rijken verantwoordelijk is voor het grootste beslag op de milieugebruiksruimte, zowel wat vervuiling als wat gebruik van hulpbronnen betreft. In dat verband wordt de voorbije jaren vanuit sociale bewegingen hoe langer hoe meer het principe van ‘environmental justice’, of ‘ecological justice’ naar voren geschoven. · Intergenerationele rechtvaardigheid (solidariteit): Dit principe verwijst naar de tijdsdimensie van DO, waarbij de eis voor solidariteit naar de toekomst toe wordt geprojecteerd. Een morele ‘verantwoordelijkheid tegenover de toekomstige generaties’ is vanuit normatief oogpunt wellicht het meest vernieuwende aspect van de Brundtlandvisie. Hoewel deze dimensie van DO veelvuldig in de verf gezet wordt, zit zij vol problemen wat de toepassing ervan betreft: o.a. hoever in de toekomst moeten we gaan, en hoe kunnen we vandaag weten wat de komende generaties willen? Er is ook wel kritiek geuit op die sterke klemtoon op de tijdsdimensie van DO, haar ‘volhoudbaarheid’. Zij laat de ongelijke spreiding van levensmogelijkheden vandaag – de ruimtelijke dimensie – en dus de eis naar intragenerationele solidariteit wat onderbelicht. · Actieve participatie en inspraak: Er zijn zowel normatieve als functionele redenen waarom dit principe essentieel is voor DO. Allereerst is participatie in beslissingen die vorm geven aan iemands leven een waarmerk van democratische praktijk. Verder heeft DO betrekking op kwesties met een waardegeladen karakter, wat opnieuw vraagt om democratisch genomen politieke beslissingen. Gegeven deze normatieve uitgangspunten blijft er nog heel wat in te vullen naar de wijze waarop dan die participatie vorm moet gegeven worden, waarbij dan verschillende opvattingen over democratie een rol spelen. Functionele argumenten slaan o.a. op de kwaliteit van de besluitvorming en op de legitimiteit en dus de aanvaarding van genomen beslissingen. Probleem blijft wel dat participatie geen garantie biedt op kwaliteitsvolle beslissingen. Het gekende ‘NIMBYsyndroom’ is daarvan een voorbeeld. Vooral in het licht van de urgentie van de grote ecologische vraagstukken van vandaag, is het zeer de vraag of alleen participatieve besluitvormingsprocessen morele legitimiteit hebben. · Gendergelijkheid, aandacht voor diversiteit: Billijkheid, zowel intra- als intergenerationeel, vraagt dat er aandacht is voor verschillen tussen mensen, en feitelijk onderscheiden maatschappelijke taken. Zo kan men vaststellen dat milieudegradatie mannen en vrouwen op een andere manier treffen. DO vraagt dan aandacht voor een gendergevoelige kijk op behoeften. Dat principe kan verder verbreed worden naar andere verschillen die relevant zijn voor DO: ethnisch, cultureel, leeftijd etc. Aandacht voor behoefteverschillen staat daarbij duidelijk in verband met principes van mensenrechten en niet-discriminatie.

49 Sociaal werk en DO Doelstelling sociaal werk: verbetering welzijn
Mensenrechten en menselijke waardigheid: respect voor het recht op zelfbepaling; promotie van het recht op participatie; behandeling van een persoon als een totaliteit; identificatie en ontwikkeling van sterkten. Sociale rechtvaardigheid: aanvechten van negatieve discriminatie; erkenning van diversiteit; gelijke verdeling van beschikbare middelen; aanvechten van onrechtvaardig beleid en praktijken; werken in solidariteit.

50 Duurzame ontwikkeling
Sociaal werk behoeftebevrediging welzijn respect voor ecologische grenzen - afwezig - compatibel: afhankelijk van het gehanteerde begrip van welzijn: hier deelt het SW in de problemen van onze samenleving, zoals zich die ook voor DO stellen gedeelde maar gedifferentieerde verantwoordelijkheid - impliciet: volgt uit algemene opvattingen van billijkheid, en zicht op de eigen mogelijkheden en beperkingen van mensen - kenmerkt ook empowerment - accent op onderscheid tussen individuen en tussen groepen in de samenleving, i.p.v. tussen landen mondiale sociale rechtvaardigheid ja intragenerationele solidariteit intergenerationele solidariteit - eigen accent van DO - compatibel: afhankelijk van verantwoordelijkheidsbegrip, en als gedifferentieerd in overeenstemming met empowerment actieve participatie en inspraak gendergelijkeid en aandacht voor diversiteit

51 SW en duurzame ontwikkeling?
Sociaal werk als sociale beweging

52 Wat is duurzame ontwikkeling?
As 1: sociaal rechtvaardig – economisch haalbaar verhouding welvaart (behoeftebevrediging) tot algeheel welzijn recht op arbeid - kwaliteit van die arbeid coöperatief ondernemen sociale economie als terrein binnen het sociaal werk As 2: sociaal rechtvaardig – ecologisch verantwoord rechtvaardige verdeling van hulpbronnen: ecologische voetafdruk en EAA (eerlijk aardeaandeel) ‘rechtvaardige duurzaamheid’ (Peter Tom Jones, Terra incognita) belang kwaliteit fysische omgeving voor levenskwaliteit (eco-social approach) betekenis van natuur voor mens-zijn (ecological social work) As 3: ecologisch verantwoord – economisch haalbaar: milieuvriendelijk ondernemen efficiëntiecriteria voeding en duurzame landbouw

53 Sociaal werk en DO Sociaal werk – sociale beweging
Rechtvaardigheid – ecological justice

54 Sociaal werk en DO Sociale pijler van DO
sociale en culturele ontplooiing gelijke kansen participatie emancipatie diversiteit Burgerschap → Het sociaal werk bezit de potentie om de noodzakelijke holistische aanpak van de sociale, ecologische en economische facetten van een maatschappelijk probleem te bevorderen Sociale pijler van DO

55 Duurzamere samenleving via sociaal leerproces
wegen naar onduurzaamheid zijn meestal goed gekend, deze naar duurzame ontwikkeling heel wat minder. Oplossingen die op het eerste gezicht interessant lijken, blijken achteraf soms grote risico’s in te houden voor de huidige en de toekomstige generaties. Duurzame ontwikkeling veronderstelt daarom per definitie een continu leerproces. Precies hier komt ook het sociaal werk in beeld.

56 Voorbeelden acties Sociaal werk
Vb. Klimaat- en energiebeleid Beleidsinitiatieven bereiken enkel de overtuigden Premies voor energiebesparende maatregelen voor wie het kan betalen (cf. Mattheüseffect) Initiatieven in sociaal werk Energiesnoeiers Minder verbruiken = minder betalen Samenlevingsopbouw project Duurzaam Huis in Gent Huishouden vraagt energie

57 Energiesnoeiers & 'Minder verbruiken = minder betalen’
individueel schuld Energiesnoeiers & 'Minder verbruiken = minder betalen’ ongeval ‘Huishouden vraagt energie’ Bouwblokrenovatie in de Dampoortwijk 'Duurzaam Huis' maatschappelijk

58 duurzame ontwikkeling als referentiekader voor het sociaal handelen
Beleid – structuurgericht werken – repolitisering van het sociaal werk waar sociale problemen maatschappelijk veroorzaakt worden, daar dienen zij maatschappelijk opgepakt te worden, anders wordt SW ‘dweilen met de kraan open’.

59 DO een politiek begrip dat invulling krijgt vanuit belangengerichte standpunten. SW dient zich dit begrip op een eigen manier toe te eigenen; en kan zelf bijdragen aan de invulling ervan vanuit zijn eigen kader.

60 Decennium Educatie voor Duurzame Ontwikkeling
Rol van sociaal werk Sociaal-cultureel werk (niet-formeel en informeel leren)

61 SW en DO over en weer SW dient zijn contextuele kijk te verbreden tot de fysische omgeving betekenis van natuurlijke omgeving ruimtelijke planning en inrichting SW kan sociale dimensie van DO verder uitdiepen emancipatorische focus bottom-up benadering van empowerment en participatie vormen daarbij een troef focus op verdelingsvraagstukken verscherpen sociale economie SW kan de focus van DO op behoeften helpen verbreden naar aandacht voor welzijn

62 4. Discussies/spanningsvelden

63 Ecologische grenzen en sociale rechtvaardigheid
De sociale context ligt ingebed in een ecologische context: dat is binnen het sociaal werk grotendeels buiten het aandachtsveld gebleven. Mensenrechten versus ‘planetaire rechten’ Vraag naar welvaart of welzijn? welzijn ruimer benaderen dan het klassieke behoeftebegrip (DO) In de benadering van Brundtland heeft DO duidelijk een mondiale focus. En de eerste toelichting maakt daarbij onmiddellijk duidelijk dat door de prioriteit van het voorzien in de noden van de armen van vandaag, de levenswijze van de rijken mee in de balans komt. Dat roept onmiddellijk de vraag op naar wat ‘noden’, of ‘basisbehoeften’ zijn, en hoe we ze kunnen onderscheiden van ‘wensen’. Vooral in de wetenschap dat bij stijgende welvaart behoeften lijken toe te nemen, is de vraag naar gepaste, en wellicht herziene, opvattingen over welzijn en goed leven van cruciaal belang. Bron: Jef Peeters (2008) Conceptueel onderzoek SOWEDO

64 Empowerment versus controle
Drie dimensies DO: Ecologisch, sociaal en economisch kapitaal Empowerment: psychologisch kapitaal Uitdaging sociaal werk: bottom-up benadering Sociaal werk: maatschappelijke context kritisch (kunnen) bekijken; structurele maatregelen Empowerment is een centraal concept binnen SW (cf. internationale definitie), en heeft vanuit zijn ontstaansgeschiedenis een politiek-structurele dimensie. In het gangbare discours over empowerment zien we een recuperatie van het concept empowerment door een beweging van psychologisering, individualisering en instrumentalisering. Het wordt daardoor zelfs verdacht in de ogen van kritische SW-ers, omdat de emancipatorische oriëntatie daarbij verloren dreigt te gaan. Anderzijds brengt ‘empowerment’ net het grote belang van sociaal-psychologische factoren voor processen van verandering onder de aandacht. De drie dimensies van DO (3P’s) worden vandaag nogal eens verbonden met de concepten van resp. ecologisch, economisch en sociaal kapitaal. Tine Van Regenmortel heeft empowerment verbonden met het concept ‘psychologisch kapitaal’. Een uitdaging voor SW om bij DO het gehele plaatje te leggen vanuit een bottom-upbenadering.

65 Recuperatie van empowerment
Empowerment is een centraal concept binnen SW, en heeft vanuit zijn ontstaansgeschiedenis naast een sociaal-psychologische ook een politiek-structurele dimensie. In het gangbare discours over empowerment zien we een recuperatie van het concept empowerment door een beweging van psychologisering, individualisering en instrumentalisering. Het wordt daardoor zelfs verdacht in de ogen van kritische SW-ers, omdat de emancipatorische oriëntatie daarbij verloren dreigt te gaan.

66 Top-down versus bottom-up
Spanning tussen gedepolitiseerde concepten van DO (post-politieke consensus), met nadruk op multistakeholderoverleg en concepten van het ecologische als een nieuw terrein van sociaal-politieke strijd (cf. ecological justice movement). Spanning tussen gedepolitiseerde concepten van DO (post-politieke consensus), met nadruk op multistakeholderoverleg, en concepten van het ecologische als een nieuw terrein van sociaal-politieke strijd (cf. ecological justice movement). Die spanning vind je ook op een bepaalde manier terug in het denken vanuit het concept van maatschappelijke ‘transitie’: een beleidsconcept (cf. bijv. Defra, P.T. Jones), of de beweging bottom-up (transition towns).

67 Beleidsgerichte en politieke actie
Structurele maatregelen versus oplapwerk waar sociale problemen maatschappelijk veroorzaakt worden, daar dienen zij maatschappelijk opgepakt te worden, anders wordt SW ‘dweilen met de kraan open’. Politisering van het SW DO is een politiek begrip dat invulling krijgt vanuit belangengerichte standpunten. SW dient zich dit begrip op een eigen manier toe te eigenen en kan zelf bijdragen aan de invulling ervan vanuit zijn eigen kader.

68 Werk en/of beweging SW wordt in het algemeen gekenmerkt door een onophefbare spanning tussen SW als ‘werk’ (goed werk leveren binnen de bestaande contexten en organisaties), en SW als ‘beweging’ van maatschappelijke verandering (cf. internationale definitie). Op theoretisch vlak komt dat uiting in diverse stromingen binnen de SW-theorieën.

69 Nood aan interdisciplinariteit
Het SW is in de Vlaamse situatie opgedeeld in verschillende werkvormen (o.a. MW, SCW, MAD, PW (mede bepaald door de feitelijke subsidiëringsstromen). - tegenstelling met SW in andere landen DO vraagt om systeembenadering en interdisciplinariteit: dus het doorbreken van de hokjes In de Vlaamse situatie worden een aantal van die spanningen versterkt door de schotten (hokjes) die er zijn tussen vnl. MW en SCW (mede bepaald door de feitelijke subsidiëringsstromen). De nood voor DO aan systeembenadering en interdisciplinariteit vraagt om het doorbreken van de hokjes.

70 bottom-up benadering en empowerment;
een realistische kijk op verschillende belangen (gedeelde en gedifferentieerde verantwoordelijkheid;

71 Nog verder uit te werken door lerend netwerk!
4. Wat betekent Duurzame Ontwikkeling voor de verschillende vormen van sociaal werk?

72 Algemeen Educatie voor duurzame ontwikkeling via informeel en non-formeel leren Interdisciplinair werken

73 Maatschappelijke dienstverlening
Juridisch adviseurs Soc: mensen bijstaan in hun rechten Econ: recht op arbeid vs. controle op tewerkstelling Ecol: gezond werk Sociale huisvesting Soc: een aangename woning Econ: een goed gelegen woning (bvb. nabij winkels) Ecol: goed geïnsoleerde woning → Structurele maatregelen vs. oplapwerk! Juridisch adviseurs mogen niet instrumenteel ingezet worden, maar advies dient om mensen sterker te maken Sociale huisvesting: Interdisciplinair overleg nodig! met stedenbouw en -planning, architecten

74 Maatschappelijk werk budgetbeheer Empowerende consumenteneducatie
Soc: recht op menswaardig bestaan Econ: leefloon Ecol: duurzame consumptiepatronen vs. consumentisme Empowerende consumenteneducatie → Van maatschappelijk werker naar maatschappelijk denker : buiten de denkkaders kunnen denken, maatschappelijke context kritisch kunnen bekijken

75 Personeelswerk Personeelwerker
Soc: arbeidsvoorwaarden, gelijkheid tussen man en vrouw, oog voor werknemers én de groep achter de werknemers Econ: zorg voor kinderopvang Ecol: zorg mobiliteit → Hoe komen we tot sociaal personeelswerk, waar een stakeholdersmodel centraal staat, in plaats van een shareholdersmodel?

76 Sociaal-cultureel werk
Plattelandsontwikkeling: Soc: ruimte om te wonen, om te leven Econ: ruimte voor industrie, landbouw en recreatie Ecol: ruimte voor natuur Cultureel werker: rol van de media →Interdisciplinariteit →Informeel en non-formeel leren speelt belangrijker rol in context van Educatie voor Duurzame Ontwikkeling

77 Syndicaal werk/sociaal beleid
Duurzaamheidsambtenaar Soc: participatie van burgers, bvb. In project ‘met belgerinkel naar de winkel’ Econ: lokale winkels betrekken in de actie Ecol: CO2- uitstoot beperken → Solitair werker/excuustruus versus ‘een algemeen draagvlak binnen het beleid creëren’ Sociale beweging Bvb. Environmental justice movement

78 6. Strategie voor maatschappelijke transitie
78

79 Transitie naar sociaal-ecologische economie
Hoge levens-kwaliteit maar... zware voetafdruk Decent work & green jobs Hoge levens-kwaliteit, beperkte voetafdruk Transitie Ecol Econ (PTJONES) Oktober 2008 79 79

80 Transitieproces, een definitie
Fundamentele verandering op systeemniveau Regime = dominante structuur/cultuur Bv. gecentraliseerd elektriciteitsnetwerk, privé-auto’s Niche = opkomende, afwijkende structuur/cultuur op kleine schaal Bv. HE en eerste vormen van decentralisatie, car sharing Niche kan uitgroeien tot een ‘machtig’ niche-regime dat huidige regime vervangt Maar... regime is conservatief en verweert zich (bv. Electrabel): “een kalkoen laat zichzelf niet slachten” Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 80 80

81 Persuation theory en beleid
Individuele benadering Geloof in rationaliteit Informatie & kennis Pro-milieu attitude Pro-milieu gedrag Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 81 81

82 ? PROBLEMATISCH MODEL!! Persuation theory en beleid ?
Storende tegensignalen ? ? Informatie & kennis Pro-milieu attitude Pro-milieu gedrag PROBLEMATISCH MODEL!! Barrières & attitude-behaviour gap Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 82 82

83 Gewoontevorming!! Beeld uit presentatie Peter Tom Jones

84 Hoe transities sturen? (cf. Loorbach, 2007)
Experimenten Tipping point Opschalen.... Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 84 84

85 Barrières voor SCP AQAL (K. Wilber) Individueel Intern Extern
Collectief Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 85 85

86 Barrières voor SCP Individueel
Ontkenning, externe locus of control, etc. Gedrag, invloed routines en gewoonten Intern Extern Wereldbeeld, cultuur, ethiek, sociale normen Regulerend fiscaal kader, technologie Collectief Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 86 86

87 Een duurzaamheidstransitie vereist...
Duurzame productie Gedrag Cultuur Structuren Attitude Duurzame consumptie Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 87 87

88 Een duurzaamheidstransitie vereist...
Duurzame productie Gedrag Cultuur Structuren Attitude Duurzame consumptie Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 88 88

89 De 4 E’s voor verandering  ecol. econ.
Mogelijk maken - Regulering - Informatie - Faciliteren - Alternatieven geven Enable Catalyse Bron: ‘I will if you will’, Sustainable Development Council, VK. Afsluiten met dit inspirirerende schema Vertrekt van de compl van consumptiegedrag en de vele barrieres Als we echt iets willen veranderen, sleutel ligt bij overheden Totaal ander beleid nodig, combinatie van vier E’s, in alle sectoren van de samenleving: Enable: maak verandering mogelijk, zorg dat duurzame en aantrekkelijke alternatieven beschikbaar zijn (bV. Performant openbaar vervoer) Encourage: zorg voor de juiste financiËle prijssignalen: maak duurzame keuzes goedkoper; maar onduurzame keuzes moeilijker –> bv. Treinticket versus vliegtuigzitje Exemplify: overheid moet goede voorbeeld geven, grootste consument 20% van alle uitgaven  systematisch groene aankoopkeuzes (wagenpark, gebouwen), voer voor de rest consistent beleid in alle departementen Engage: ipv mensen individueel met de vinger te wijzen, betrek ze bij veranderingsprocesse, heeft meer impact, bV. klimaatwijken Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 89 89

90 De 4 E’s voor verandering  ecol. econ.
Encourage Mogelijk maken - Regulering - Informatie - Faciliteren - Alternatieven geven Enable Catalyse Bron: ‘I will if you will’, Sustainable Development Council, VK. Stimuleren - EcoBelastingen - EcoSubsidies - Fiscaliteit - Quota Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 90 90

91 De 4 E’s voor verandering  ecol. econ.
Encourage Mogelijk maken - Regulering - Informatie - Faciliteren - Alternatieven geven Toelichten/illustreren - Het voorbeeld geven - Consistent beleid Enable Exemplify Catalyse Bron: ‘I will if you will’, Sustainable Development Council, VK. Stimuleren - EcoBelastingen - EcoSubsidies - Fiscaliteit - Quota Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 91 91

92 De 4 E’s voor verandering  ecol. econ.
Encourage Mogelijk maken - Regulering - Informatie - Faciliteren - Alternatieven geven Betrekken - Community action - Samenwerken - Mediacampagnes Toelichten/illustreren - Het voorbeeld geven - Consistent beleid Engage Enable Exemplify Catalyse Bron: ‘I will if you will’, Sustainable Development Council, VK. Stimuleren - EcoBelastingen - EcoSubsidies - Fiscaliteit - Quota Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 92 92

93 DEFRA 2008 en ‘headline behaviours’
Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 93 93

94 Bereidheid en mogelijkheid tot actie
Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 94 94

95 7 Bevolkingssegmenten 95 Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008

96 Segmentatie (Defra, 2008) Grote mogelijkheid om te verbeteren Enable
Engage Encourage Exemplify Enable Positive greens Concerned consumers Cautious participants Sideline supporters Waste watchers Weinig bereidheid tot actie Veel bereidheid tot actie Stalled starters Honestly disengaged Encourage Enable Beperkte mogelijkheid om te verbeteren Transitie Ecol Econ (PTJONES) September 2008 96 96

97 7. Illustraties

98 Illustraties

99 Illustraties

100 Illustraties © Seppo Leinonen www.seppo.net
In Finland we have every spring a happening called “Nuukuusviikko”, something about Thrifty Week in english. NGO organisations encourage people to live their daily lives using less energy and natural resources. The Green Changemakers have found a Japanese term for Thrifty Week. It is Mottainai! It is an old Japanese word with love and compassion to think of the gift from the nature or someone who made the product. The word closest to Mottainai in English is “Do not waste!”. september 23th 2008, is an Earth Overshoot Day. Humanity have today used all the resources nature will generate this year according to Global Footprint Network. © Seppo Leinonen Gelieve toestemming te vragen om de cartoon te gebruiken via

101 Illustraties © Seppo Leinonen www.seppo.net
Buy Nothing Day can be celebrated today 28th november 2008 by bying nothing. And the other days of the year it would be wise to think twice before you buy. There are those very smart folks who keeps telling that it doesn’t make any difference what a single person consumes. The whole system should be changed first. Next day these same very sharp people tell, that system can’t be changed, because people do not want to consume ecologically and ethically produced products and services… International Buy Nothing Day site Adbusters: Buy Nothing Day 2008 © Seppo Leinonen Gelieve toestemming te vragen om de cartoon te gebruiken via

102 Illustraties © Seppo Leinonen www.seppo.net
Gelieve toestemming te vragen om de cartoon te gebruiken via

103 Illustraties © Seppo Leinonen www.seppo.net
Earth Day 22th April calls for action. © Seppo Leinonen Gelieve toestemming te vragen om de cartoon te gebruiken via

104 Illustraties © Seppo Leinonen www.seppo.net
The Finnish Association for Nature Conservation informs 28th April 2009: “A dispute over the protection of the Saimaa ringed seal (Phoca hispida saimensis), a critically endangered species, is causing deep divisions among political parties in Finland. The Finnish Association for Nature Conservation, the largest environmental organization in Finland, called for a ban on the use of fishnets in Lake Saimaa during the spring in order to prevent the extinction of this highly vulnerable species. Sirkka-Liisa Anttila, the centre party’s Minister for Agriculture and Forestry, is trying to promote voluntary agreements: fishermen who stop using nets in waters where they have exclusive fishing rights will receive compensation. Many government and opposition MPs find Minister Anttila’s proposals difficult to swallow: not all owners of fishing rights have signed agreements and continue using nets…” © Seppo Leinonen Gelieve toestemming te vragen om de cartoon te gebruiken via

105 Illustraties © Seppo Leinonen www.seppo.net
In Finland we have a Waste Not Week “Nuukuusviikko”. This year the theme is electronics industry and it’s environmental and social impacts. More info about electronics industry: makeITfair campaign © Seppo Leinonen Gelieve toestemming te vragen om de cartoon te gebruiken via

106 8. Bronnen

107 BRONNEN Ecologische voetafdruk: http://www.voetafdruk.be/
Stryckers Paul (2008) Samen op weg: duurzame ontwikkeling in een natuurexcursie. (kan besteld worden bij het Centrum voor Milieu- en natuureducatie) Vakreview ‘Denkraam voor duurzame ontwikkeling’ Report of the World Commission on Environment and development ‘Our Common Future’ (Brundtland-rapport)

108 BRONNEN Peeters Jef (2008) Conceptueel onderzoek SOWEDO VODO (2008) KaDO: Kader voor Duurzame Ontwikkeling Ecologische voetafdruk: Vakreview ‘Denkraam voor duurzame ontwikkeling’ Report of the World Commission on Environment and development ‘Our Common Future’ (Brundtland-rapport) Van Poeck Katrien (2008) Duurzame ontwikkeling en sociaal werk, een logisch samengaan? Socia-cahier (11), pp

109 BRONNEN Jones, P.T. & R. Jacobs (2006), Terra Incognita. Globalisering, ecologie en rechtvaardige duurzaamheid, Gent: Academia Press. (2de druk, met nieuw woord vooraf 2007) Jones, P.T. (2007), Globaal ten Onder? Pleidooi voor een ecologische economie, 2de herziene druk, Wetenschappelijke Raad van Attac Vlaanderen, i.s.m. Attac Nederland, VODO en Terra Reversa, Gent, info: Jones, P.T., V. De Meyere & E. Keytsman (2008), ‘Bouwstenen voor een duurzaamheidtransitie’, ‘Deel I: Het referentiekader’, Oikos, nr.44, 1/2008, Department for Environment, Food and Rural Affairs (Defra) (2008), A framework for pro-environmental behaviours, London, jan Meer toepasselijke cartoons:


Download ppt "Sociaal Werk & Duurzame Ontwikkeling"

Verwante presentaties


Ads door Google